van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst (deel 19: De etappes van het einde)

Jesus, Lamb, Lion

De etappes van het einde

God is de Heer van de geschiedenis

Daar is nog een andere manier om de Bijbelse profetieën te beschouwen. Het zogenaamde “politieke gezicht” van onze wereld wordt daarin dan niet ontdekt. Dat wil zeggen, wij zien dan niet de oorlogen en gevolgen en de ondergaande beschavingen, volkeren en culturen, enz., enz., maar wèl de grote “étappes van de laatste dagen”. Eén en ander komt dan hierop neer dat, vóór de komst van Jezus Christus in Zijn (zichtbare) heerlijkheid, verschillende voorvallen moeten gebeuren [1]. In dit licht noemt men dan verschillende “varianten” al naar gelang het geestelijk milieu, als:

  • de 1ste opstanding (namelijk: die van de rechtvaardigen)
  • het antichristelijk tijdperk (dat vóóraf gaat aan de GROTE verdrukking)
  • de GROTE Verdrukking van 3½ jaar, en nog andere.

Met betrekking tot Gods heiligen kunnen wij, op grond van de Schriftopenbaring, spreken van een AANNAME en een OPNAME (in de lucht, de Here tegemoet – AK). Van de eerste – de AANNAME – repten wij terloops en citeren wij nogmaals de Schriftpassages:

  • “Alsdan zal het Koninkrijk der hemelen gelijk zijn aan 10 maagden [2], welke haar lampen namen, en gingen uit, de bruidegom tegemoet. En 5 van haar waren wijzen, en 5 waren dwazen. Die dwaas waren, haar lampen nemende, namen geen olie met zich. Maar de wijzen namen olie (beeld van de INWONENDE Heilige Geest) in haar vaten [3], met haar lampen. Als nu de bruidegom vertoefde, werden zij allen sluimerig, en vielen in slaap. En ter middernacht geschiedde een geroep: Ziet, de bruidegom komt, gaat uit hem tegemoet! Toen stonden al die maagden op, en bereidden haar lampen. En de dwazen zeiden tot de wijzen: Geeft ons van uw olie; want onze lampen gaan uit. Doch de wijzen antwoordden, zeggende: Geenszins, opdat er misschien voor ons en voor u niet genoeg zij; maar gaat liever tot de verkopers, en koopt voor uzelf. 10 Als zij nu heengingen om te kopen, kwam de bruidegom; en die gereed waren, gingen met hem in tot de bruiloft, en de deur werd gesloten. Daarna kwamen ook de andere maagden, zeggende: Heer, heer, doe ons open! En hij, antwoordende, zei: Voorwaar zeg ik u: Ik ken u niet.” (Mattheüs 25:1-12, in het bijzonder vers 10) [4]
  • “En gelijk het geschied is in de dagen van Noach, alzo zal het ook zijn in de dagen van (de Wederkomst van) de Zoon des mensen. Zij aten, zij dronken, zij namen ten huwelijk, zij werden ten huwelijk gegeven, tot de dag, op welken Noach in de ark ging, en de zondvloed kwam, en verdierf ze allen. Desgelijks ook, gelijk het geschiedde in de dagen van Lot; zij aten, zij dronken, zij kochten, zij verkochten, zij plantten, zij bouwden; Maar op de dag, op welke Lot van Sodom uitging, regende het vuur en sulfer (HSV: zwavel) van de hemel, en verdierf ze allen. Even alzo zal het zijn in de dag, op welke de Zoon des mensen geopenbaard zal worden… Ik zeg u: In die nacht zullen twee op een bed zijn; de één zal aangenomen, en de ander zal verlaten (HSV: achtergelaten) Twee vrouwen zullen tezamen malen; de ene zal aangenomen, en de andere zal verlaten worden. Twee zullen op de akker zijn; de één zal aangenomen, en de ander zal verlaten worden. En zij antwoordden en zeiden tot Hem: Waar, Heere? En Hij zei tot hen: Waar het lichaam is, aldaar zullen de arenden [5] vergaderd worden.” (zie Lukas 17:26-37)
  • “En de vrouw vluchtte in de woestijn (op arendsvleugels, zie vers 14), alwaar zij een plaats had, haar van God bereid, opdat zij haar aldaar zouden voeden 1260 dagen (= 3½ jaar, de periode van de GROTE verdrukking).” (Openbaring 12:6)

In verband hiermee vragen wij nog in het bijzonder alle aandacht voor het feit dat de Bruidsgemeente beslist niet de GROTE Verdrukking – gedurende welke de komende antichrist universeel heerser zal zijn op aarde – meemaakt! Voor wat betreft het tweede geval – de OPNAME – verwijzen wij naar:

  • “Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven is en opgestaan, alzo zal ook God degenen, die ontslapen zijn in Jezus, weder brengen met Hem. Want dat zeggen wij u door het Woord des Heeren, dat wij, die levend overblijven zullen tot de toekomst (= de Wederkomst [6]) des Heeren, niet zullen voorkomen degenen, die ontslapen zijn. Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een archangel (= een aartsengel of overste engel), en met de bazuin Gods nederdalen van de hemel; en die in Christus gestorven zijn, zullen eerst opstaan; Daarna wij, die levend overgebleven zijn, zullen tezamen met hen opgenomen worden in de wolken, de Heere tegemoet, in de lucht; en alzo zullen wij altijd met de Heere wezen.” (1 Thessalonicenzen 4:14-17)
  • “Ziet, ik zeg u een verborgenheid: wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden; In een punt des tijds, in een ogenblik, met de laatste bazuin; want de bazuin zal slaan, en de doden zullen onverderfelijk opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden. Want dit verderfelijke moet onverderfelijkheid aandoen, en dit sterfelijke moet onsterfelijkheid aandoen. En wanneer dit verderfelijke zal onverderfelijkheid aangedaan hebben, en dit sterfelijke zal onsterfelijkheid aangedaan hebben, alsdan zal het woord geschieden, dat geschreven is: De dood is verslonden tot overwinning. Dood, waar is uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning?” (1 Korinthe 15:51-55)
  • “…en ik zag de zielen van degenen, die onthoofd waren om het getuigenis van Jezus, en om het Woord Gods, en die het beest, en zijn beeld niet aangebeden hadden, en die het merkteken niet ontvangen hadden aan hun voorhoofd en aan hun hand; en zij leefden en heersten als koningen met Christus, de 1000 jaren. Maar de overige van de doden werden niet weer levend, totdat de 1000 jaren geëindigd waren. Deze is de eerste opstanding. Zalig en heilig is hij, die deel heeft in de eerste opstanding; over deze heeft de tweede dood geen macht, maar zij zullen priesters van God en Christus zijn, en zij zullen met Hem als koningen heersen 1000 jaren.” (Openbaring 20:4b-6) [7]

Ten aanzien van dit voorval zij opgemerkt dat deze ‘opname’ (in de lucht, de Here tegemoet – AK) plaats heeft nà de opstanding van de rechtvaardigen – van allen die in geloof, tijdens het oude en nieuwe Verbond, gestorven zijn! – en vlak vóór Jezus’ (zichtbare) Wederkomst in heerlijkheid, en vóór (H)Armaggedon en de vestiging van het 1000-jarig Vrederijk [8] op aarde.
Rekening houdend met de Schriftopenbaring – zie Paulus’ 2de Brief aan de Thessalonicenzen – manifesteert zich straks satan in mensengedaante, en… de antichrist is dàn geboren! Deze persoon wordt genoemd “de mens der wetteloosheid”, “de zoon van het verderf”, “de tegenstander” die zich verheft tegen al wat God genaamd wordt! Hij is de wetteloze die de Here Jezus Christus zal “verdoen door de Geest van Zijn mond”:

  • “Laat niemand u op enigerlei wijze misleiden. Want die dag (van Christus – zie vers 2) komt niet, tenzij eerst de afval gekomen is en de mens van de wetteloosheid, de zoon van het verderf, geopenbaard is, de tegenstander, die zich ook verheft boven al wat God genoemd of als God vereerd wordt, zodat hij als God in de tempel van God gaat zitten en zichzelf als God voordoet. Herinnert u zich niet dat ik u deze dingen zei, toen ik nog bij u was? En u weet wat hem nu weerhoudt, opdat hij op zijn eigen tijd geopenbaard wordt. Want het geheimenis van de wetteloosheid is al werkzaam. Alleen is er iemand die hem nu weerhoudt, totdat hij uit het midden verdwenen is. En dan zal de wetteloze (= de antichrist, voor 3½ jaar) geopenbaard worden. De Heere zal hem verteren door de Geest van Zijn mond en hem tenietdoen door de verschijning bij Zijn (weder)komst (aan het einde van de GROTE verdrukking, zie Openbaring 19:15 + 19-21 – AK).” (2 Thessalonicenzen 2:3-8, HSV)

Aan zijn antichristelijk rijk – de hele aarde is dan vol goddeloosheid! – wordt een einde gemaakt. Door misleiding, geweld en wonderen der leugen heeft hij het weten klaar te spelen om aan de universele (= wereldwijde) macht te komen, welke hij gedurende 3½ jaar (of de “1260 dagen” of “42 maanden”) zal weten te behouden. Bestudeer respectievelijk:

  • “En hetzelve (beest uit de zee = de antichrist) werd een mond gegeven, om grote dingen en godslasteringen te spreken; en hetzelve werd macht gegeven, om zulks te doen, 42 maanden.” (Openbaring 13:5)
  • “En de grote draak is geworpen, namelijk de oude slang, welke genaamd wordt duivel en satan, die de gehele wereld verleidt, hij is, zeg ik, geworpen op de aarde; en zijn engelen zijn met hem geworpen. En ik hoorde een grote stem, zeggende in de hemel: Nu is de zaligheid, en de kracht, en het koninkrijk geworden van onze God; en de macht van Zijn Christus; want de aanklager van onze broeders, die hen aanklaagde voor onze God dag en nacht is neergeworpen. En zij hebben hem overwonnen door het bloed van het Lam, en door het woord van hun getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad tot de dood toe. Hierom bedrijft vreugde, gij hemelen, en gij, die daarin woont! Wee degenen, die de aarde en de zee bewonen, want de duivel is tot u afgekomen, en heeft grote toorn, wetende, dat hij een kleine tijd (3½ jaar, de periode van de GROTE verdrukking) (Openbaring 12:9-12) [9]
  • “…de openbaring van de Heere Jezus vanuit de hemel met de engelen van Zijn kracht, wanneer Hij met vlammend vuur wraak oefent over hen die God niet kennen, en over hen die het Evangelie van onze Heere Jezus Christus niet gehoorzaam zijn. Zij zullen als straf het eeuwig verderf ondergaan, weg van het aangezicht van de Heere en van de heerlijkheid van Zijn macht, wanneer Hij zal (weder)gekomen zijn om op die dag verheerlijkt te worden in Zijn heiligen en bewonderd te worden in allen die geloven (want bij u vond ons getuigenis geloof). (2 Thessalonicenzen 1:7b-10, HSV)

Hij (de antichrist) is profetisch vóóraf uitgebeeld en getypeerd in zowel het Oude als het Nieuwe Testament. Hij zal de laatste werelddictator zijn. Bestudeer hiervoor de brochure van de schrijver: “De Openbaring” [10]. Jezus Zelf heeft gesproken van “valse christussen”:

  • “Want er zullen valse christussen en valse profeten opstaan, en (zij) zullen grote tekenen en wonderen doen, alzo dat zij (indien het mogelijk ware) ook de uitverkorenen zouden verleiden.” (Mattheüs 24:24)

De antichrist is de “VALSE GEZALFDE” – Jezus is de Waarachtige Gezalfde. Christus betekent “Gezalfde”. Waar deze valse zalving onafscheidelijk verbonden is aan de “valse christus” (= de antichrist !), daar is het niet moeilijk te verstaan dat met “valse christussen” bedoeld wordt: VALSE ZALVINGEN! Door déze worden de wonderen der leugen en dergelijke gewerkt tot misleiding. Hierover wordt meer in détails getreden in de desbetreffende brochure van de schrijver: “De VERBORGENHEID van de ONGERECHTIGHEID”. [11]
Het is daarom aanbevolen om in deze “boze dagen”, naar het gebod van de apostel Johannes, te letten op de hedendaagse manifestaties van de “antichristelijke geest” die hij beschrijft, en die al door hem gesignaleerd werd in zijn eigen tijd:

  • “En alle geest, die niet belijdt, dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, die is uit God niet; maar dit is de geest van de antichrist, welke geest gij gehoord hebt, dat komen zal, en (die geest) is nu alreeds in de wereld.” (1 Johannes 4:3)

Vanzelfsprekend moeten wij daarbij rekening houden met de waarschuwingen vervat in alle andere geciteerde Bijbelteksten. Politieke en geestelijke ontaarding – in al haar vormen en onder alle volkeren, zelfs tot in (òf juist in) het Lichaam van Christus – zijn duidelijke symptomen van de (geestelijke) afvalligheid die de duivel aan het bewerkstelligen is, en die wij moeten ontmaskeren en bestrijden met het tweesnijdend zwaard des Heren, hetwelk is Gods Woord. God helpe ons. Amen.
Zelfonderzoek in deze is evenzeer nodig, want “antichristelijke gevoelens (of: gedachten)” werken in alle mensen. Wie kent geen hoogmoed, heerszucht, opstandigheid en kritiek jegens God en de naaste?! De waarschuwingen van de Heilige Geest, doorgegeven door de apostel Paulus in 2 Timotheüs 3, zijn er juist voor gelovigen (want van ongelovigen kan men niet anders verwachten): “En weet dit, dat in de laatste dagen ontstaan zullen zware tijden. Want de mensen zullen zijn liefhebbers van zichzelf,…” (2 Timotheüs 3:1-2a). Velen hebben een grenzeloze bewondering voor hun “eigen-IK”!
Niemand kan ontkennen dat er overal ter wereld een fatale groei van het kwaad plaatsheeft, al naarmate de geschiedenis voortgaat. Straks, zo zegt de Schrift, zal een “supermens” (= een mens die in bezit genomen is door de satan, en daardoor de antichrist is geworden – AK) de hele mensheid verenigen onder zijn heiligheid-schendende scepter: 1260 dagen ofwel 42 maanden, zijnde de laatste 3½ jaar vóór de Wederkomst des Heren van de hemel… Door de eeuwen heen heeft satan getracht de mensheid aan te vallen en heeft hij onophoudelijk getracht Gods orde te verstoren.
In onze dagen moeten wij dan ook rekening houden met verschrikkelijke uitbarstingen van satanische macht,… met de plotselinge verschijning van verblinde staatslieden (leiders), en snelle verbreiding van de meest fascinerende ideologieën! Veranderingen hebben iedere dag plaats, en wij moeten dergelijke waarschuwingen in het oog houden om niet te bezwijken voor “het meeslepende gezang van optimistische sirenen” die zo graag verkondigen, voor wie het maar horen wil, dat het goede langzaam maar zeker over al het kwade zal zegevieren, en dat de mensheid steeds zuiverder en steeds hogere toppen zal bereiken… Voor ons allen geldt: HIER en NU WAAKZAAM BLIJVEN!

En wat zullen wij dan zeggen van DE GROTE VERDRUKKING? De grootste verdrukking die deze wereld zal kennen vóórdat Jezus (zichtbaar) Wederkomt op de wolken van de hemel en met grote KRACHT en HEERLIJKHEID:

  • “Want alsdan zal grote verdrukking wezen, hoedanige niet is geweest van het begin der wereld tot nu toe, en ook niet zijn zal. En zo die dagen niet verkort werden, geen vlees zou behouden worden; maar omwille van de uitverkorenen zullen die dagen verkort worden.” (Mattheüs 24:21-22)

Alle gelovigen op aarde, die tijdens deze GROTE verdrukking de naam van Jezus belijden, zullen sterven,… vallen als martelaren voor hun geloof in de levende God:

  • “En hetzelve (het beest uit de zee = de antichrist) werd macht gegeven, om de heiligen krijg (= strijd) aan te doen, en om die te overwinnen; en hetzelve werd macht gegeven over alle geslacht, en taal, en volk.”“En hetzelve (het beest uit de aarde = de valse profeet) werd macht gegeven om het beeld van het beest een geest te geven, opdat het beeld van het beest ook zou spreken, en maken, dat allen, die het beeld van het beest niet zouden aanbidden, gedood zouden worden. En het maakt, dat het aan allen, kleinen en groten, en rijken en armen, en vrijen en dienstknechten, een merkteken geve aan hun rechterhand of aan hun voorhoofden; En dat niemand mag kopen of verkopen, dan die dat merkteken heeft, of de naam van het beest, of het getal van zijn naam.” (Openbaring 13:7 + 15-17) [12]

Deze zijn de “dwaze maagden-groep” [13]:

  • “Als zij (de dwaze maagden) nu heengingen om (olie) te kopen, kwam de bruidegom; en die gereed waren (de wijze maagden), gingen met hem in tot de bruiloft, en de deur werd gesloten. Daarna kwamen ook de andere (dwaze) maagden, zeggende: Heer, heer, doe ons open! En hij, antwoordende, zei: Voorwaar zeg ik u: Ik ken u niet. Zo waakt dan (HSV: wees dan waakzaam); want gij weet de dag niet, noch de ure, in dewelke de Zoon des mensen (weder)komen zal.” (Mattheüs 25:10-13)

Deze GROTE verdrukking is dus die tijdsperiode in het Raadsplan van God die 3½ jaar duurt en valt op het einde van de tegenwoordige tijdsbedeling. Gedurende deze periode zal het overschot (= het overblijfsel) van Israël en van Juda het getuigenis ontvangen van beide: van Mozes en van Elia:

  • “Doch over het huis van David, en over de inwoners van Jeruzalem, zal Ik uitstorten de Geest van de genade en van de gebeden; en zij zullen Mij aanschouwen, Die zij doorstoken hebben, en zij zullen over Hem rouwklagen, als met de rouwklacht over (de dood van) een enige zoon; en zij zullen over Hem bitter kermen, gelijk men bitter kermt over (de dood van) een eerstgeborene.” (Zacharia 12:10) [14]
  • “En Ik zal Mijn 2 getuigen (Mozes en Elia) macht geven, en zij zullen, in rouwkleding gekleed, 1260 dagen lang profeteren (de periode van de GROTE verdrukking). Zij zijn de 2 olijfbomen en de 2 kandelaars, die voor de God van de aarde staan. En als iemand hun schade wil toebrengen, komt er vuur uit hun mond en dat verslindt hun vijanden. En als iemand hun schade wil toebrengen, moet hij op dezelfde manier gedood worden. Zij hebben macht de hemel te sluiten, zodat er geen regen zal vallen in de dagen dat zij profeteren. En zij hebben macht over de wateren om die in bloed te veranderen, en de aarde te treffen met allerlei plagen, zo vaak zij dat willen. En wanneer zij hun getuigenis volbracht hebben, zal het beest dat uit de afgrond opkomt, oorlog met hen voeren en het zal hen overwinnen en hen doden. En hun dode lichamen zullen liggen op de straat van de grote stad, die in geestelijke zin genoemd wordt Sodom en Egypte, waar ook onze Heere werd gekruisigd. En de mensen uit de volken, stammen, talen en naties zullen hun dode lichamen 3½ dag zien, en zullen niet toelaten dat hun dode lichamen in het graf gelegd worden. En zij die op de aarde wonen, zullen zich over hen verblijden, en zullen feest gaan vieren en elkaar geschenken sturen, omdat deze 2 profeten hen die op de aarde wonen, zo gekweld hadden. En na die 3½ dag kwam er een levensgeest uit God in hen en zij gingen op hun voeten staan. En grote vrees overviel hen die hen zagen. En zij hoorden een luide stem uit de hemel tegen hen zeggen: Kom hier omhoog. En zij gingen omhoog naar de hemel, in de wolk, en hun vijanden keken hen na. En op datzelfde uur vond er een grote aardbeving plaats, en het tiende deel van de stad stortte in. En bij die aardbeving werden zevenduizend met name bekende personen gedood. En de overigen werden zeer bevreesd, en gaven eer aan de God van de hemel. (Openbaring 11:3-13, HSV) [15]

In Daniël 12:1 wordt van deze profetische periode gesproken als “een tijd van benauwdheid, zoals er niet (eerder) geweest is…”. (Onderzoek en vergelijk  ook: Daniël 7:21 en Mattheüs 24:21 en de hoofdstukken 11, 12, en 13 van Openbaring [16]). Tot vertroosting van ons moge het Woord des Heren dienen, zoals opgetekend in Johannes 16 vers 33:

  • “Deze dingen heb Ik tot u gesproken, opdat gij in Mij vrede hebt. In de wereld zult gij verdrukking hebben, maar hebt goede moed, Ik heb de wereld overwonnen”. Halleluja!

Er wordt door de apostel. Paulus ook nog gesproken van DE GROTE AFVAL van het GELOOF in 2 Thessalonicenzen 2:3. Velen in onze dagen trekken op grond hiervan ten kruistocht tegen andere Christenen… Wij vragen ons af met welk recht zij déze ernstige voorzegging een voorspelling noemen… voor anderen?! Is het niet een heilzame waarschuwing tegen elke pretentie zèlf onwankelbaar te zijn,… van welke kleur ook?! Wij kennen deze soort beweringen toch wel: “Al zouden allen aanstoot aan U nemen, ik nooit” (zie Mattheüs 26:33). Wij leren hier hoe zeker Petrus van zichzelf was, en dat hij in deze “menselijke zekerheid” dat eerste vers van zijn lied heeft gezongen: “Al moest ik ook met U sterven, zo zal ik U geenszins verloochenen!” (Mattheüs 26:35a). De haan zong de andere drie verzen!!
Ten slotte voorzien vele Bijbelverklaarders als laatste gebeurtenis, vóór de wederkomst van Jezus Christus, de VAL van Babylon… Wij herkennen hierin de alles-overweldigende macht van “het Babylonisme”. Dit goddeloze “systeem” dateert al vanaf oude tijden, culminerend (= het toppunt bereiken) in al die imperiums van oppermachtige potentaten die (Gode zij dank voor Zijn interventie !) allemaal “het loodje hebben moeten leggen”. Wij hebben “het profetische woord”:

  • “Wij hebben het profetische Woord, dat zeer vast is, en gij doet wel, dat gij daarop acht hebt, als op een licht, schijnende in een duistere plaats, totdat de dag aanlichte (HSV: aanbreekt), en de Morgenster (beeld van –het geloof in– de Here Jezus Christus) opga in uw harten.” (2 Petrus 1:19)

En wereldgeschiedenis is de demonstratie van het Profetisch Woord op het toneel van de tijd!! Zo leren wij ook hier weer: “Sic transit gloria mundi” = Zó vergaat de roem der wereld. Amen.
Het “profetisch getuigenis” van de Gemeente van Jezus Christus wordt overstraald door de grote beloften betreffende het einde; en het is zeker dat God al Zijn beloften houden zal,… op de manier die Hem goeddunkt en in een volgorde die Hij bepaalt. Nergens in de Bijbel is er sprake van een “standaard-programma”, waarop onder de even nummers Zijn zegeningen, en onder de oneven nummers een serie vervloekingen te vinden zijn. God werkt met “middelen” en met “mensen”. Dat heeft Hij de eeuwen door gedaan. Lees hiervoor de brochure van de schrijver: “DE EEUWENLANGE STRIJD” [17]. Daarom kan de Gemeente van Jezus Christus zich ook niet beperken tot haar, door traditie, vastgelegde instellingen, inzettingen, tijden en plaatsen. Zonder dat zij deze, en de mogelijkheden die zij bieden, veronachtzaamt, moet zij zich richten tot de wereld in nood. En dan hebben wij hier te maken met de problemen van “evangelisatie” en van “zending”. Wij willen hierover niet uitvoerig schrijven, omdat dit al door vele anderen is gedaan op uitnemende wijze. Het is bemoedigend ook in dit verband te bedenken (en wij spreken dan uit ervaring !), dat zending en evangelisatie niet meer uitsluitend het terrein zijn van enkele liefhebbers, maar dat zij hoe langer hoe meer hun plaats innemen in de dienst van verschillende denominaties zelf. Het is het werk van de Geest van God! Hij voorziet de Christen van dat woord met “dubbele kennis” van zaken: uit het Woord Gods èn de toestand van de mens.

CJH Theys

NOOT
Alle in deze uitgave genoteerde Schriftuur is uit de Statenvertaling.

Overname uit deze brochure is toegestaan, mits met bronvermelding!

EINDE deel 19

Wordt vervolgd

**********************************************************************************

[1] Zie eventueel onze GRATIS studie Opeenvolgende PROFETISCHE gebeurtenissenvan CJH Theys. (noot AK)
[2] MAAGDEN: Zowel de HSV als de NBV hebben dit woord vertaald met “meisjes”, wat in deze context onjuist is. Het woord maagd staat namelijk voor reinheid, zuiverheid, kuisheid etc. en kan – in de geestelijke zin waarvoor het hier bedoeld is – ook het mannelijk geslacht inhouden (daar die net zo goed tot de Bruid van Christus zullen behoren). (noot AK)
[3] 2 Korinthe 4:7, “Maar wij hebben deze schat in aarden vaten, opdat de uitnemendheid van de kracht zij van God, en niet uit ons.” (noot AK)
[4] Zie eventueel onze GRATIS studie De 5 wijze en de 5 dwaze maagden en hun eigen lotsbestemmingen in de eindtijd van E. van den Worm. (noot AK)
[5] ARENDEN: Zowel de HSV als de NBV hebben dit woord vertaald met “gieren”, wat in deze context onjuist is. Want… gieren zijn aaseters, zij eten dus “dode spijze” (beeld van: “de letter die dood”, zie 2 Korinthe 3:6). Arenden eten –en zoeken/vangen zelf– levend aas, dus “levende spijze” (beeld van: “Christus, Het LEVENDE Brood” en van “de Geest die LEVEND maakt”, zie Johannes 6:51+63 en 2 Korinthe 3:6).
Degenen die door de Here AANGENOMEN zijn als lid van het Bruidslichaam worden tot dat LICHAAM van Christus toegevoegd. Deze verzen moet men dus NIET verwarren met Mattheus 24:28 waar wel “gieren” moet staan: “Want waar het DODE lichaam zal zijn, daar zullen de GIEREN vergaderd worden”. Dit slaat namelijk op het lichaam van de GROTE HOER, de VALSE KERK (zie Openbaring, hoofdstuk 17), waar de VALSE (naam)CHRISTENEN vergaderd zullen worden. Deze uitleg van de Schrift wordt door de CONTEXT bevestigd.
Arendsheiligen zijn een beeld van (de leden van) de Bruid van Christus. Want, in Jesaja 40:31 lezen we: Maar wie (de Wederkomst van) de Here verwachten, putten nieuwe kracht; zij varen op met vleugelen als arenden; zij lopen, maar worden niet moede; zij wandelen, maar worden niet mat.” Waar degenen (ook christenen) zijn, die verlaten worden, weten we, namelijk in die wereld waarin de antichrist dan heerst, maar het gaat er hier om waar degenen “die aangenomen zijn tot leden van de Bruid” VERGADERD zullen worden. De Here Jezus zegt ons hier (in Lukas 17:37) dat ze “als arenden” vergaderd zullen worden in Zijn geestelijk Lichaam – en Zijn geestelijk Lichaam dat is: de Bruid van Christus – zij hebben deel aan de Bruiloft van het Lam van God. (noot AK)
[6] Zie eventueel onze GRATIS studie De wederkomst van Christus nader bekeken van A. Klein. (noot AK)
[7] Voor meer UITLEG over deze verzen, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Openbaring, hoofdstuk 20 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 20 van E. van den Worm. (noot AK)
[8] Zie eventueel onze GRATIS studie Wat de Schrift leert over het 1000-jarige Rijk van de Here Jezus Christus van E. van den Worm. (noot AK)
[9] Voor meer UITLEG over deze verzen, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Openbaring, hoofdstuk 12 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 12 van E. van den Worm. (noot AK)
[10] Zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Het boek Openbaring: “Die IS en Die WAS en Die KOMEN ZAL” (alle 22 hoofdstukken)van CJH Theys. (noot AK)
[11] Zie eventueel onze GRATIS studie De verborgen ONgerechtigheid – De valse arbeiders in een Gemeentelijke bediening van CJH Theys. (noot AK)
[12] Voor meer UITLEG over deze verzen, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Openbaring, hoofdstuk 13 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 13 van E. van den Worm. (noot AK)
[13] Zie noot 4.
[14] Voor meer UITLEG over dit vers, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: De eindtijd-profetieën van de profeet Zacharia van E. van den Worm. (noot AK)
[15] Voor meer UITLEG over deze verzen, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Openbaring, hoofdstuk 11 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 11 van E. van den Worm. (noot AK)
[16] Zie respectievelijk noot 15, 9 en 12 voor de Bijbelverzen en ‘vers voor vers’ UITLEG van deze hoofdstukken. (noot AK)
[17] Deze studie “De eeuwenlange strijd” is in mijn bezit en GRATIS als gescande PDF aan te vragen via info@eindtijdbode.nl (noot AK)

***********************************************************************************

.

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst

.
Deel 1: Verborgen hoop – Opmerkelijke vrees
Deel 2: Het uitgangspunt
Deel 3: ’s Mensen ontrouw – Gods trouw
Deel 4: Omweg en toch DE WEG…
Deel 5: Licht over de gehele schepping
Deel 6: Als God verder spreekt…
Deel 7: De schepping van de mens
Deel 8: Jezus Christus redt ons van het verderf
Deel 9: Het KRUIS en het geheim
Deel 10: Welke zin heeft het offer ?
Deel 11: Waar gaan wij heen ná de dood ?
Deel 12: God de Heilige Geest
Deel 13
: Hemeltijd en Hemelleven
Deel 14
: De WEDERKOMST van de Here Jezus Christus
Deel 15
: De toekomst van Jezus Christus en het -uiterlijk- einde van de wereld
Deel 16
: Nieuwe hemel en nieuwe aarde
Deel 17
: De gelegenheid van de tijd
Deel 18: De tekenen der tijden

.

Geplaatst in Bijbelstudie, De antichrist(elijke tijd), de grote verdrukking, Eindtijdstudie, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van CJH Theys, Wederkomst van Christus | Tags: , , , , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

De verborgenheid van de godzaligheid

Godzaligheid

Verschil van uitleg

Er is een woord, een uitspraak van de apostel Paulus, geschreven aan zijn geestelijke zoon en leerling Timotheüs, waarover de laatste tijd in onze kring nogal wat misverstand blijkt te bestaan. Ik heb het over 1 Timotheüs 3:16 (SV):

a.En buiten alle twijfel, de verborgenheid van de godzaligheid is groot;
b. God is geopenbaard in het vlees,
c. is gerechtvaardigd in de Geest,
d. is gezien van de engelen,
e. is gepredikt onder de heidenen,
f. is geloofd in de wereld,
g. is opgenomen in heerlijkheid.

De kwestie is deze, dat tot nog toe algemeen geleerd werd dat het hier over onze Here Jezus Christus gaat. Dit is de vertrouwde uitleg, die ook algemeen aanvaard wordt. Nu zijn er echter stemmen opgegaan die zeggen: “Neen, het betreft hier niet de Here Jezus, maar degenen die in Hem geloven”. Hierdoor is er enige verwarring ontstaan. Waar nu onze God “geen God van verwarring” is (zie 1 Korinthe 14:33, SV), daar hebben wij de plicht om verwarring te voorkomen, en zo nodig, weg te nemen. Ziedaar een dwingende reden om op deze kwestie in te gaan. Bovendien betreft het hier één van de belangrijkste teksten die het heils- of verlossingswerk van God beschrijven en samenvatten. Het is uiteraard van het grootste belang dat wij dus de juiste betekenis van deze tekst kennen. En, wij hebben de belofte dat de Heilige Geest ons in alle waarheid zal leiden: “Maar wanneer Die komt, de Geest van de waarheid, zal Hij u de weg wijzen in heel de waarheid, want Hij zal niet vanuit Zichzelf spreken, maar wat Hij gehoord zal hebben, zal Hij spreken, en de toekomstige dingen zal Hij u verkondigen.” (Johannes 16:13) [1]
Daarom mogen wij erop vertrouwen dat er een einde zal komen aan de verwarring en eventueel ontstane verwijdering als gevolg van tegengestelde uitleggingen. Zo zal het althans zijn onder degenen die zich in deze laatste dagen door de Heilige Geest laten brengen tot “de eenheid van het geloof en van de kennis van de Zoon van God”. Moge de bereidheid daartoe bij ons allen gevonden worden.

De realiteit van Gods heilswerk

Wij beginnen met ons bezig te houden met, wat wij zouden kunnen noemen, de traditionele uitleg van dit woord. Wij zouden de tekst van 1 Timotheüs 3 vers 16 als volgt kunnen parafraseren [2]:
“En wij zijn het er allen over eens dat het een heerlijk geheimenis is, datgene waarin de ware godsvrucht ligt verborgen: God in Christus is in het vlees geopenbaard, is de Zoon van God en de Verlosser verklaard te zijn toen Hij gezalfd werd met de Geest, is binnengehaald en gezien door de engelen toen Hij, Zijn werk volbracht hebbende, ten hemel voer, is gepredikt onder alle volkeren, heeft uit hen verkregen velen die in Hem geloven, is door de Vader verheven boven alle macht en zit op Zijn troon totdat Hij wederkomt”.
Dit is het blijde weten van al Gods kinderen, van al de godzaligen. Het heilswerk van God samengevat in zes hoofdpunten. Voor Gods kinderen behoren dit geen dorre feiten te zijn, zoals voor de ongelovigen. Voor de godvruchtigen is dit het werk van God, waarin ook hun persoonlijk behoud vervat is. Meer nog, het is voor hen een openbaring over de gang van de geschiedenis, die hun een wonderbare en heerlijke hoop verschaft en die een kracht voor hen is om te volharden in een godzalig en heilig leven. Het is dit werk van God, in Jezus Christus, dat maakt dat wij met altijd weer nieuwe moed en blijdschap voortgaan op de smalle weg met Jezus, ondanks moeilijkheden en strijd! Een verborgenheid voor de ongelovigen, die ons dan ook voor dwazen aanzien, maar voor ons een heerlijke realiteit.
Vanwege deze “verborgenheid” is de Gemeente van de levende God “een pilaar en standvastigheid van de waarheid”, zoals het voorgaande vers, 1 Timotheüs 3:15, vermeldt: “Maar voor het geval dat ik langer wegblijf, weet u nu hoe men zich moet gedragen in het huis van God, dat is de gemeente van de levende God, zuil en fundament (SV: een pilaar en vastigheid) van de waarheid.”
Als een verborgen fundament is deze heilige, innerlijke wetenschap aangaande de genoemde feiten voor het dragen en uitdragen van de waarheid. Zij die door het bovennatuurlijk werk van de Heilige Geest kennis dragen van deze feiten, hebben de waarheid. Het mag wat aanmatigend klinken, maar Gods Woord zegt het! Daarom is het goed om na te gaan wat de waarde ervan is voor ons persoonlijk leven en heil. En om ons af te vragen of dit inderdaad realiteit voor ons is. In deze feiten is de ware godzaligheid of godsvrucht vervat en verborgen. Hier vinden wij de diepe wortels van een echt godzalig leven, een leven dat God behaagt, dat Hem aangenaam en dus “zalig” is.

Geopenbaard in het vlees

Het eerstgenoemde feit is: God is geopenbaard in het vlees (1 Tim. 3:16b). Het Woord is vlees geworden en heeft onder ons getabernakeld (= gewoond), zegt Johannes 1:14, “En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijn heerlijkheid gezien, een heerlijkheid als van de Eniggeborene van de Vader), vol van genade en waarheid.”
Het gaat hier uiteraard over de Zoon van God, onze Here Jezus, gelijk ook bij de daarna genoemde feiten het geval is. De verborgenheid van het godzalig leven vinden wij in de Nieuwe Tijdsbedeling in Christus, in de gemeenschap met Hem. Het eerste feit spreekt over Zijn vleeswording. Wat is de betekenis hiervan voor ons geestelijk leven? De vleeswording wil zeggen dat God Zich openbaart in de mens, in de gestalte van een mens: Maar (Hij) heeft Zichzelf vernietigd (HSV: ontledigd), de gestalte van een dienstknecht aangenomen hebbende, en is de mensen gelijk geworden.” (Filippenzen 2:7, SV)
Natuurlijk is geen van ons aan “de Mens Jezus” gelijk. Maar Jezus’ vleeswording vertelt ons dat het Gods voornemen is om Zich in ons, mensen, te openbaren. Dat doet Hij ook vandaag de dag nog door de innerlijke werkingen van Zijn Geest in de mens (zie voor een opsomming van deze werkingen het boek “De natuurlijke mens en de Heilige Geest” [3] van CJH Theys, bladzijde 23). En zonder deze innerlijke werkingen in ons van de Heilige Geest is er geen godzalig leven mogelijk! Het is het eerste geheim van een waarachtig godvruchtig leven: “Want het is God, Die in u werkt zowel het willen als het werken, naar Zijn welbehagen.” (Filippenzen 2:13)

Gerechtvaardigd in de Geest

Het tweede feit is: God is gerechtvaardigd in de Geest (1 Tim. 3:16c). Dit heeft betrekking op de zalving van Jezus met de Heilige Geest, nadat Hij oprees uit de Jordaan:
“Toen kwam Jezus van Galilea naar de Jordaan, naar Johannes, om door hem gedoopt te worden. Maar Johannes wilde Hem hiervan weerhouden en zei: Ik heb het nodig door U gedoopt te worden, en komt U naar mij? Maar Jezus antwoordde hem en zei: Laat het nu gebeuren, want op deze wijze past het ons alle gerechtigheid te vervullen. Toen liet hij het Hem toe. En nadat Jezus gedoopt was, kwam Hij meteen op uit het water; en zie, de hemelen werden voor Hem geopend, en Hij zag de Geest van God als een duif neerdalen en op Zich komen. En zie, een stem uit de hemelen zei: Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb! (Mattheüs 3:13-17)
Niet alleen de Geest gaf toen getuigenis, maar ook de Vader, Wiens stem weerklonk, zeggende: “Deze is Mijn Zoon, Mijn Geliefde”. Wij moeten bij het lezen van het woord “gerechtvaardigd” echter niet denken aan vergeving of het vrijpleiten van zonden of aan rechtvaardigmaking. Jezus was de zondeloze: “Want wij hebben geen Hogepriester Die geen medelijden kan hebben met onze zwakheden, maar Eén Die in alles op dezelfde wijze als wij is verzocht, maar zonder zonde.” (Hebreeën 4:15)
Neen, gerechtvaardigd betekent in dit verband: “onder ede verklaard te zijn: (God)” (van het Griekse werkwoord “exorkizo”, dat zoveel betekent als “bezweren”). Dit was het begin van Jezus’ vertoning of openbaring aan Israël. Hij werd door het getuigenis van God Zelf, door de neerdaling van de Geest en de stem van de Vader, verklaard te zijn de Zoon van God en de beloofde Messias (= Gezalfde).
Wat is nu het verband met ons geestelijk leven?
Wat heeft dit feit te maken met het godzalig leven? Wel, zoals Jezus toen geopenbaard werd, zo moet Hij ook nu geopenbaard worden… in ons. Het gaat om Jezus’ openbaring in ons! Zonder Jezus’ openbaring in ons is er geen godzalig leven mogelijk. De Zoon van God moet IN ons geopenbaard worden. Hoor wat Paulus zegt in Galaten 1:15-16, “Maar toen het God,… behaagde Zijn Zoon in mij te openbaren,… ging ik meteen niet te rade bij vlees en bloed.”
En in Galaten 2:20a getuigt Paulus: “Ik ben met Christus gekruisigd; en niet meer ik leef, maar Christus leeft in mij…”
Hierin is het tweede geheim gelegen van de ware godsvrucht. De Zoon moet in ons geboren worden (= de wedergeboorte) en groeien: Hij moet wassen (= groeien in ons), maar ik minder worden.” (Johannes 3:30, SV). En in de doop met de Heilige Geest krijgt deze openbaring van Christus in ons zijn bekroning. Deze is de Nieuwtestamentische Zalving! Wanneer de Geest van God in ons woont (of: ons vervult), dan is Christus in ons en wordt Gods gerechtigheid in ons geopenbaard, zo leren wij uit Romeinen 8:9-11, “Maar u bent niet in het vlees, maar in de Geest, wanneer althans de Geest van God in u woont. Maar als iemand de Geest van Christus niet heeft, die is niet van Hem. Als Christus echter in u is, dan is het lichaam wel dood vanwege de zonde, maar de geest is leven vanwege (SV: leven omwille van) de gerechtigheid. En als de Geest van Hem Die Jezus uit de doden opgewekt heeft, in u woont, zal Hij Die Christus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door Zijn Geest, Die in u woont.”

  • KLIK HIER als u deze studie verder wilt lezen
    (GRATIS en in smartphone-formaat).

H. Siliakus
Digitaal uitgewerkt door A. Klein

***********************************************************************************

[1] Alle Bijbelteksten zijn door mij vermeld in de Herziene Statenvertaling / HSV, tenzij anders vermeld. (noot AK)
[2] Parafraseren = De tekst uit een bron in je eigen woorden omschrijven in plaats van letterlijk overnemen. (noot AK)
[3] Zie onze GRATIS studie De natuurlijke mens en de Heilige Geest van CJH Theys. (noot AK)

.

Geplaatst in Bijbelstudie, de Heilige Geest, Gods Geest, Studie van H Siliakus | Tags: , , , , , , , | Een reactie plaatsen

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst (deel 18: De tekenen der tijden)

Jesus, Lamb, Lion

De tekenen der tijden

Positieve en negatieve

In Mattheüs 16 vers 3 staat dit geschreven: “…kunt gij de tekenen der tijden niet onderscheiden? Jezus’ verwijt was gericht tot de Farizeeën en Sadduceeën. Wij zijn verkeerd bezig, wanneer wij déze “tekenen” alleen maar (willen) zien in het negatieve of catastrofale. Er zijn heel wat “inquisiteurs” (onderzoekers) vol goede bedoelingen, die op het uurwerk van de wereld zien dat het één minuut voor twaalf is, en die dit dan aan allen verkondigen. Hebben zij, die zó doen, niet een erg bekrompen blik op de Bijbel, de wereld en de komende Here zelf? Waarschuwen is altijd iets goeds, want wie gewaarschuwd is telt voor twee, zegt het spreekwoord. Tòch kunnen sommigen het op de spits drijven: het te bont maken of sterk overdrijven, wat ook alweer niet nodig is. Waarom zouden wij van het éne uiterste in het andere vallen?! Welk nut heeft dat??
Door alle eeuwen heen zijn er altijd “lichtende tekenen” geweest, opgericht door de Here Zèlf. Zij zijn als verkeerslichten, die de mensen precies doen weten wat is toegestaan en wat niet mag. Rood licht verbiedt, terwijl groen licht toestaat, het ons vergunt om de weg te vervolgen. Door het hele Oude Testament verspreid vinden wij deze “lichten”. Zij wijzen de weg naar Het Grote Licht: Christus. Het Nieuwe Testament is niet minder welsprekend. Tal van wonderen en tekenen spreken ons van de komende grote bevrijding van de mensheid. En, als Jezus Christus spreekt over “het einde van de wereld“, wijst Hij op de “positieve” tekenen, die daaraan vóórafgaan.
Hij noemt dan degenen die zullen “volharden tot het einde” (zie Mattheüs 24:13) en de niet-meer-te-stuiten “voortgang van het Volle Evangelie in de gehele wereld” (zie Mattheüs 24:14). In Openbaring hebben wij hoofdstuk 7 en 14 [1] welke ons de 144.000 “verzegelden” voorstellen; in Openbaring 10 [2] hebben wij “de sterke Engel” (zie vers 1), Die de ziener op Patmos “het boek van het profetisch getuigenis” geeft dat aan alle volkeren moet worden verkondigd (zie vers 8-11); in Openbaring 12 [3] hebben wij “de gehuwde vrouw” [4] die – bekleed met zon en maan en sterren (beeld van de volheid van de Godheid Lichamelijk !) – het beeld van de Bruidsgemeente van Jezus Christus is, aan wie “twee vleugels van een grote arend” [5] (beeld van de volle kracht van de Heilige Geest !) gegeven wordt om heen te vliegen naar haar eigen plaats (“haar van God bereid– zie Openbaring 12:6). Dit alles spoort ons aan om te letten op de POSITIEVE TEKENEN die de af te leggen weg duidelijk afbakenen,… duidelijke voortekenen van de Wederkomst in heerlijkheid van de Here Jezus Christus.
Zij roepen ons met nadruk op om onszelf in te zetten en met volharding de voorgestelde weg te volgen, die vast en zeker leidt naar de komende Vredevorst. Glorie voor Hem! Daar zijn zo vele “tekenen”, lichtende tekenen op de kruispunten van de wereld: kleine, in onze eigen omgeving, in ons eigen leven. Wij zouden erg ondankbaar zijn als wij die tekenen van Gods trouw en liefde niet zouden onderscheiden. Laten wij God bidden om onze harte-ogen wijd te openen, opdat wij al deze onuitwisbare sporen van Zijn uitnemende genade in ons leven kunnen onderscheiden, en als het moet, ook aanwijzen. Hem zij alle lof en dank!!
Wij hebben naast de al genoemde positieve tekenen, ook nog NEGATIEVE. Déze nu zijn die rode verkeerslichten waarover wij terloops geschreven hebben. Zij dienen in ons geval als “waarschuwingstekens” en bewijzen ons dus eveneens goede diensten, omdat zij als het ware de dwaalwegen in het leven, waarlangs wij altijd weer zouden willen ontkomen, versperren. In het buitenland laat men soms met opzet autowrakken liggen op de gevaarlijke kruispunten. De bedoeling is automobilisten opmerkzaam te maken op het gevaar dat op deze plaatsen dreigt. In het Oude Testament waren onder meer de zondvloed (zie Genesis 7), de ondergang van Sodom en Gomorra (zie Genesis 19) en de spraakverwarring in de vlakte van Sinear (zie Genesis 11:1-9), onuitwisbare tekenen van Gods oordeel.
Jezus heeft vele positieve wonderen en tekenen gedaan, maar Hij heeft toch ook een vijgenboom doen verdorren, waar Hij alleen maar blad aan vond en de vruchten ontbraken. Zo zijn er vele mensenlevens die amper of geen (geestelijke) vrucht voortbrengenGeloof zonder werken is dood! Dat wij gewaarschuwd zijn. In Zijn profetische rede over het einde der tijden heeft Jezus oorlogen en geruchten van oorlogen, hongersnoden, pestilentiën en aardbevingen, vervolgingen en valse profeten genoemd:

  • “En gij zult horen van oorlogen, en geruchten van oorlogen; ziet toe, wordt niet verschrikt; want al die dingen moeten geschieden, maar nog is het einde niet. Want het ene volk zal tegen het andere volk opstaan, en het ene koninkrijk tegen het andere koninkrijk; en er zullen zijn hongersnoden, en pestilentiën (HSV: besmettelijke ziekten), en aardbevingen in verscheidene plaatsen. Doch al die dingen zijn maar een begin der smarten (HSV: van de weeën [6]). Alsdan zullen zij u overleveren in verdrukking, en zullen u doden, en gij zult gehaat worden van alle volken, omwille van Mijn Naam. En dan zullen er velen geërgerd worden, en zullen elkander overleveren, en elkander haten. En vele valse profeten zullen opstaan, en zullen er velen misleiden. En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden (HSV: doordat de wetteloosheid zal toenemen), zo zal de liefde van velen verkillen.” (Mattheüs 24:6-11)

Jezus voorzegde ook de val van Jeruzalem (zie Mattheüs 24:1-2). En Hij brandmerkte de ontrouwe en kwade dienstknecht (zie Mattheüs 24:48-51), de dwaze maagden [7] (zie Mattheüs 24:40-41 en 25:1-12), en de onnutte dienstknecht die zijn talent had begraven (zie Mattheüs 25:14-30).
In Openbaring worden verschillende plagen opgesomd – duidelijk onderscheiden en omschreven in de visioenen van de 7 zegels, de 7 bazuinen, de 7 fiolen – die wij in de geschiedenis van alle eeuwen terugvinden: oorlogen, hongersnoden, epidemieën, vervolgingen, verdrukkingen, aardbevingen, hagelstenen, vulkanische uitbarstingen, demonische machten, en nog meer (zie Openbaring, hoofdstuk 6, 8, 9 en 16 [8]). Op zichzelf maken zij dikwijls meer indruk dan de andere, ook al omdat zij te vinden zijn als negatieve tekenen op zowel lokale, als nationale en internationale wegen…
Ze zijn te vergelijken met losse stenen in een muur vóórdat deze instort,… met ziekte en krankheid die ons lichaam teisteren vóórdat de dood intreedt en ons grijpt,… met draaikolken in een rivier die voorboden zijn van een neerstortende en alles meeslepende waterval. Geestelijk bekeken kunnen wij het volgende vaststellen: deze alle zijn STOPTEKENS van God,… bestemd om hardnekkige, weerspannige (= ongehoorzame, tegenwerkende), weerstrevende (= weerstand biedende) en rebellerende afgoden-dienende mensen een “halt” toe te roepen,… om deze tot stilstand te brengen en tot nadenken! Het spreekt nog altijd van Gods bemoeienissen en van Zijn genade!! Amen.
Met alle vrijmoedigheid schrijven wij, dat zonder nadere precisering betreffende de tijdsduur, al deze rampen, tegenspoeden en ongelukken voor alle geslachten “permanente voortekenen” zijn van de ineenstorting van de wereld op een onberekenbaar ogenblik. Het stimulerende karakter van de onzekerheid blijft te allen tijde behouden! Wij willen hiermee zeggen dat het absoluut niet aan ons, mensen, is om “dag en uur” te kennen. Wel moeten wij God dankbaar zijn voor al deze “groene en rode verkeerslichten” op onze levensweg. Als zij niet nodig waren en zijn, zou een alwijze God ze niet geplaatst hebben als waarschuwingsborden en barrières. God werkt niet doelloos.
Op al déze acht te slaan en ons eraan te houden is goed, maar wij moeten er ook niet meer in willen zien dan zij in werkelijkheid zijn. Het is maar één stap van de werkelijkheid naar de verbeelding! Om een sprekend voorbeeld te noemen: wanneer wij vanuit onze woonplaats naar een bepaalde plaats moeten, klimmen wij toch ook niet eerst in de richtingaanwijzer die door de ANWB geplaatst is en waarop de naam van die plaats staat aangegeven? De Bijbel leert ons verstaan dat het meest indrukwekkend wonder en teken, kleine “voorproefjes” zijn van wat komen moet. Laat het voor ons in elk geval genoeg zijn, als wij lezen: “…(ze) zijn beschreven tot waarschuwing voor ons, op dewelke de einden der eeuwen gekomen zijn.” (zie 1 Korinthe 10:11b)
Onze beschouwing is niet compleet als wij geen aandacht besteden aan die “andere” tekenen: DE VALSE (= bedrieglijke) TEKENEN! De laatste dagen zijn vòl van deze, en wij moeten de echte van de valse weten te onderscheiden. Dit is mogelijk als wij kijken door de “bril van de Heilige Geest”. Anders gezegd en geschreven: “de gave… van de onderscheiding der geesten”, genoemd in 1 Korinthe 12:10c, maakt dit mogelijk. In verband hiermee willen wij direct opmerken dat waar werking is van de Heilige Geest, dáár is ook een bediening. Het is zaak om Hem in de Gemeente tot Zijn volle recht te laten komen, door ons aan Zijn leiding te onderwerpen.
De vijand (de duivel = satan !) heeft er alle belang bij om Gods sporen te vervalsen, en om zodoende de mensen op dwaalwegen te leiden. Misleiding is één van zijn sterkste kanten. Om dit te bewerkstelligen in de levens van mensenkinderen maakt de duivel zijn fascinerende nabootsingen, en tracht hij altijd weer te overbluffen, te overdonderen door “spectaculaire wonderen en tekenen”! Daarom moeten wij, vooral in onze tijd, oppassen voor deze duivelse streken, want in de Schrift staat: “de Geest zegt duidelijk, dat in de laatste tijden (of: laatste dagen) sommigen zullen afvallen van het geloof, zich begevende tot verleidende geesten, en leringen van duivels (HSV: van demonen).” (1 Timotheüs 4:1)
In de dagen waarin wij leven zijn de mensen, gelovigen onder hen incluis, ten zeerste belust op alles wat het etiket “spectaculair” opgespeld krijgt. Wij zijn geneigd te schrijven: hoe gekker, hoe liever zij het hebben. De “heldendaden” van de duivel moeten de mensen verleiden, en het schepsel verheerlijken. In waarheid wordt de duivel grootgemaakt! Daarom waarschuwt de Here Jezus ons voor valse profeten, valse leraars en hun wonderen en tekenen (zie Mattheüs 24:24), zoals wij gewaarschuwd worden in Openbaring (zie hoofdstuk 13 [9]).
De Gemeente van Jezus Christus kent het “profetisch ambt” (zie Efeze 4:11 [10]), en dit bestaat er dus in dat de tekenen der tijden zullen worden onderscheiden en Gods wil (welke daaruit voor elke étappe van de wereldgeschiedenis blijkt) wordt bekendgemaakt. Wij kunnen deze beschouwing niet afsluiten zonder te waarschuwen tegen de heden ten dage heersende verkeerde inzichten ten aanzien van de profetie als gave van de Heilige Geest, en het daarmee corresponderende ambt in en van de Gemeente van Jezus Christus. Men raadplegen de brochure van de schrijver: “De Gever en Zijn Gaven“! [11]
Er zijn namelijk mensen die de Bijbelse profetieën beschouwen als een “film” van de politieke geschiedenis van alle tijden. Vandaar dan ook dat wij alle mogelijke verklaringen aantreffen van de boeken Daniël [12] en Openbaring [13], om maar bij deze te blijven. De belangrijkste gebeurtenissen en personen uit de oudheid, uit de middeleeuwen en de moderne tijd, worden daarin genoemd. Zelfs worden er dan nog enkele riskante “voorspellingen” (zo moeten wij het één en ander zien !) aan toegevoegd met betrekking tot de nabijé toekomst. Wij geven hier enkele, ons bekende, voorbeelden: In het begin van 1940 verkondigde men (op grond van de Bijbelse profetieën) dat het Duitse leger de nabuurlanden niet zou binnenvallen. In datzelfde jaar gebeurde dat juist wel. Men heeft Mussolini (de toenmalige minister-president van Italië) zo dikwijls gedoodverfd als de moderne caesar van het Romeinse Imperium, nà zijn verovering van het Afrikaanse Eritréa – ook al op zogenaamd Bijbelse gronden. Het opendraaien van de sluizen van fantasie is altijd een welkome bezigheid geweest. Toen dat “systeem” eenmaal openstond, maakte het snel “furore”, en heden ten dage worden nog velen ertoe verleid deze verkeerde richting in te slaan. Wij vinden haar terug in die brochures waarin verschillende schrijvers “op goed geluk” alle “beesten, hun koppen en hoorns toedichten aan opvallende grootheden uit de menselijke komedie”!
Dergelijke “methoden” zijn niet nieuw, en wanneer mensen dergelijke “menselijke maatstaven” aanleggen, kan iedereen de Bijbelse profetieën laten zeggen wat of zij willen. Begrijp dit! Zulke methoden vervalsen echter de Bijbel èn de geschiedenis. En wanneer wij goed opletten hoe men beide “mishandelt”, ontdekken wij die vervalsing in het bijzonder door ze met elkaar in overeenstemming te brengen. De Schrift verbiedt het raadplegen van waarzeggers, astrologen, en dergelijke ten strengste:

  • “U mag u niet wenden tot de dodenbezweerders (SV: duivelskunstenaars) en tot de waarzeggers. U mag hen niet raadplegen, zodat u zich met hen verontreinigt. Ik ben de HEERE, uw God.” (Leviticus 19:31, HSV)
  • “En de persoon die zich tot de dodenbezweerders of tot de waarzeggers wendt om als in (geestelijke) hoererij achter hen aan te gaan – tegen die persoon zal Ik Mijn aangezicht keren en Ik zal hem/haar uit het midden van zijn/haar volk uitroeien.” (Leviticus 20:6, HSV)
  • “Onder u mag niemand gevonden worden die zijn zoon of zijn dochter door het vuur laat gaan, die waarzeggerij pleegt, die wolken duidt of aan wichelarij doet, die een tovenaar is.” (Deuteronomium 18:10, HSV)
  • “Wanneer zij dan tegen u zeggen: Raadpleeg de geesten van doden, en waarzeggers met hun gelispel en geprevel – zeg dan: Moet een volk zijn God niet raadplegen? Moet men voor de levenden de doden raadplegen?” (Jesaja 8:19, HSV)
  • (Ik ben de HEERE) Die de tekenen van de leugendichters vernietigt, en de waarzeggers dol maakt; Die de wijzen achterwaarts doet keren, en Die hun wetenschap verdwaast (HSV: hun kennis tot dwaasheid maakt).” (Jesaja 44:25)

Dat wij dan ook gewaarschuwd zijn tegen, wat wij willen noemen, “fatalistische opvattingen” van de geschiedenis, want deze zijn volkomen in tegenspraak met de letter en de geest van de Schrift! Amen.

CJH Theys

NOOT
Alle in deze uitgave genoteerde Schriftuur is uit de Statenvertaling.

Overname uit deze brochure is toegestaan, mits met bronvermelding!

EINDE deel 18

Wordt vervolgd

**********************************************************************************

[1] Voor de Bijbelverzen en ‘vers voor vers’ UITLEG over deze hoofdstukken, zie onze GRATIS studie: Openbaring, hoofdstuk 7 en Openbaring, hoofdstuk 14van CJH Theys. (noot AK)
[2] Voor meer uitleg over dit hoofdstuk, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG, Openbaring, hoofdstuk 10 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 10 van E. van den Worm. (noot AK)
[3] Voor meer uitleg over dit hoofdstuk, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG, Openbaring, hoofdstuk 12 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 12 van E. van den Worm. (noot AK)
[4] Zie eventueel ons GRATIS artikel Wie is de VROUW uit Openbaring 12 ? van A. Klein. (noot AK)
[5] Openbaring 12:6+14, “En de vrouw vluchtte in de woestijn, alwaar zij een plaats had, haar van God bereid, opdat zij haar aldaar zouden voeden 1260 dagen (= 3,5 jaar – de periode van de GROTE verdrukking).” … “En aan de vrouw zijn gegeven twee vleugels van een grote arend, opdat zij zou vliegen in de woestijn, in haar plaats, alwaar zij gevoed wordt een tijd, en tijden, en een halve tijd (= dezelfde periode van 3,5 jaar), buiten het gezicht van de slang (= de antichrist, die dan 3,5 jaar regeert).”
[6] Denk hierbij ook aan het 3x genoemde “WEE” in Openbaring 8:13b + 9:12 + 11:14 + ,Wee, wee, wee, degenen, die op de aarde wonen, van de overige stemmen van de bazuinen van de drie engelen, die nog bazuinen zullen” … “Het ene wee (lees Openbaring 9:1-11) is weggegaan, ziet, er komen nog twee weeën na dezen.” … “Het tweede wee (lees Openbaring 9:13-21 en Openbaring 11:13) is weggegaan; ziet, het derde wee komt haast (lees Openbaring 11:15-19).” (noot AK)
[7] Zie eventueel onze GRATIS studie De 5 wijze en de 5 dwaze maagden en hun eigen lotsbestemmingen in de eindtijd van E. van den Worm. (noot AK)
[8] Voor de Bijbelverzen en ‘vers voor vers’ UITLEG over deze hoofdstukken, zie onze GRATIS studie: Openbaring, hoofdstuk 6, Openbaring, hoofdstuk 8, Openbaring, hoofdstuk 9, en Openbaring, hoofdstuk 16van CJH Theys. (noot AK)
[9] Voor meer uitleg over dit hoofdstuk, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG, Openbaring, hoofdstuk 13 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 13 van E. van den Worm. (noot AK)
[10] Efeze 4:11, “En Dezelfde heeft gegeven sommigen tot apostelen, en sommigen tot profeten, en sommigen tot evangelisten, en sommigen tot herders en leraars.”
[11] Zie onze GRATIS studie De Gever en Zijn Gaven van CJH Theys. (noot AK)
[12] Zie eventueel onze GRATIS studie Het Boek Daniël – alle 12 hoofdstukken, met ‘vers voor vers’ UITLEGvan CJH Theys. (noot AK)
[13] Zie eventueel onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Het boek Openbaring: “Die IS en Die WAS en Die KOMEN ZAL” (alle 22 hoofdstukken)van CJH Theys en/of Het Boek Openbaring – “Het Evangelie van Jezus Christus voor de laatste dagen” (alle 22 hoofdstukken) van E. van den Worm. (noot AK)

***********************************************************************************

.

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst

.
Deel 1: Verborgen hoop – Opmerkelijke vrees
Deel 2: Het uitgangspunt
Deel 3: ’s Mensen ontrouw – Gods trouw
Deel 4: Omweg en toch DE WEG…
Deel 5: Licht over de gehele schepping
Deel 6: Als God verder spreekt…
Deel 7: De schepping van de mens
Deel 8: Jezus Christus redt ons van het verderf
Deel 9: Het KRUIS en het geheim
Deel 10: Welke zin heeft het offer ?
Deel 11: Waar gaan wij heen ná de dood ?
Deel 12: God de Heilige Geest
Deel 13: Hemeltijd en Hemelleven
Deel 14: De WEDERKOMST van de Here Jezus Christus
Deel 15: De toekomst van Jezus Christus en het -uiterlijk- einde van de wereld
Deel 16: Nieuwe hemel en nieuwe aarde
Deel 17: De gelegenheid van de tijd

.

Geplaatst in Bijbelstudie, Boek/studiebespreking, de grote verdrukking, Eindtijdstudie, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van CJH Theys, Tekenen vd eindtijd, Wederkomst van Christus | Tags: , , , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

De Bruid en haar versierselen

Bruid van Christus

Innerlijke en uiterlijke versiering

Van grote betekenis zijn op de dag van haar huwelijk de sieraden of versierselen welke de bruid draagt. In onze westerse landen misschien minder dan in de oosterse landen, maar afgezien van wat hier of daar gebruikelijk is, zal men het in ieder geval erover eens zijn dat de sieraden met zorg en smaak gekozen moeten worden. Voor de wedergeboren christen is het uiteraard van belang te weten wat Gods Woord, de Bijbel, erover zegt. De Bijbelse maatstaven voor het huwelijk en huwelijksleven benadrukken de waarde van de innerlijke schoonheid van de vrouw.
Lees wat 1 Petrus 3:3-5 zegt over de versierselen van de christenvrouw:

  • “Uw sieraad moet niet bestaan in iets uiterlijks: het vlechten van het haar, het dragen van gouden sieraden of het aantrekken van mooie kleren; maar uw sieraad moet zijn de verborgen mens van het hart, met het onvergankelijke sieraad van een zachtmoedige en stille geest, die kostbaar is voor God. Want zo tooiden zich voorheen ook de heilige vrouwen, die op God hoopten, en hun eigen mannen onderdanig waren.” [1]

Uitwendige sieraden worden hier dus niet verboden, maar opsmuk en overdadigheid in dezen is onverenigbaar met de geest en strekking van deze woorden. De sieraden moeten in harmonie zijn met de innerlijke schoonheid en deze op geëigende wijze accentueren. Bovendien zijn zij, wat met name op de huwelijksdag tot uiting komt, een uitdrukking van de wens van de bruid om haar bruidegom te behagen. Voor de “buitenwereld” is dit tot een getuigenis.
Alzo moet het zijn onder Gods kinderen en alzo zal het zijn met de Bruid des Heren, Zijn Bruidsgemeente, in geestelijk opzicht. Het christelijk huwelijk wijst immers heen naar en is een afspiegeling van het huwelijk van Christus en de Bruidsgemeente: “Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich aan zijn vrouw hechten, en die twee zullen tot één vlees zijn. Dit geheimenis is groot; maar ik spreek met het oog op Christus en de gemeente.” (Efeze 5:31-32)
Wanneer wij spreken over de versierselen van Christus’ Bruid, hebben wij het over twee dingen: een innerlijke en een uiterlijke versiering. Een innerlijke schoonheid en kostbaarheden die aan Christus’ Gemeente/Kerk gegeven worden tot zichtbare, uitwendige versiering. Voor haar Heer, om Hem te behagen, maar tegelijkertijd tot een getuigenis in deze wereld, om Hem te verheerlijken. Deze uiterlijke sieraden worden haar gegeven en de Gever is niemand anders dan de Heilige Geest [2]. Een vrouw is in wezen zelf een sieraad en heerlijkheid voor haar man: “Een deugdelijke (= wijze) vrouw is de kroon van haar man” zegt Spreuken 12:4a. De wereld maakt daarvan “een visitekaartje”. Hoeveel waardiger is de taal van de Bijbel!

De kroon van 12 sterren

Wij willen als uitgangspunt voor onze beschouwingen opnieuw Openbaring 12:1 [3] nemen, waar de heerlijkheid van de Bruidsgemeente zo subliem wordt uitgedrukt:

  • “En er verscheen een groot teken in de hemel: een vrouw [4], bekleed met de zon, en de maan was onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van 12 sterren.”

Eerder hebben wij al de lichtkledij [5] van de Bruid en het fundament [6] waarop zij staat behandeld. Maar behalve dat zij bekleed is met de zon en staat op de maan, wordt zij ook gezien met een kroon of diadeem van 12 sterren, haar hoofdtooi. Hier hebben wij met een sieraad te doen. De sterren zijn een wonderbaar geschapen symbool van de 3de Persoon van de Goddelijke Drie-eenheid [7], de Heilige Geest. Het opvallende in dit symbool is de menigvuldigheid. Zo is de Heilige Geest menigvuldig in Zijn openbaring en werkingen. En de meest bijzondere openbaring van Gods Geest is wel Zijn openbaring IN mensenkinderen!
Hij werd na Jezus’ hemelvaart uitgestort over de 120 in de opperzaal [8] en maakte inwoning in hen. Van meet af aan was een zeer belangrijk onderdeel van Zijn zending, zo niet het belangrijkste: de vervulling, het inwoning maken. “Die zal bij u blijven en IN u zijn”, zei de Here van de Heilige Geest: “Namelijk de Geest van de waarheid, Die de wereld niet kan ontvangen, want zij ziet Hem niet en kent Hem niet, maar u kent Hem, want Hij blijft bij u en zal IN u zijn.” (Johannes 14:17)
De vele sterren spreken daarom ook van kinderen Gods in welke de Heilige Geest woont. In Openbaring 1:20 [9] lezen wij dat de 7 sterren, die de Here Jezus Christus in Zijn rechterhand houdt, de voorgangers zijn van de 7 gemeenten. De 12 sterren op het hoofd van de Bruid zullen eveneens voorgangers, leidinggevende personen zijn en dan niet van plaatselijke gemeenten, maar van de Bruidsgemeente als geheel. Zij staan “aan het hoofd”, mannen Gods, gezalfd met de Heilige Geest. Twaalf zijn het er en hier gaat het over de Gemeente/Kerk in haar eindstadium. Het kan geen toeval zijn dat er ook 12 mannen, apostelen, aan het hoofd stonden in het beginstadium van de Gemeente/Kerk. Daar is dus een profetische parallellie, volgens welke er 12 apostelen van de Vroege Regen [10] zijn, aan het begin van de kerkgeschiedenis, en 12 apostelen van de Spade Regen [11], aan het eind. In Openbaring 4:4 [12] zien wij ze tezamen, de 24 ouderlingen, die daar de Gemeente/Kerk van alle eeuwen vertegenwoordigen. De 12 sterren op het hoofd van de Bruid vormen tezamen het ‘Kerkbestuur’ van de Bruidsgemeente, van de volmaakte Gemeente/Kerk aan het eind der tijden. Het is een openbaring van de Heilige Geest in 12 apostelen. En onder dit volmaakte bestuur van de Heilige Geest, dat vanzelfsprekend niets met enigerlei menselijke organisatie uitstaande heeft, zal er in de Bruidsgemeente een veelvoud van openbaringen van diezelfde Geest gekend en gezien worden: “De verstandigen (SV: de leraars) zullen blinken als de glans van het hemelgewelf, en zij die er velen rechtvaardigen, als de sterren, voor eeuwig en altijd.” (Daniël 12:3) [13]
De Heilige Geest is de Auctor Intellectualis [14] van alles wat in deze Gemeente/Kerk zal worden gedaan. En deze werkzaamheid van de Heilige Geest in de Bruidsgemeente en door leden van deze Bruidsgemeente (de betekenis van de sterren) is wat de Schrift verstaat onder de versierselen of ornamenten van de Bruid. Het zal een Gemeente zijn die vol is van de Heilige Geest.

KLIK HIER als u deze studie verder wilt lezen
(GRATIS en in smartphone-formaat).

H. Siliakus
Digitaal uitgewerkt door A. Klein

**********************************************************************************

[1] De Bijbelteksten zijn door mij vermeld in de Herziene Statenvertaling / HSV, tenzij anders vermeld. (noot AK)
[2] Zie eventueel onze GRATIS studie De natuurlijke mens en de Heilige Geest van CJH Theys. (noot AK)
[3] Voor meer UITLEG over dit vers, zie onze GRATIS ‘vers voor vers’ studie van het Bijbelboek Openbaring 12 van CJH Theys en/of Openbaring 12 van E. van den Worm. (noot AK)
[4] Zie eventueel ons GRATIS artikel Wie is de VROUW uit Openbaring 12? van A. Klein. (noot AK)
[5] Zie eventueel onze GRATIS studie De Bruid en haar geestelijke kledij(in smartphone formaat) van H. Siliakus. (noot AK)
[6] Zie eventueel onze GRATIS studie De Bruid en haar geestelijk fundament(in smartphone formaat) van H. Siliakus. (noot AK)
[7] In Deut. 6:4 staat: “Luister, Israël! De HEERE, onze God; de HEERE is één! (dus één Persoon!)(HSV).
Dit wordt ook onderschreven door het feit, dat de beide cherubs en het verzoendeksel uit één brok goud moesten worden gesmeed (= geslagen) (zie Exodus 25:18). De beide cherubs en het verzoendeksel beelden onze almachtige God in Zijn 3 openbaringsvormen uit. De cherubs beelden de Vader en de Heilige Geest uit, en het verzoendeksel beeldt het Lam, de Zoon van God uit. Gods wezen is een EENheid. Hij is één Wezen, één Persoon. De leer dat God uit 3 personen bestaat is dus een dwaling. Het is dus beter te spreken van de 3 Openbaringsvormen van God, te weten:
de 1ste Openbaringsvorm van God: de Vader
de 2de Openbaringsvorm van God: Jezus, de Zoon
de 3de Openbaringsvorm van God: de Heilige Geest.
Net zoals wij mensen ook bestaan uit: lichaam, ziel en geest. (noot AK)
[8] Zie eventueel ons GRATIS artikel De opperzaalgemeente (in smartphone formaat) van H. Siliakus. (noot AK)
[9] Openbaring 1:20, “Het geheimenis van de 7 sterren die u in Mijn rechterhand hebt gezien, en van de 7 gouden kandelaren is: de 7 sterren zijn de engelen van de 7 gemeenten, en de 7 kandelaren die u hebt gezien, zijn de 7 gemeenten.”
[10] Vroege Regen = Het beeld van de UITSTORTING van de Heilige Geest tijdens het Pinksterfeest, in de begintijd van de Gemeente, zoals vermeld in Handelingen 2:1-4. (noot AK)
[11] Spade (of Late) Regen = Het beeld van de UITSTORTING van de Heilige Geest in de eindtijd (zie Joël 2:23b en 28-29, hieronder vermeld), nodig om de Gemeenteleden – vooral in geestelijke zin – gereed te maken voor groei en (wereldwijde) opwekking.
“En gij, kinderen van Sion! verheugt u en zijt blijde in de HERE, uw God; want Hij zal u geven die Leraar ter gerechtigheid (= de Heilige Geest); en Hij zal u de Regen doen nederdalen, de vroege Regen en de spade Regen als voorheen.” “En daarna zal het geschieden, dat Ik Mijn Geest zal UITGIETEN over alle vlees, en uw zonen en uw dochters zullen profeteren; uw ouden zullen dromen dromen, uw jongelingen zullen gezichten zien; Ja, ook over de dienstknechten, en over de dienstmaagden, zal Ik in die dagen Mijn Geest UITGIETEN.” (Joël 2:23 en 28-29).
Zie eventueel onze GRATIS studie De ‘Spade Regen opwekking (in smartphone formaat) van H. Siliakus. (noot AK)
[12] Openbaring 4:4, “En rondom de troon stonden 24 tronen. En op de tronen zag ik de 24 ouderlingen zitten, bekleed met witte kleren, en met gouden kronen op hun hoofd.”
[13] Voor meer UITLEG over dit vers, zie onze GRATIS studie, Daniël, hoofdstuk 12: Christus openbaarde Daniël de eindtijdvan CJH Theys. (noot AK)
[14]  Auctor Intellectualis = Letterlijk: geestelijk vader, die als ‘bedenker’ van iets of iemand als het ware de vader daarvan is. (noot AK)

.

Geplaatst in Bijbelstudie, Bruiloft vh Lam/Bruid/Bruidegom, de Heilige Geest, Eindtijdstudie, Geestesgaven, Gods Geest, Gods Geest/De Heilige Geest/Geestesgaven etc., Heiligmaking, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van H Siliakus, Volmaaktheid in Christus, Wederkomst van Christus | Tags: , , , , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst (deel 17: De gelegenheid van de tijd)

Jesus, Lamb, Lion

De gelegenheid van de tijd

De grote dag nadert

Het is voor Christenen van de grootste betekenis te weten in welke tijd wij leven om trouw in de dienst des Heren te staan. De apostel Paulus schreef eenmaal deze regels: “En dit zeg ik te meer, dewijl wij de gelegenheid van de tijd weten, dat het de ure is, dat wij nù uit de slaap ontwaken; want de zaligheid is ons nu nader dan toen wij eerst geloofd hebben (HSV: dan toen wij tot geloof kwamen).” (Romeinen 13:11)
Wij zijn dus nù al in het einde der tijden“. Deze uitdrukking vinden wij op diverse plaatsen in het Nieuwe Testament. Onderzoeken en vergelijken wij onder meer 1 Timotheüs 4:1, 1 Petrus 1:5, Judas 18 en 1 Korinthe 7:29 (“de tijd is kort“):

  • “De Geest zegt duidelijk, dat in de laatste tijden sommigen zullen afvallen van het geloof, zich begevende tot verleidende (HSV: misleidende) geesten, en leringen van duivels (HSV: demonen).” (1 Tim. 4:1)
  • “…om geopenbaard te worden in de laatste tijd.” (zie 1 Petr. 1:5b)
  • “Dat zij u gezegd hebben, dat er in de laatste tijd spotters zullen zijn, die naar hun goddeloze begeerlijkheden (HSV: begeerten) wandelen zullen.” (Judas 1:18)
  • “Maar dit zeg ik, broeders, dat de tijd voorts kort is; opdat ook (de mannen) die vrouwen hebben, zouden zijn als (ze) niet hebbende.” (1 Kor. 7:29)

Met nog meer nadruk wordt elders in de Bijbel gesproken over de laatste dagen (zie Jesaja 2:2, Ezechiël 38:16, Daniël 10:14, Handelingen 2:17, Jakobus 5:3 en  2 Timotheüs 3:1); en zelfs over “het laatste uur in 1 Johannes 2:18 (twee keer):

  • “En het zal geschieden in het laatste der dagen, dat de berg van het huis des HEEREN zal vastgesteld zijn op de top (letterlijk: in het hoofd) der bergen, en dat hij zal verheven worden boven de heuvels, en tot dezelve zullen alle heidenen toevloeien.” ( 2:2)
  • “En gij zult optrekken tegen Mijn volk Israël, als een wolk, om het land te bedekken; in het laatste der dagen zal het geschieden; dan zal Ik u aanbrengen tegen (HSV: doen komen over) Mijn land, opdat de heidenen Mij kennen, als Ik aan u, o Gog [1]! voor hun ogen zal geheiligd worden.” (Ezech. 38:16)
  • “Ik ben gekomen om u inzicht te laten krijgen in wat uw volk in later tijd (letterlijk: aan het einde van de dagen) zal overkomen, want er is nog een visioen voor die dagen.” (Dan. 10:14, HSV) [2]
  • “En het zal zijn in de laatste dagen, (zegt God) Ik zal uitstorten van Mijn Geest op alle vlees; en uw zonen en uw dochters zullen profeteren, en uw jongelingen zullen gezichten (HSV: visioenen) zien, en uw ouden zullen dromen dromen (Het Boek: betekenisvolle dromen).” (Hand. 2:17)
  • “…gij hebt schatten vergaderd in de laatste dagen.” (zie Jak. 5:3b)
  • En weet dit dat in de laatste dagen zware tijden zullen aanbreken.(2 Tim. 3:1, HSV)
  • “…het is de laatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat de antichrist komt, zo zijn ook nu vele antichristen geworden; waaruit wij kennen (HSV: weten), dat het de laatste ure(1 Joh. 2:18)

Wij dienen deze uitdrukkingen goed te begrijpen. Het gaat hier niet om een “chronologische bepaling” maar wel om (wat wij noemen) een “kwalificatie van onze tijd”.
Maar waarom schrijven wij nù pas hierover? Hadden wij niet veel eerder hierover moeten schrijven?? Mogelijk wel, doch wij hebben er de voorkeur aan gegeven toch maar eerst andere onderwerpen te behandelen. Want naar onze bescheiden mening zullen wij, in het licht van al wat hieraan vóóraf is gegaan, de waarde en de betekenis van ònze tijd pas goed begrijpen. Wanneer wij ons die onsterfelijke tijd voorstellen van het EEUWIGE Rijk Gods, dan is er geen lengte van tijd, hoe lang die ook mag zijn, die niet is als een minuut… De apostel Johannes noemt bijvoorbeeld “de laatste ure” de tijd waarin alle dingen zozeer volbracht zijn, dat er niets meer overblijft dan de laatste openbaring van Jezus Christus. Wij leven in een tijd die heel duidelijk gekend wordt als de “laatste dagen”, waarvan de duur echter totaal onbekend blijft.
Dat wil dan niet zeggen dat de jaren of eeuwen, die ondertussen verlopen zijn, zinloos zouden zijn. Verre van dat! Maar welke zin onze tijd dan heeft? Toen Jezus Zijn discipelen verliet heeft Hij hen niet zonder taak achtergelaten,… in een passief afwachten van Zijn wederkomst. O, neen; Hij heeft hen verzekerd dat Hij hen niet als wezen zou achterlaten, maar dat Hij met hen zou zijn “alle dagen tot de voleinding der wereld” (zie Mattheüs 28:20). En Hij beloofde hen de Vader te zullen bidden, en de Trooster – de Geest der Waarheid – te zenden, Die hen “in alle waarheid zou leiden” (zie Johannes 16:13). In al de waarheid, die geloofd wordt met het hart en beleden met de mond.
Tussen dat wat Jezus Christus geheel alleen volbracht heeft en dat wat Hij aan het einde zal openbaren, òòk alléén door Zijn macht en Zijn kracht, is er plaats voor ònze medewerking,… “mede-arbeid”! “Want wij zijn Gods medearbeiders…” (1 Korinthe 3:9a). Wàt is de zin van de ruimte en tijd die de mensheid nog gegeven wordt, nadat haar verzoening door Jezus Christus reeds is geschied en geproclameerd? God heeft een doel,… verwacht nog iets… God wil Zijn laatste en beslissend woord niet spreken zonder een menselijk antwoord, een menselijk “JA” gehoord te hebben, zonder dat Zijn genade een stem van menselijke dank – uit de diepte van de met Hem verzoende ZIELEN – heeft OPGEROEPEN.
Wij weten het,… de tijd is vol van lessen. Dit zal ongetwijfeld nog erg zwak blijven; en het antwoord op die Goddelijke genade zal wederom volle genade nodig hebben. Want niet allen zullen geloven, erkennen en belijden. Zij die dit wel doen zullen in alle generaties – òòk in deze eindtijd – een minderheid vormen. Gode zij dank dat deze handvol antwoordenden,… verantwoordelijken er altijd is geweest. Onder de liefdevolle, maar òòk straffe leiding van de Heilige Geest [3] leeft DE Gemeente van Jezus Christus! Halleluja!! Zij wordt geformeerd en breidt zich uit over het gehele rond der aarde, ofschoon zij zich in onze tijd nog deformeert en reformeert (= zich verdeelt en weer hergroepeert) – treurig, maar waar – en zij gaat voorwaarts en verkondigt de Blijde Boodschap tot aan het einde der aarde (met vooruitgang en teruggang in haar zendingsijver !). Zij is zich bewust van haar opdracht:

  • “En dit Evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volkeren; en dan zal HET EINDE komen.” (Mattheüs 24:14)

De Gemeente van Jezus Christus is géén doel in zichzelf, zoals zo velen denken. Zij kan er niet op bedacht zijn het gemakkelijk te hebben,… zich niet bezig houden met reputatie, uitbreiding, uiterlijk vertoon,… haar tijd doorbrengen met verliefd te kijken naar zichzelf. Zij is er voor de Here Jezus Christus, voor Zijn Woord, en om als een Licht te zijn voor de wereld! Zij leeft als zij gehoorzaam en missionair is Teruggetrokken in zichzelf verwelkt zij, gaat zij tot ontbinding over, en verdrinkt zij zichzelf in haar spiegelbeeld… Bij alle menselijke wisselvalligheden herhaalt de geschiedenis zich. Dat wij hierop letten!!
Onder het Oude Verbond heeft Gods volk herhaaldelijk gelonkt en geflirt naar en mèt de afgoden,… de wegen van de heidenen verkozen,… zich vervolgens gestort in tweespalt en verdeeldheid, en het werk tenslotte overlatend aan de grote machten van de wereld. Wie zou durven beweren dat de Gemeente, zoals wij deze heden ten dage kennen, het er beter heeft afgebracht onder het Nieuwe Verbond? Wordt ook nu niet “de brede weg” bewandeld, wereldgezindheid aangekweekt en dezelve gelijkvormigheid in haar gelederen getolereerd?!? Kunnen wij niet beter spreken van “hoogverraad jegens haar roeping”!?!
Vanwaar anders die duizend-en-een stukken waarin zij uiteengevallen is, als een spiegel gevallen van de plaats waar zij stond?!? Is het zout niet allang smakeloos geworden!?! En toch, ondanks deze verregaande ontrouw, dit ten hemel schreiend verraad, werkt de Heilige Geest in het verborgen aan de formatie van de Bruidsgemeente [4]. Halleluja!! Christus als Het Hoofd blijft soeverein. Wat geschreven staat in 1 Korinthe 15:25 moet gebeuren: “Want Hij moet als Koning heersen, totdat Hij al de vijanden onder Zijn voeten zal gelegd hebben.” Daarom bestaat het Lichaam nòg, ondanks haar zwakheid en verraad; en als Christus haar niet aan haar lot overlaat, wat zullen wij dan (moeten) doen?!
Weet u geachte lezer / lezeres hoe wij het zien? De laatste dagen van onze wereld zijn als totaliteit net als een brug die tussen twee grote pijlers hangt, die gevormd worden door de tweevoudige komsten van Jezus Christus… de brug die opgehangen is tussen twee oevers: de lijdende Jezus en de verheerlijkte Jezus. Alleen de Gemeente van Jezus Christus kent deze twee pijlers die haar dragen. De wereld kent die niet. En omdat wij nog IN de wereld zijn, maar niet VAN de wereld, is het Christelijk getuigenis noodzakelijk. Dat God, de Heilige Geest, ons zal bekwamen om getrouw te blijven. Amen.

Daar is dan ook nog altijd een “veelvuldig getuigenis”, en hiervan willen wij de volgende elementen nagaan:

  1. ten eerste – de aanwezigheid in de wereld (door mondelinge verkondiging van het Evangelie), en
  2. ten tweede – het profetisch getuigenis en het getuigend handelen.

Alvorens echter in details te treden willen wij er nog eens de nadruk op leggen dat wij – steunend op genade – telkens weer tot de Here moeten komen om onze toevlucht te nemen tot gebed [5] en overdenking… Dat wij telkens weer moeten grijpen naar Gods Woord waarin wij ons hebben te verdiepen tot lering, tot onderwijzing, om het ook te doen, opdat wij niet falen. De Bijbel staat immers vol vermaningen, die ons telkens terugroepen naar de Bron van elk waarachtig getuigenis.

Als het gaat om: (1) Die aanwezigheid in de wereld, moet worden opgemerkt dat wij voor alles onze houding tegenover de wereld moeten bepalen. Dit is (naar onze bescheiden mening) vooral van belang, omdat velen van hen die zich met de laatste dingen, en in het bijzonder met de Bijbelse profetieën hebben bezig gehouden (wij treffen deze vooral aan in onze pinksterkringen [6]), uitgingen van een verkeerde visie op de verhouding van het volk van God tot de mensheid in haar geheel.
Hoe zit dat nu? Het Oude Testament herhaalt telkens dat Israël – sinds Abraham – als volk en natie “afgescheiden moest leven ten opzicht van andere volken, en op geen enkele wijze deel mocht hebben aan hun verontreiniging”. Het is evenzeer waar dat het Nieuwe Testament met nadruk herhaalt dat òòk wìj (in tegenstelling tot de ongelovigen) “een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk…” zouden zijn (zie 1 Petrus 2:9). Dat wij dus niet “gelijkvormig moeten worden aan deze verderfelijke wereld” (zie Romeinen 12:2), maar “de dingen die boven zijn” moeten zoeken (zie Kolossensen 3:1), en moeten leven als “bijwoners en vreemdelingen”:

  • “Geliefden, ik roep u op als bijwoners en vreemdelingen u te onthouden van de vleselijke begeerten, die strijd voeren tegen de ziel.” (1 Petrus 2:11, HSV)

Is Jezus Zelf niet zover gegaan dat Hij in Zijn hogepriesterlijk Gebed gebeden heeft: “…Ik bid niet voor de(ze) wereld” (zie Johannes 17:9a – en Hebreeën 13:14, “Want wij hebben hier geen blijvende stad, maar wij zoeken de toekomende”), en wij zo duidelijk het gebod te horen krijgen: “Hebt de wereld niet lief, noch hetgeen in de wereld is” (zie 1 Johannes 2:15a). Wij zien dus hoe duidelijk de zaak is: de opdracht is nog steeds dezelfde gebleven; onveranderd gelijk de Opdrachtgever onveranderlijk is! Wij moeten ons steeds meer losmaken van deze wereld. Het beste wat wij als Christenen kunnen doen is: als bekeerden bij elkaar gaan zitten in een hoekje om – verteerd door heimwee naar het Jeruzalem boven – ons pelgrimslied te zingend: “ik heb mijn woning niet hier, maar daarboven”! Amen.
Wij hebben al gezien dat Abraham niet werd geroepen om alles te verlaten om een sekte te vormen, maar om een “bron van zegen te zijn” en niet alleen voor enkelingen, maar voor “alle geslachten der aarde“:

  • “En Ik zal u tot een groot volk maken, en u zegenen, en uw naam groot maken; en wees een zegen! En Ik zal zegenen, die u zegenen, en vervloeken, die u vloekt; en in u zullen alle geslachten van het aardrijk gezegend worden.” (Genesis 12:2-3)

Zo vinden wij in het hele Oude Testament déze “opening naar de wereld om ons heen“: “Eis van Mij, en Ik zal de heidenen geven tot Uw erfdeel, en de einden der aarde tot Uw bezitting.” (Psalm 2:8)
Laten wij één en ander vergelijken met Jesaja 2:2-5 en 25:6-9:

  • “En het zal geschieden in het laatste der dagen, dat de berg van het huis des HEEREN zal vastgesteld zijn (HSV: vast zal staan) op de top (letterlijk: in het hoofd) van de bergen, en dat hij zal verheven worden boven de heuvels, en tot dezelve zullen alle heidenen toevloeien. En vele volken zullen heengaan en zeggen: Komt, laat ons opgaan tot de berg des HEEREN, tot het huis van de God van Jakob, opdat Hij ons lere van (HSV: zal onderwijzen aangaande) Zijn wegen, en dat wij wandelen in Zijn paden; want uit Sion zal de wet uitgaan, en des HEEREN woord uit Jeruzalem. En Hij zal rechten (= recht spreken) onder de heidenen, en bestraffen vele volken; en zij zullen hun zwaarden slaan tot spaden, en hun spiesen tot sikkels (HSV: speren tot snoeimessen); het ene volk zal tegen het andere volk geen zwaard opheffen, en zij zullen geen oorlog meer leren. Komt, gij huis van Jakob, en laat ons wandelen in het licht des HEEREN.” (Jes. 2:2-5)
  • “En de HEERE der heirscharen (HSV: van de legermachten) zal op deze berg allen volken een vette maaltijd (HSV: een feestmaal met uitgelezen gerechten) maken, een maaltijd met reine wijn, met vet vol van merg, met reine wijnen, die gezuiverd zijn. En Hij zal op deze berg verslinden het bewindsel des aangezichts (= de gezichtsbedekking), waarmee alle volken omwonden zijn, en het deksel (HSV: de bedekking), waarmee alle natiën bedekt zijn. Hij zal de dood verslinden tot overwinning, en de Heere HEERE zal de tranen van alle aangezichten afwissen; en Hij zal de smaadheid van Zijn volk van de ganse aarde wegnemen; want de HEERE heeft het gesproken. En men zal te dien dage zeggen: Ziet, Deze is onze God; wij hebben Hem verwacht, en Hij zal ons zalig maken. Deze is de HEERE, wij hebben Hem verwacht, wij zullen ons verheugen en verblijden in Zijn zaligheid.” (Jes. 25:6-9)

Is dit alles in het Nieuwe Testament veranderd? Zeer zeker niet! Wij zien iedere keer weer dat Jezus met innerlijke ontferming bewogen is over de menigten,… en dat de Verrezen Heiland Zijn discipelen uitzendt als “dragers van het Evangelie”, naar “ALLE VOLKEN, OVERAL TER WERELD” (zie Mattheüs 28:19 en Markus 16:15), met de waarschuwing dat zij zouden zijn “als schapen te midden van wolven” (zie Mattheüs 10:16, en vergelijk dit vers met Mattheüs 5:10, 24:9 en Johannes 15:20), en dat zij zouden bloot staan aan de grootste haat en vervolgingen:

  • “Ziet, Ik zend u als schapen in het midden der wolven; zijt dan voorzichtig (HSV: bedachtzaam) gelijk de slangen, en oprecht gelijk de duiven.” (Mattheüs 10:16)
  • “Zalig zijn (zij) die vervolgd worden om der gerechtigheid wil; want hun is het Koninkrijk der hemelen.” (Mattheüs 5:10)
  • “Alsdan zullen zij u overleveren in verdrukking, en zullen u doden, en gij zult gehaat worden van alle volken, omwille van Mijn Naam.” (Mattheüs 24:9)
  • “Gedenk het woord, dat Ik u gezegd heb: Een dienstknecht is niet meerder dan zijn heer. Indien zij Mij vervolgd hebben, zij zullen ook u vervolgen.” (Johannes 15:20a)

De Bruid (ofwel: de Bruidsgemeente) – zo wonderbaar gesymboliseerd in de “gehuwde” vrouw van Openbaring 12 [7] – moet er zeer zeker op bedacht zijn “in de woestijn” te moeten leven (de plaats welke God haar heeft toebereid – zie Openbaring 12:6 en 14) en achtervolgd door de tegenstander en geduchte vijand, die haar (Gode zij dank !) niet kan schaden (zie Openbaring 12:13-16). Geloofd zij de Naam des Heren! De door ons aangehaalde Bijbelteksten, waarvan men zich graag bedient om een “politiek van wereldmijding” te rechtvaardigen, komen voor in een verband dat wij niet uit het oog mogen verliezen. Velen staan een “radicaal breken” met de wereld voor. Is dat wat Jezus bedoelt?
In de Bijbel lezen wij dat het Gods wil is dat Christenen een “heilige natie” vormen,… leven als “vreemdelingen en bijwoners” op de aarde. Dat is goed en niet te loochenen. Oké, maar dan toch zeker ook om “de deugden te verkondigen van Hem, Die ons getrokken heeft uit de duisternis en ons heeft geroepen tot Zijn wonderbaar licht” (zie 1 Petrus 2:9b). Om “een eerlijke wandel te leiden onder de heidenen, opdat in hetgeen zij kwalijk van ons spreken als van kwaaddoeners, zij uit onze goede werken God mogen verheerlijken in de dag der bezoeking”. (zie 1 Petrus 2:12)
Het is zeker dat wij niet gelijkvormig moeten worden aan deze wereld! Zeker, maar er staat tevens geschreven dat “wij zegenen moeten die ons vervolgen,… dat wij niemand kwaad voor kwaad zullen vergelden,… en dat wij, indien het mogelijk is, vrede moeten houden met ALLE mensen” (zie Romeinen 12:14 en 17-18). Als er geschreven staat dat wij “de dingen moeten zoeken die boven zijn, waar Christus is…” (zie Kolossenzen 3:1), dan wil dat niet zeggen dat er sprake moet zijn van een vaag heimwee naar de hemelse dingen alleen, dòch van een verbonden zijn mèt Christus, Die van ons gehoorzaamheid verwacht tijdens ons leven hier op aarde!!
Jezus heeft niet gebeden voor deze wereld. Akkoord, maar Hij heeft òòk gebeden voor de Zijnen dat zij “één zijn, opdat de wereld gelove, dat Gij Mij gezonden hebt” … “opdat de wereld bekenne (of: zal erkennen), dat Gij Mij gezonden hebt, en hen liefgehad hebt, gelijk Gij Mij liefgehad hebt” (zie Johannes 17:21b + 23b). Wanneer wij het Hogepriesterlijk Gebed van Jezus Christus goed – dat wil zeggen: biddend – bestuderen en erover mediteren, zullen wij moeten toegeven dat het geheel en al open is naar de “wereld” (in dit 17de hoofdstuk van Johannes alleen komt de term “wereld” 19 keer voor, wat toch wel wat wil zeggen!).
Als ons tenslotte gevraagd wordt om “deze wereld niet lief te hebben” (zie 1 Johannes 2:15), dan is het – blijkens het vervolg (wat daarmee samenhangt), omdat “deze wereld en haar begeerlijkheid voorbijgaat” (zie 1 Johannes 2:16-17) – natuurlijk zo dat wij deze wereld (als opstandige, rebellerende, afvallige wereld) niet liefhebben. Maar is het dan wel gerechtvaardigd om zich helemaal uit de wereld terug te trekken, om alsdan als “gereinigden” op een hoopje bij elkaar te gaan zitten en verder niets meer te doen?
Wij willen de ernst van elke situatie onder ogen zien en de goede bedoelingen van velen, die de beslissing nemen met hun milieu te breken, ook niet miskennen, maar tòch is het goed ook rekening te houden met de waarschuwing: “monniken en nonnen menen de wereld ontvlucht te zijn, maar in hun kloosters zitten zij er dieper in, dan wanneer zij tussen het volk zouden leven; want juist in die kloosters is die wereld aanwezig met al haar begeerten”. En deze waarschuwing is nog wel van de Zwitserse hervormer Zwingli die (gelet op zijn vroeger leven) het toch wel geweten heeft. Wanneer wij hierover dieper nadenken, moeten wij toegeven – zonder te willen generaliseren – dat wij deze woorden in de eerste plaats op onszelf kunnen toepassen als wij vergeten dat de wereld evenzeer IN ons als BUITEN ons is!! Een goed verstaander heeft maar een half woord nodig.
De Bijbel leert dat de gelovige IN de wereld is, en dat hij er in moet blijven zonder VAN de wereld te zijn. Juist hij is geroepen om in de wereld zijn taak te volbrengen, en het werk van de tegenstander te doorbreken in de kracht van de Heilige Geest. Als God de wereld zo zeer heeft liefgehad dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, dan kunnen wij niet inzien waarom wij haar de rug moeten toekeren met een onverschilligheid en ongevoeligheid die door Jezus nooit zo aan de dag gelegd zijn. Velen beroepen zich zo graag op het bekende bevel: “Gaat uit van haar (= uit Babel), Mijn volk, opdat gij aan haar zonden geen gemeenschap hebt,…” (zie Openbaring 18:4b; vergelijk met Jesaja 48:20, 52:11, Jeremia 50:8 en 51:6 + 45):
Wat willen zij hiermee zeggen? Zij willen hiermee hun afkeer van de wereld aantonen en Bijbels rechtvaardigen. Ons inziens zijn wij verkeerd bezig als wij het Bijbels gebod misbruiken om een schuldige “desertie” (= het zich moedwillig onttrekken aan de vervulling van onze plicht) te maskeren; ja, om die te willen rechtvaardigen. Veel meer wordt van ons dezelfde waakzame aanwezigheid gevraagd die ook Jezus kende. Het farizeïsme in al zijn vormen – en de farizeeër is juist het meest gevaarlijk als hij zich vermomt als tollenaar! – doodt het getuigenis van de Christen. Wij moeten het volgende nooit vergeten: zodra wij ons slechts één millimeter verheffen bóven onze naaste(n), met de gedachte hem te willen oordelen – al is het dan alleen maar voor één seconde – dàn kunnen wij hem de genade van Jezus Christus niet meer verkondigen.
Hoe dient onze houding dan te zijn? Uit de Evangeliën blijkt duidelijk dat Jezus werkelijk aanwezig kon zijn in de meest verschillende omstandigheden en gezelschappen. Deugdzame mensen hebben Hem weliswaar verweten dat Hij met mensen van slechte zeden aanzat – “met zondaars en tollenaren” (zie Mattheüs 9:11, 11:19, Markus 2:16 en Lukas 15:2) – maar dat verhinderde Hem niet, bij gelegenheid, de uitnodiging van Simon de Farizeeër te aanvaarden (zie Lukas 7:36, 11:37 en 14:1).
Terzelfdertijd heeft Hij tot de overpriesters, Schriftgeleerden en oudsten van het volk, die zo zeer overtuigd waren van hun geestelijke superioriteit, gezegd dat “tollenaren en hoeren hen zouden voorgaan in het Koninkrijk van God” (zie Mattheüs 21:31). Zo ging Jezus om met de vurigste Joden (“gij zijt niet verre van het Koninkrijk Gods” zei Hij tot één van hen – zie Markus 12:34), alsook met Samaritanen (en een Samaritaanse vrouw), waarover Zijn discipelen zich verbaasden (zie Johannes 4:27). Jezus heeft zelfs te maken gehad met heidenen, zoals de hoofdman te Kapérnaüm en de Syro-Fenicische vrouw, bij wie Hij “zo’n groot geloof” gevonden had zoals Hij niet in Israël had gevonden (zie Mattheüs 8:10 en 15:28).
Hoe evenwichtig was Jezus’ handel en wandel!!
Tòch, al heeft Jezus ook op tal van manieren Zijn zoekende en reddende liefde voor de mensheid bewezen – zelfs tot op het kruis, waarop Hij de schuld van de gehele wereld heeft gedragen – tòch is Hij ook nooit (zelfs niet voor een ogenblik) medeplichtig geweest aan haar zonden. Hoe staat het met ons?? Wij echter zijn maar al te vaak medeplichtig, en wij lopen te koop met onze diepe afkeer van de wereld, terwijl in het verborgen “de begeerlijkheid van de wereld” ons nog diep in het bloed kan zitten! Wie van ons zal dit durven tegenspreken en tegelijkertijd God in Zijn aangezicht zien?!?
Hoe staat de wereld tegenover ons en ons getuigenis? In hoeverre wil zij met ons te maken hebben??  Wij willen niet de nadruk leggen op onze verantwoordelijkheid om aanwezig te zijn in de wereld, omdat zij zou dingen naar ònze belangstelling. Wij maken ons illusies als wij geloven dat de wereld door ons getuigenis zou kunnen worden bekeerd en “getemd”, en niet beter zou vragen dan goed met haar overeen te komen,… haar diensten, zelfs haar medewerking zou aanvaarden. Wij geven ons er rekenschap van dat de mensheid zich steeds openlijker van het Christelijk geloof losmaakt, en alleen nog maar schouderophalend naar ons luistert. Waar dient het dan toe? Wat nut is het, als wij zien hoe het tegenwoordig Christendom (?) onder hoongelach terugkeert van de hel naar haar eerste ongebonden vrijheid!?
De Christenheid kan erover klagen, zoals een misleid meisje weent over een ontrouwe minnaar, maar wat zich in onze dagen afspeelt is niets anders dan het gevolg van de grote leugen waaraan zij zich de eeuwen door heeft schuldig gemaakt! Zullen wij ons dan in de laatste dagen terugtrekken, omdat wij anders afgewezen worden?!? Zullen wij dan nu huilend bij de pakken neerzitten over zoveel ondankbaarheid?!? Zullen wij ons in deze boze dagen verbazen over het “heidens-christendom” (òf is het “christelijk-heidendom” ?), dat op alle terreinen steeds openlijker aan de dag treedt!?!
Is dit alles een geldige reden om moedeloos te worden,… om Hem, Die de wereld heeft overwonnen, in de steek te laten onder het voorwendsel dat wij zo weinig merken van die overwinning [8]!?! Wij horen zo dikwijls beweren dat het Christendom, het Bijbels Christendom wel te verstaan, stervende is. Wat denkt u ervan? Zou dat waar zijn?? Wij weten wat Jezus gezegd heeft bij monde van Zijn geliefde apostel in Openbaring 3:1b [9]: “Ik weet uw werken, dat gij de naam hebt, dat gij leeft, en gij zijt (geestelijk gezien) dood.” Aan de andere kant zijn wij ervan verzekerd dat Hij tot in alle eeuwigheid leeft, en dat wij IN ALLES van Hem afhankelijk zijn, en niet van de gunst van de wereld!! Amen.
Jezus vraagt ons “af te steken naar dieper water” (zie Lukas 5:4). Niet om ons te verdrinken, maar om daar “op Zijn Woord” de netten uit te werpen! Welke levenslessen zijn hier te leren? Het is verreweg het beste om te handelen in het geloof aan Zijn Woord, en in de wetenschap dat bij de Wederkomst van de Here Jezus Christus de voosheid (= leegheid) van deze wereld en van ons leven zal verdwijnen, en dat Hij Zijn Vrederijk [10] op deze aarde zal vestigen, opdat wij zó doende in staat zullen zijn langzamerhand de juiste houding te vinden in plaats van starre principes toe te passen alleen vanwege kennis doch niet in Zijn kracht!! Want de Heilige Geest heeft géén “programma” – Hij leert ons Jezus uit te leven in deze wereld. Amen. Eis voor deze tijd: “Laat uw licht alzo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken mogen zien, en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken.” (Mattheüs 5:16)

Als het gaat om: (2) het (profetisch) getuigenis van de Gemeente, moeten wij direct opmerken dat de Gemeente nooit levend kan zijn als zij niet vastberaden gericht is op de gehéle mensheid. Zij leeft evenmin, als zij niet een duidelijke boodschap heeft voor alle mensen; en het doet er niet toe of zij die horen willen of niet. Want dit staat vast: het authentieke getuigenis heeft in de allereerste plaats betrekking op dàt wat Jezus Christus al tijdens Zijn aardse loopbaan – Zijn sterven en opstanding – heeft gedaan,… wij prediken Christus, de Gekruisigde (zie 1 Korinthe 1:23), met alles wat dit voor de gehele wereld inhoudt!
Wij zullen ons nooit van dit getuigenis kunnen ontdoen, hoewel het voor mensen van alle tijden een dwaasheid en ergernis is. De Gemeente van de Here Jezus Christus moet zich houden aan haar oorspronkelijke taak. Zij kan het Evangelie van het kruis niet vervangen door een meer aantrekkelijke, moderne boodschap, zonder haar Heer en Hoofd te verloochenen! Deze boodschap eindigt echter niet bij de Hemelvaart van Jezus.
Wij blijven de heerschappij van Jezus Christus verkondigen door de bovennatuurlijke kracht van de Heilige Geest, Die Hij de Zijnen verleent zo zij in Hem geloven “gelijkerwijs de Schrift zegt”. De water- en Geestesdoop èn het Heilig Avondmaal zijn de tekenen van de reële tegenwoordigheid van Christus onder ons:

  • “…Bekeert u, en een iegelijk van u worde gedoopt in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving der zonden; en gij zult de gave van de Heilige Geest ontvangen. Want u komt de belofte toe,…” (zie Handelingen 2:38-39a)
  • “…Neemt, eet, dat is Mijn lichaam, dat voor u gebroken wordt; doet dat tot Mijn gedachtenis. Desgelijks nam Hij ook de drinkbeker, na het eten van het avondmaal, en zei: Deze drinkbeker is het Nieuwe Testament (HSV: nieuwe verbond) in Mijn bloed. Doet dat, zo dikwijls als gij die zult drinken, tot Mijn gedachtenis. Want zo dikwijls als gij dit brood zult eten, en deze drinkbeker zult drinken, zo verkondigt de dood des Heeren, totdat Hij komt.” (1 Korinthe 11:24b-26)
  • “Jezus dan zei tot hen: Voorwaar, voorwaar zeg Ik ulieden: Tenzij dat gij het vlees van de Zoon des mensen eet, en Zijn bloed drinkt, zo hebt gij geen leven in uzelf.” … “Dit is het Brood, dat uit de hemel nedergedaald is; niet gelijk uw (voor)vaders het Manna gegeten hebben (zie Exodus 16 en Deut. 8:3), en zijn gestorven. Die dit Brood eet, zal in der eeuwigheid leven. (Johannes 6:53 + 58 [11] en overige passages)

Christus onder u, de Hoop der heerlijkheid (zie Kolossensen 1:27b). Halleluja! Het Christelijk getuigenis is bovendien niet volledig zonder de verkondiging van de Wederkomst van Jezus Christus in Zijn volheid. En ook hier stokt de prediking niet, want èn waterdoop èn Geestesdoop èn het Heilig Avondmaal des Heren verwijzen eveneens naar de parousia (= de zichtbare Wederkomst van Jezus Christus):

  • “Want zo dikwijls als gij dit brood zult eten, en deze drinkbeker zult drinken, zo verkondigt de dood des Heeren, totdat Hij komt.” (1 Korinthe 11:26)
  • “Wij zijn dan met Hem begraven, door de (water)doop in de dood, opdat, gelijkerwijs Christus uit de doden opgewekt is tot de heerlijkheid van de Vader, alzo ook wij in nieuwheid des levens wandelen zouden.” … “Maar nu, van de zonde vrijgemaakt zijnde, en Gode dienstbaar gemaakt zijnde, hebt gij uw vrucht tot heiligmaking [12], en het einde het eeuwige leven. Want de bezoldiging (HSV: het loon) van de zonde is de dood, maar de genadegift Gods is het eeuwige leven, door Jezus Christus, onze Heere.” (Romeinen 6:4 + 22-23 en overige passages)

Een blijde en positieve boodschap, recht gesneden, kan wel niet alles doen ophouden, maar op z’n minst kan zij veel verhinderen. Gelukkig kunnen wij in onze tijd ook constateren dat gemeenteleden over de gehele wijde wereld wakker beginnen te worden; en bijzonder verheugend is het als wij zien, hoe menigeen zich uitstrekt “naar het WIT van het doel” (zie Filippensen 3:14). Daar is overvloedige genade. Glorie voor God! Maar de Gemeente moet niet alleen Degene verkondigen “Die is, èn Die was, èn Die komen zal” (zie Openbaring 1:8b), niet alleen “Jezus Christus is nog steeds dezelfde, gisteren, heden en tot in alle eeuwigheid” (zie Hebreeën 13:8). Haar getuigenis heeft ook nog een ander aspect…
Door de getrouwe verkondiging van de Blijde Boodschap van de verlossing door het kruis worden zij, die haar aannemen, bevrijdt van de drukkende last van het rampzalig verleden. Wat de mens ook mag doen om die te ontkennen, of zich er op één andere manier van te bevrijden, die last blijft hem drukken, totdat Goddelijke vergeving en verzoening in en door Jezus Christus hem ervan bevrijdt, en hij op zijn beurt begint zèlf te vergeven! Door de verkondiging van de Blijde Hoop op de Wederkomst van Jezus Christus worden zij verlost die deze Boodschap ten volle aanvaarden,… bevrijdt van alle last van de toekomst. Want het is een onweerlegbare waarheid dat déze angst, voor de onbekende toekomst, de mensheid verteert!! Vluchten in al te kortdurende geneugten, onsamenhangende dromen, zelfgebouwde luchtkastelen, kunnen haar van haar angst niet genezen. Dat kan alleen DE GEFUNDEERDE HOOP Die Christus in mensenharten werkt door de Heilige Geest [13]! Geprezen zij Zijn Naam!! Amen. En een ieder die dit licht heeft ontvangen, verspreidt overal daarvan de weerglans.
Wie verlost is door Jezus Christus en gedoopt is met de Heilige Geest en vervuld blijft met Gods Geest, kan voortaan leven in de vrijheid welke het kindschap Gods met zich brengt, en kan zich met alle krachten wijden aan alles wat in het heden van hem wordt gevraagd. Want IN HET HEDEN LIGT alsdan ZIJN VERANTWOORDELIJKHEID! En hier hebben dan ook allen het profetisch getuigenis nodig als “een lamp voor onze voet” (zie Psalm 119:105), om onze weg door deze donkere wereld te verlichten. Dit profetisch woord (getuigenis) staat evenzogoed centraal, want “het onderwerp van de profetie is Christus Zèlf”. Wij moeten trachten Hem overal te ontdekken. Het aanschouwen van Zijn stralende Persoon is het zekerste middel om ons te behoeden voor de ijdelheid des levens!!
Christus IS en BLIJFT het MIDDELPUNT. In Hem zal eens alles in de hemel en op de aarde verenigd zijn. Men moet er zich voor wachten om het los te maken van het geheel van Gods gedachten, zoals vastgelegd in Zijn wondervol Raadsplan, want dat heeft steeds betrekking op Jezus Christus. Hij is het LICHT der wereld! Daarom ook is het de Gemeente gegeven te spreken van de heerschappij van haar Here en Hoofd, in direct verband met het heden. Van Hem ontvangt zij daartoe het licht, dat haar in staat stelt,… om het valse in de wereld en in haar midden te ontdekken en te ontmaskeren. Zó kan zij de hedendaagse geschiedenis interpreteren, en bovendien de feiten van de dag helder onderscheiden, om daarin Gods plan aan te wijzen!! Amen.

CJH Theys

NOOT
Alle in deze uitgave genoteerde Schriftuur is uit de Statenvertaling.

Overname uit deze brochure is toegestaan, mits met bronvermelding!

EINDE deel 17

Wordt vervolgd

**********************************************************************************

[1] Zie eventueel onze GRATIS studie De oorlog van Gog (volgens Ezechiël 38 en 39) (in smartphone-formaat) van CJH Theys. (noot AK)
[2] Voor meer uitleg over dit vers, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG, Daniël, hoofdstuk 10van CJH Theys. (noot AK)
[3] Zie eventueel onze GRATIS studie De natuurlijke mens en de Heilige Geest van CJH Theys. (noot AK)
[4] Zie eventueel onze GRATIS studie Er komt spoedig een Goddelijke Bruiloft hier op aarde van E. van den Worm. (noot AK)
[5] Zie eventueel onze GRATIS studie Leer bidden (over de noodzaak van gebed naar Gods wil) van CJH Theys. (noot AK)
[6] Pinksterkringen = Die Gemeente(n) waar de Pinksterboodschap en de Pinksterervaring – dus: de boodschap over en de ervaring van de uitstorting van en/of de vervulling met de Heilige Geest – gepredikt en ervaren wordt. (noot AK)
[7] Zie eventueel onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Openbaring, hoofdstuk 12 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 12 van E. van den Worm. (noot AK)
[8] Zie eventueel onze GRATIS studie De overwinnaars; over (de macht van) zonde en satan in de eindtijd van E. van den Worm. (noot AK)
[9] Voor meer UITLEG over dit vers, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Openbaring, hoofdstuk 3 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 3 van E. van den Worm. (noot AK)
[10] Zie eventueel onze GRATIS studie Wat de Schrift leert over het 1000-jarige Rijk van de Here Jezus Christus van E. van den Worm. (noot AK)
[11] Voor meer UITLEG over deze verzen, zie onze GRATIS ‘vers voor vers’ studie Johannes – Het Boek over het leven van JEZUS CHRISTUS, de Zoon van God van E. van den Worm. (noot AK)
[12] Zie eventueel onze GRATIS studie Heiligmaking van E. van den Worm. (noot AK)
[13] Zie noot 3.

**************************************************************

.

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst

.
Deel 1: Verborgen hoop – Opmerkelijke vrees
Deel 2: Het uitgangspunt
Deel 3: ’s Mensen ontrouw – Gods trouw
Deel 4: Omweg en toch DE WEG…
Deel 5: Licht over de gehele schepping
Deel 6: Als God verder spreekt…
Deel 7: De schepping van de mens
Deel 8: Jezus Christus redt ons van het verderf
Deel 9: Het KRUIS en het geheim
Deel 10: Welke zin heeft het offer ?
Deel 11: Waar gaan wij heen ná de dood ?
Deel 12: God de Heilige Geest
Deel 13: Hemeltijd en Hemelleven
Deel 14: De WEDERKOMST van de Here Jezus Christus
Deel 15: De toekomst van Jezus Christus en het -uiterlijk- einde van de wereld
Deel 16: Nieuwe hemel en nieuwe aarde

.

Geplaatst in Bijbelstudie, Boek/studiebespreking, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van CJH Theys, Wederkomst van Christus | Tags: , , , , , | Een reactie plaatsen

De waterdoop

waterdoop

Jezus volgen

Bekend is dat wij, door ons te laten dopen – door onderdompeling – daarmee willen zeggen: “Ik wil Jezus volgen”. Maar een nader onderzoek van de waterdoop kan niet achterwege blijven, als wij willen weten wat er voor dit volgen nodig is. Onze Here Jezus Zelf heeft meermalen duidelijk gemaakt dat de mens die Hem wil volgen daarvoor een “prijs” moet betalen (zie, onder andere, Mattheüs 16:24-25):

  • “Toen zei Jezus tegen Zijn discipelen: Als iemand achter Mij aan wil komen, moet hij zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen. Want wie zijn leven (letterlijk: zijn ziel) zal willen behouden, die zal het verliezen; maar wie zijn leven zal verliezen om Mij, die zal het vinden.” [1]

Hoe belangrijk de waterdoop is, leert ons Handelingen 2. Toen de Nieuwtestamentische Gemeente “geboren” werd – toen de Heilige Geest voor het eerst werd uitgestort; de vervulling met de Heilige Geest is het “waarmerk” van de Nieuwtestamentische Gemeente – en de aanschouwers van dit wonder zich afvroegen wat voor een boodschap dit gebeuren voor hen had, was het antwoord:

  • “Bekeer u en laat ieder van u gedoopt worden in de Naam van Jezus Christus, tot vergeving van de zonden; en u zult de Gave van de Heilige Geest [2] (Handelingen 2:38)

Hoe belangrijk is dus de waterdoop! Uit vers 41 van Handelingen 2 kunnen wij opmaken dat men feitelijk door de doop pas toetreedt tot de Gemeente van Christus: “Zij nu die zijn woord met vreugde (SV: gaarne) aannamen, werden gedoopt; en ongeveer 3000 zielen werden er op die dag aan hen toegevoegd.”
Het waarmerk van de Nieuwtestamentische Gemeente is de Geestesdoop; personen treden toe tot deze Gemeente door de waterdoop (die, zoals wij nog zullen zien, tevens een vragen is om de Geestesdoop).

.

Het Nieuwe Verbond

De waterdoop is zeer bepaald een ordinantie (= een instelling) van het Nieuwe Verbond. Dit wordt aangetoond door het optreden van Johannes de Doper, de “aankondiger van een nieuwe tijd”. Hij predikte en bediende de “doop van bekering”:

  • “En hij kwam in heel de omgeving van de Jordaan en predikte een doop van bekering tot vergeving van zonden.” (Lukas 3:3)

Dit betekende een BREUK met het Oude Verbond, want tot dan toe was er geen vergeving en geen nieuw begin mogelijk dan langs de weg van de Levitische offeranden. De doop van Johannes was echter nog niet helemaal de Christelijke waterdoop. Hij geeft dit zelf aan in Mattheüs 3:11,

  • “Ik doop u wel met water tot bekering, maar Hij Die na mij komt, is sterker dan ik; ik ben het niet waard Hem Zijn sandalen na te dragen. Hij zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur.”

Wij komen hierop aan het eind nog terug.
Toch was de waterdoop als Goddelijke ordening er al in de Oude Bedeling, namelijk in typen en schaduwbeelden, alle onmisbaar voor het verstaan van de volle betekenis van deze doop. De vier belangrijkste typen zullen wij straks noemen. Het zal blijken dat de betreffende Oudtestamentische typologie geheel harmonieert met de Nieuwtestamentische leringen aangaande de waterdoop.

.

De waterdoop als daad

Wat is nu de waterdoop? In de eerste plaats: een daad van gehoorzaamheid voor wie gelooft in Christus en een kind van God geworden is (dit zijn twee van elkaar te onderscheiden zaken – zie Johannes 1:12-13; het eerste heeft te maken met de bekering en het tweede met de wedergeboorte):

  • “Maar allen die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven; die niet uit bloed, niet uit de wil van vlees en ook niet uit de wil van een man, maar uit God geboren

Na bekering en wedergeboorte moet de doop volgen (zie Handelingen 2:38)! Een goddeloze behoeft zich niet te laten dopen, tenzij hij zich eerst bekeert. De waterdoop is geen “magische” handeling, waardoor men – zonder zich te bekeren en wedergeboren te worden – zalig zou kunnen worden! Maar een gelovige, een kind van God, MOET zich laten dopen (het “betaamt ons”, zegt Jezus in Mattheüs 3:15), om een gehoorzaamheid te tonen waarin hij zijn gehele verdere leven moet volharden. Het is de daad van gehoorzaamheid waarmee hij een leven van gehoorzaamheid begint. Doop en “nieuwheid des levens” horen bij elkaar:

  • “Wij zijn dan met Hem begraven door de doop in de dood, opdat evenals Christus uit de doden is opgewekt tot de heerlijkheid van de Vader, zo ook wij in een nieuw leven (SV: in nieuwigheid des levens) zouden wandelen.” (Romeinen 6:4)

De waterdoop, als handeling, is verstandelijk niet geheel te doorgronden. Daarvoor is het dan ook een “sacrament”, een heilige verborgenheid. Maar ware gehoorzaamheid blijkt pas als wij iets doen moeten waarvan wij de zin niet helemaal begrijpen (en er dus geloof vereist is).
De waterdoop is in de tweede plaats: een daad met een beloning. Als “bad der bekering” (bekering moet dus voorafgaan) brengt de doop de beleving van de zondenvergeving (zie opnieuw Handelingen 2:38). De door het geloof ontvangen vergeving wordt door de doop een ervaring. Door het geloof wordt zondenvergeving een “aangenomen doch feitelijke realiteit”, maar door de doop na geloof wordt vergeving bovendien “ervaarbare realiteit”.
Het is frappant hoe weinige en hoe armelijk de geestelijke ervaringen zijn van gelovigen die zich niet op Bijbelse wijze lieten dopen. Wij zoeken de ervaringen niet – die ons vertroosten en versterken – maar wij ontvangen ze door genade, wanneer wij doen wat God van ons vraagt. De waterdoop is de daad van gehoorzaamheid die ons de beleving brengt (en daarmee de bestendiging) van de zekerheid van de door het geloof ontvangen zondenvergeving.

.

  • KLIK HIER als u deze studie verder wilt lezen (GRATIS en in smartphone-formaat).

H. Siliakus
Digitaal uitgewerkt door A. Klein

***********************************************************************************

[1] De Bijbelteksten zijn door mij vermeld in de Herziene Statenvertaling / HSV, tenzij anders vermeld. (noot AK)
[2] Zie eventueel onze GRATIS studie De natuurlijke mens en de Heilige Geest en/of De Gever en Zijn Gaven, beiden van CJH Theys. (noot AK)

.

Geplaatst in Bijbelstudie, de Heilige Geest, Gehoorzaamheid aan God, Getuige-zijn, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van H Siliakus | Tags: , , , , , , , | 2 reacties

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst (deel 16: Nieuwe hemel en nieuwe aarde)

Jesus, Lamb, Lion

Nieuwe hemel en nieuwe aarde

Het visioen van Openbaring

De “nieuwe hemel en de nieuwe aarde” worden zowel in het Oude als in het Nieuwe Testament genoemd:

  • “En Ik leg Mijn woorden in uw mond, en bedek u onder de schaduw van Mijn hand; om de hemel te planten, en om de aarde te grond(vest)en, en om te zeggen tot Sion: Gij zijt Mijn volk.” (Jesaja 51:16)
  • “Want ziet, Ik schep nieuwe hemelen en een nieuwe aarde; en de vorige dingen zullen niet meer gedacht worden, en zullen in het hart niet opkomen.” (Jesaja 65:17)
  • “Want gelijk als die nieuwe hemel en die nieuwe aarde, die Ik maken zal, voor Mijn aangezicht zullen staan, spreekt de HEERE, alzo zal ook ulieder zaad (m.i. de geestelijke nakomelingen – AK) en ulieder naam staan.” (Jesaja 66:22)
  • “Maar wij verwachten, naar Zijn belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, in dewelke gerechtigheid woont.” (2 Petrus 3:13)
  • “En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde; want de eerste hemel, en de eerste aarde was voorbijgegaan….” (Openbaring 21:1)

S.v.p. zelf nog lezen: Openbaring, hoofdstuk 21 en hoofdstuk 22 [1]
Wij zouden natuurlijk graag willen weten “hoe” zij straks worden geschapen, òf zoals eertijds wijlen Luther, de grote reformator, het heeft gezegd: hoe “de hemel die nu haar doordeweekse-pak draagt, straks haar zondagse-pak zal aantrekken”; zo ook de aarde. Gaat het nu om een geheel nieuwe schepping; dat wil zeggen “uit het niet”, of moeten wij denken aan het opnieuw gebruiken van de “oude materie” van de oude wereld, nadat deze gereinigd (gezuiverd) is, zoals bijvoorbeeld verroest metaal weer gereinigd (= zuiver) uit de smelt-oven komt?
Zou de apostel Paulus dit laatste bedoelen, als hij schrijft: “Want het schepsel is aan de ijdelheid (HSV: zinloosheid) onderworpen, niet gewillig, maar om Diens wil, Die het aan de ijdelheid onderworpen heeft; op hoop, dat òòk het schepsel zèlf zal vrijgemaakt worden van de dienstbaarheid der verderfenis tot de vrijheid van de heerlijkheid der kinderen Gods” (Romeinen 8:20-21)?! Wij kunnen slechts, net als wijlen Mozes, “van verre” een blik werpen in het beloofde land… Het is, achteraf bekeken, overigens ook niet nodig dat wij er meer van weten, want de grenzen van onze verantwoordelijk vallen niet buiten deze wereld waarin wij leven en werken.
In de laatste hoofdstukken van Openbaring beschrijft de ziener (Johannes, te Patmos) wel die nieuwe schepping, maar wij moeten ons er wel rekenschap van geven dat zijn beschrijving van al het goud en alle edelstenen, die zo overvloedig voorkomen, slechts een vaag idee geven van de komende heerlijkheid. Dat wij dan ook niet proberen ons dit “zichtbaar” voor ogen te stellen. Het “symbolische” schilderij dat hier wordt geschilderd kan “irreëel” schijnen, maar de zekerheid dat God Zelf te midden van de mensen zal wonen, en dat zij Zijn aangezicht zullen zien, komt hier duidelijk in uit:

  • “En ik hoorde een grote (HSV: luide) stem uit de hemel, zeggende: Ziet, de tabernakel Gods is bij de mensen, en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij hen en hun God zijn.” … “En geen vervloeking zal er meer tegen iemand zijn; en de troon van God en van het Lam zal daarin zijn, en Zijn dienstknechten zullen Hem dienen.” (Openbaring 21:3 en 22:3)

Dàn zal ook de hóógste verwachting van Gods kinderen zijn vervuld: “het aanschouwen van Hun Here en God”. Halleluja!
Alles, let wel, alles zal dus vernieuwd worden. God zal Zijn schepselen niet in de eeuwigheid doen opgaan, zoals sommige mystici beweren. De mens is altijd geneigd ergens “een punt aan te zuigen” als hij het niet ziet zitten,… er geen weg (of raad) mee weet. Zoals Zijn dierbaar gelaat ontsluierd zal worden, zullen ook alle andere sluiers vallen. In het lichaam zal de ziel, in het uiterlijk der dingen zal het innerlijk tot uiting komen. God faalt nimmer – Zijn doen en laten zijn volmaakt. Amen.
De Bruidsgemeente wordt voorgesteld onder “het dubbele beeld” van de Bruid van Christus [2] èn van het Nieuwe Jeruzalem [3]. Maar niet alleen “dit volk” zal genieten van het eeuwige licht. Deze wetenschap kan ons genezen van elke “sektarische bevlieging”, zoals bijvoorbeeld de beweging die zich bezighoudt met de (volgens hun leiders) alleen-zaligmakende “leer” van de Bruid, van Bruidswoord, van Voorhofs-kinderen en van Allerheiligdomsheiligen (die vanzelfsprekend zijzelf zijn…?) en van nog méér (menselijke terminologie). Er staat nog altijd geschreven dat “de volken in haar licht (= het licht van het Nieuwe Jeruzalem, de Bruidsgemeente) wandelen; en de koningen van de aarde brengen hun heerlijkheid in haar.” (zie Openbaring 21:24)
Zoals wij het, door genade, verstaan, loopt hier “de universalistische lijn” op uit, die wij al bij de profeten van het Oude Verbond aantreffen: “En de heidenen zullen tot uw licht gaan, en koningen tot de glans, die u is opgegaan.” … “Dan zult gij het zien en samenvloeien (NBG51: stralen van vreugde), en uw hart zal vervaard zijn en verwijd worden (NBG51: zich ontroerd verruimen); want de menigte der (volkeren)zee zal tot u gekeerd worden, het heir (= het leger ?) van de heidenen zal tot u komen.” (Jesaja 60:3+5)
De vernieuwing strekt zich dus niet alleen uit tot de Gemeente, maar tot alle gelovigen. Er staat nog bij dat “de bladeren van het geboomte des levens tot genezing van de volkeren zijn” (zie Openbaring  22:2 [4]). Wij vragen ons nu af, hoe het mogelijk is dat men zo lang stilzwijgend voorbij is gegaan aan dergelijke veelomvattende beloften voor alle volkeren der aarde, die in vrede in dienst des Heren zullen leven!?! En dan staat dit alles ook nog vermeld in een Boek dat heus niet karig is met woorden als het spreekt over de volkeren onder Gods oordeel!! Laten wij dit begrijpen.
Verering en aanbidding van beide, de Vader en de Zoon, door alle vernieuwde schepselen zal alsdan geschieden. Openbaring 22:3 maakt melding hiervan: “En geen vervloeking zal er meer tegen iemand zijn; en de troon van God en van het Lam zal daarin zijn, en Zijn dienstknechten zullen Hem dienen.” Bij de bestudering van dit alles staan wij gewoon versteld van de onuitputtelijke mogelijkheden van Gods liefde-macht, die zich telkens weer uit in daden die het stempel van VOLMAAKTHEID dragen. Nu al willen wij instemmen met het loflied dat door alle schepselen zal worden gezongen: “Hem Die op de troon zit, èn het Lam, zij de dankzegging en de eer en de heerlijkheid en de kracht in alle eeuwigheid” (Openbaring 5:13b). Amen.
De Apocalyps (= de Openbaring van Jezus Christus aan Johannes) is vooral een troostboek door haar openbarende inhoud. “Alle tranen zullen ons uit de ogen gewassen worden” (zie Openbaring 21:4a)! Het verdwijnen van al het oude vindt onder meer ook expressie in de woorden: “er was geen zee meer” (zie Openbaring 21:1b). Dit is natuurlijk geen informatie over de geografische situatie, evenmin (zoals wij al eerder opmerkten) de gouden straten en de paarlen poorten van het Nieuwe Jeruzalem. Het zijn allemaal “symbolen” ter aanduiding: allereerst van “veiligheid”, “geborgenheid” en “volmaaktheid”. Jeruzalem is immers de stad van “Sjaloom”, van de “Vrede”, En daarom:

Daar ruist op “Sion’s berg alleen maar vrede, en heil op haar heuveltop.
God zal geweldenaars vertreden, maar armen richt Hij op!

Het komende “alles wordt nieuw” is een stimulans voor de strijdende Gemeente des Heren om vol te houden. Van hen die de nieuwe aarde verwachten “VOL van gerechtigheid”, mag toch zeker wel worden verwacht dat zij zich zullen inzetten voor dàt wondervolle leven waarin plaats zal zijn voor allen: voor wit en zwart, voor blank en kleurling, en mèt en voor elkaar te leven. Halleluja! En zó zal het ook zijn. Het is onder andere daarom dat de ziener te Patmos niet uitgekeken raakte bij het aanschouwen van die schitterende pracht… Al die wonderlijke symbolen willen het onuitsprekelijke aanduiden: de schoonheid van het leven op de nieuwe aarde, de verrukking in de nieuwe creativiteit,… het leven uit de verwachting, het feestelijk dienen!
Het lijkt dat de heilige stad, Gods Stad, ook het paradijs in zich heeft opgenomen:

  • ”En hij toonde mij een zuivere rivier van het water des levens, klaar (HSV: helder) als kristal, voortkomende uit de troon van God, en van het Lam. In het midden van haar straat en op de ene en de andere zijde van de rivier was de Boom des levens (vergelijk dit met Genesis 2:9), voortbrengende 12 vruchten, van maand tot maand gevende zijne vrucht; en de bladeren van de boom waren tot genezing van de heidenen. En geen vervloeking zal er meer tegen iemand zijn; en de troon van God en van het Lam zal daarin zijn, en Zijn dienstknechten zullen Hem dienen.” (Openbaring 22:1-3)

Alles is zodoende verenigd in de voleinding der eeuwen. Dat Stad en Hof (= de Hof van Eden, zie Genesis 2:10) één worden wijst op de voleinding van het Goddelijk Heilsplan, net als de namen van de 12 patriarchen (= de oudtestamentische aartsvaders zoals Abraham, Izaäk en Jakob),… van de 12 stammen van Israël op de poorten en die van de 12 apostelen op de fundamenten: ”En zij had een grote en hoge muur, en had 12 poorten, en in de poorten 12 engelen, en namen daarop geschreven, welken zijn de namen van de 12 geslachten van de kinderen Israëls. Van het oosten waren 3 poorten, van het noorden 3 poorten, van het zuiden 3 poorten, van het westen 3 poorten. En de muur van de stad had 12 fundamenten, en in dezelve de namen van de 12 apostelen van het Lam.” (Openbaring 21:12-14)
De Geest en de Bruid spreken eenzelfde taal en zeggen hetzelfde gebed. Het kan immers niet anders! Dan volgt de uitnodiging: Die dorst heeft, kome; en die wil, neme het water des levens om niet (Openbaring 22:17b). Er kan “genomen worden”, omdat het de dorstige gegeven wordt te drinken uit “de fontein (HSV: de bron) van het water des levens.” (zie Openbaring 21:6b)
De oproep om te overwinnen is algemeen:

Laat hem die dorst heeft drinken. De Bron des Levens welt.
Dat wat niet deugt zal in’t niet verzinken: aanzien èn macht èn geld.
Want die springende Gods-fontein, wacht wie overwon:
De zingenden en die rein zijn. God Zèlf is De Levensbron!
God zal hen een Vader wezen, en hij in waarheid kind.
Maar wie Hem niet wil vrezen; de poel van vuur en leugen vindt.
Laat een ieder zich nù bekeren, dat niemand zal vergaan;
Doch staan zal voor God de Here, als zoon èn als erfgenaam!

Amen.
Wij verwachten dat: “wat geen oog ooit heeft gezien en wat geen oor ooit heeft gehoord, en wat in geen mensenhart ooit is opgekomen” (zie 1 Korinthe 2:9). Halleluja!
Wij willen deze beschouwing eindigen met de woorden van de apostel Paulus in 1 Korinthe 15 vers 58:

  • “Zo dan, mijn geliefde broeders! Zijt standvastig, onbeweeglijk (HSV: onwankelbaar), altijd overvloedig zijnde in het werk des Heeren, als die wéét, dat uw arbeid niet ijdel (HSV: niet tevergeefs) is in de Heere”.

Hem zij de lofprijzing en de heerlijkheid in der eeuwigheid. Amen.

.

Schema Messias Profetie

CJH Theys

NOOT
Alle in deze uitgave genoteerde Schriftuur is uit de Statenvertaling.

Overname uit deze brochure is toegestaan, mits met bronvermelding!

EINDE deel 16

Wordt vervolgd

**********************************************************************************

[1] Voor meer UITLEG over deze 2 hoofdstukken, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG, Openbaring, hoofdstuk 21 en/of hoofdstuk 22 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 21 en/of hoofdstuk 22 van E. van den Worm. (noot AK)
[2] Zie eventueel onze GRATIS studie Er komt spoedig een Goddelijke Bruiloft hier op aarde van E. van den Worm. (noot AK)
[3] Zie eventueel onze GRATIS studie Het nieuwe Jeruzalem, de Bruid van het Lam van God, het lichaam van Christus van E. van den Worm. (noot AK)
[4] Voor meer UITLEG over dit vers, zie noot 1.

**************************************************************

.

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst

.
Deel 1: Verborgen hoop – Opmerkelijke vrees
Deel 2: Het uitgangspunt
Deel 3: ’s Mensen ontrouw – Gods trouw
Deel 4: Omweg en toch DE WEG…
Deel 5: Licht over de gehele schepping
Deel 6: Als God verder spreekt…
Deel 7: De schepping van de mens
Deel 8: Jezus Christus redt ons van het verderf
Deel 9: Het KRUIS en het geheim
Deel 10: Welke zin heeft het offer ?
Deel 11: Waar gaan wij heen ná de dood ?
Deel 12: God de Heilige Geest
Deel 13: Hemeltijd en Hemelleven
Deel 14: De WEDERKOMST van de Here Jezus Christus
Deel 15: De toekomst van Jezus Christus en het -uiterlijk- einde van de wereld

.

Geplaatst in Bijbelstudie, Boek/studiebespreking, Eindtijdstudie, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van CJH Theys, Wederkomst van Christus | Tags: , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Boekbespreking 84: Het Boek Openbaring in Tabernakellicht (en -inzicht)

En in het licht van de Ark van het Verbond in het bijzonder

Ark des Verbonds

Jezus komt

“Zie, Hij komt met de wolken, en elk oog zal Hem zien, ook zij die Hem doorstoken hebben. En alle stammen (SV: geslachten) van de aarde zullen rouw over Hem bedrijven. Ja, amen.” (Openbaring 1:7) [1]
Amen wil zeggen: het zal zo zijn. Velen, ook christenen, halen hun schouders op als over de wederkomst van Christus gesproken wordt. De Heilige Geest heeft dit voorzien en heeft daarom laten benadrukken dat dit voorzeker zal geschieden. Anderen gaan twijfelen, omdat het wachten zo lang duurt. Dat het zo zou gaan, heeft onze Heer Zelf voorzegt in de gelijkenis van de tien maagden (zie Mattheüs 25:1-13, SV).
Maar, Gods Geest verzekert ons dat Jezus zal (weder)komen.
In het boek Openbaring bereikt de Godsopenbaring haar hoogtepunt. Getoond wordt ons waar alles op uit zal lopen. Wij krijgen een blik op de voleinding en daarmee op de volle verwezenlijking van Gods Raadsplan van Verlossing. Het laatste Bijbelboek – het Boek Openbaring – spreekt over de laatste dingen, de laatste dagen. Het komt met de ontknoping van alle eeuwen, de ontsluiting van het geheim der geschiedenis. Het komt met de OPENBARING.
Daarin zijn twee lijnen te onderscheiden. Er is sprake van de “verborgenheid der ongerechtigheid” en van de “verborgenheid der godzaligheid” (of gerechtigheid).
Enerzijds spreekt dit boek over de openbaring van het kwaad dat in het oordeel komt, anderzijds toont het de gerechtigheid die opstijgt tot de Troon van God: “Wie overwint, zal Ik geven met Mij te zitten op (SV: in) Mijn troon (denk aan: in het midden van de troon” – volgens Openbaring 4:6), zoals ook Ik overwonnen heb, en Mij met Mijn Vader op Zijn troon gezet heb.” (Openbaring 3:21)
Het beschrijft hoe de zonde tot volheid komt – tot “uitbarsting” – in een geheel verdorven wereld, die dan ook geoordeeld wordt. Maar ook beschrijft het hoe de geschiedenis van de mens anderzijds zal uitlopen op de OPENBARING van de volmaakte Gemeente, een mensengeslacht dat geheel zondeloos zal zijn, de Bruid van Christus. De oogst van het tarwe en van het onkruid (zie Mattheüs 13:24-30).
Het boek Openbaring is de Verbondskist, waarin Gods laatste geheimen bewaard en verborgen zijn. Het is de Ark van het Verbond van het Nieuwe Testament en van de gehele Bijbel. Deze verborgen dingen zullen in de laatste dagen worden geopenbaard aan de getrouwen. De Bruidegom voert Zijn Beminde in “Zijn binnenkamers”: “Trek mij, wij zullen U nalopen! De Koning heeft mij gebracht in Zijn binnenkamers; wij zullen ons verheugen en in U verblijden; wij zullen Uw uitnemende liefde vermelden, meer dan de wijn; de oprechten hebben U lief.” (Hooglied 1:4, SV)
Het Woord (van God) zal geheel ontsloten worden.
Van groot belang echter is het om in te zien dat deze ontknoping, met al de daarbij behorende gebeurtenissen, zich eigenlijk zal concentreren rond en op die ene grootste gebeurtenis: de (weder)komst van de Here Jezus Christus. Alle eindtijdgebeurtenissen zijn in feite fasen van de komst van de Here Jezus. Zij zijn de geluiden van de voetstappen van de naderende Heer. De ontknoping is de openbaring van de Here der heren. De ontknoping van het drama der geschiedenis kan trouwens alleen maar zijn: de verschijning van God Zelf. Van de God, Die Zich openbaarde in de Here Jezus Christus. In dit eerste hoofdstuk (van het Boek Openbaring) wordt Hij dan ook genoemd: “Die IS en Die WAS en Die KOMEN ZAL” (in vers 4 en 8, van de SV) en “de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde” (in vers 8) en “de Eerste en de Laatste” (in vers 17).

EINDE van de intro

  • KLIK HIER als u deze GRATIS studie in A4 formaat wilt uitprinten.
  • Om de studie voornamelijk te lezen (via tablet of mobiel), zie onze tip onderaan.

H. Siliakus
Digitaal uitgewerkt door A. Klein

***********************************************************************************

[1] Alle Bijbelteksten zijn door mij vermeld in de Herziene Statenvertaling / HSV, tenzij anders vermeld. (noot AK)

***********************************************************************************

.

Voor degenen die deze studie voornamelijk willen lezen zijn deze 22 delen in smartphone-formaat misschien wel zo handig:

Hoofdstuk 1Jezus komt
Hoofdstuk 2Afgescheiden van de wereld
Hoofdstuk 3Dichterbij Jezus
Hoofdstuk 4God regeert
Hoofdstuk 5Het Lam is waardig
Hoofdstuk 6Straf en inkeer
Hoofdstuk 7Wijs of dwaas
Hoofdstuk 8 – Oordeel over het vlees
Hoofdstuk 9Niet langer twisten
Hoofdstuk 10Het uur van beslissing
Hoofdstuk 11Vergrijp aan het Heilige afgestraft
Hoofdstuk 12 – Het teken van Gods overwinning
Hoofdstuk 13De duivelse kandelaar ontstoken
Hoofdstuk 14Aan God getoond
Hoofdstuk 15De verheerlijking van de Naam des Heren
Hoofdstuk 16Tweeërlei voorbereiding
Hoofdstuk 17 –  Tegen de ware aanbidding
Hoofdstuk 18Afscheiding en aanbidding
Hoofdstuk 19De ontsluiering komt
Hoofdstuk 20Verheerlijking
Hoofdstuk 21Onder het dak van Gods Verbond
Hoofdstuk 22De openbaring van de vergelding

.

Geplaatst in Bijbelstudie, Boek/studiebespreking, Eindtijdstudie, Studie van H Siliakus, Uitleg over het boek Openbaring, Wederkomst van Christus, Woord en Geest | Tags: , , , , , , , | Een reactie plaatsen

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst (deel 15: De toekomst van Jezus Christus en het -uiterlijk- einde van de wereld)

Jesus, Lamb, Lion

De toekomst van Jezus Christus en het (uiterlijk) einde van de wereld

Als Rechter – als Bruidegom

Van Zijn toekomst als Rechter hebben wij al het nodige gezegd, aan de hand van de Bijbelse gegevens. Dat is genoeg voor allen die een ernstige studie willen maken van dit onderwerp als zodanig. Van Zijn toekomst als Bruidegom mogen wij, op grond van Bijbelse gegevens, aanvoeren dat het een Bruiloft zal zijn zonder weergá… Met een bruiloft in het paradijs is de Bijbel begonnen, en aan het einde van het Bijbelboek wordt EEN EEUWIGE BRUILOFT aangekondigd,… te vieren in een herwonnen onvergankelijk paradijs. Wij willen het zó schrijven:

Jeruzalem is als een bruid getreden, voor God, in wit en goud.
En in haar ogen staat een vrede, door niemand ooit aanschouwd!

Zó was het eeuwenlang voorzegt, toen de Here God Zich ook over het ontrouwe Israël ontfermde, dat Hij Zijn “vrouw” noemde. En alles wordt waar in de volle glorie van de voleinding der eeuwen… waardoor wij met een variant mogen zingen:

Zoals de zon komt met zijn zegen, een Bruidegom van licht en vuur;
Zó komt de Koning van de vrede – in het geprofeteerde uur.
Hij huwde mensen aan elkander, Zijn liefde gaat van mond tot mond.
Hij geeft Zijn Lichaam ons in handen; zó leven wij Zijn nieuw verbond!

En inderdaad, in de viering van Zijn Heilig Avondmaal kunnen wij dit heel sterk beléven, als wij gezamenlijk eten van het gebroken brood (het symbool van Zijn Lichaam – “vlees en waarlijk Spijs”, in geestelijke zin) en gezamenlijk drinken van Zijn bloed in de beker van het Nieuwe Verbond, “waarlijk Drank” (ook in geestelijke zin – AK). Het gaat bij de viering van des Heren Avondmaal immers zowel om de toekomst in de voleinding der eeuwen, als om Zijn tegenwoordigheid hier te midden van de Zijnen. “Zalig zij die genodigd zijn…”:

  • “Laat ons blijde zijn, en vreugde bedrijven (HSV: en ons verheugen), en Hem de heerlijkheid geven; want de bruiloft van het Lam is gekomen, en Zijn vrouw heeft zichzelf (vooral in geestelijke zin toe-) En haar is gegeven, dat zij bekleed worde met rein en blinkend fijn lijnwaad; want dit fijn lijnwaad (HSV: fijne linnen) zijn de rechtvaardigmakingen (= heiligende werkingen) van de heiligen.” (Openbaring 19:7-8) [1]
  • “Zuivert dan de oude zuurdesem (beeld van de zonde) uit, opdat gij een nieuw deeg zijn moogt, gelijk gij ongezuurd zijt (= van de zonde vrijgemaakt, zie Romeinen 6:22a). Want ook ons Pascha is voor ons geslacht, namelijk Christus. Zo dan laat ons feest houden, niet in de oude zuurdesem, noch in de zuurdesem van kwaadheid en boosheid, maar in de ongezuurde broden van oprechtheid en waarheid.” (1 Korinthe 5:7-8)

Daar is een dringende vraag die, in verband met al het vorengaande, naar voren komt: zou onze wereld, nadat zij bezocht en gereinigd is door Christus bij Zijn wederkomst, niet eindeloos kunnen bestaan, omdat zij dan weer geheel de goddelijke heerlijkheid weerspiegelt? De glorie van God zal immers, nadat deze aarde geheel gelouterd zal zijn, haar geheel en al vervullen, zodat het 1000-jarig Rijk [2] de uitstralende heerlijkheid van Jezus Christus zal kennen. Wat zegt de Bijbel?? Dat onze wereld moet “sterven”, zelfs als zij het stempel van Christus draagt. Datzelfde geldt immers ook een ieder van ons, ook al heeft de Heilige Geest [3] het merkteken van Zijn wonderen op ons vrijgekochte leven gezet.
Wij kunnen uit de Bijbel niet een omstandige (= uitvoerige of uitgebreide) beschrijving opmaken van het einde van de wereld, alhoewel wij lezen van: “de zon zal verduisterd worden, en de maan zal haar glans niet geven,… de sterren zullen van de hemel vallen, en de machten van de hemel zullen wankelen,…” (zie Mattheüs 24:29), kortweg, dat “hemel en aarde zullen voorbijgaan…” (zie Mattheüs 24:35, Marcus 13:31 en Lukas 21:33). Al geeft de 2de Brief van de apostel Petrus ons ook de meest dramatische passage:

  • “De dag des Heren zal komen als een dief in de nacht, in welke de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan, en de elementen branden zullen en vergaan, en de aarde en de werken die daarin zijn, zullen verbranden. Dewijl dan deze dingen alle vergaan, hoedanig behoort gij te zijn in heilige wandel en godzaligheid, verwachtende en haastende tot de toekomst van de dag Gods, in welke de hemelen door vuur ontstoken zijnde, zullen vergaan, en de elementen brandende zullen versmelten.” (2 Petr. 3:10-12)

Wij moeten hieruit niet opmaken dat God hemel en aarde wegwerpt als mislukte werkstukken, om er nieuwe, beter geslaagde voor in de plaats te stellen. O, neen. Wie zal minachting durven hebben voor de werkstukken van Gods hand!?! Zo zij al moeten “sterven”, dàn alleen maar nadat zij hun taak hebben vervuld, dankzij het grote wonder van Christus’ wederkomst. Wij hebben in dit verband teksten uit het Nieuwe Testament aangehaald; het zou gemakkelijk zijn om aan te tonen dat òòk het Oude Testament verkondigt dat de dag des Heren verschrikkelijk zal zijn:

  • “Ziet, de dag des HEEREN komt, gruwelijk (HSV: meedogenloos), met verbolgenheid en hittige (HSV: brandende) toorn, om het land te stellen tot verwoesting, en zijn zondaars daaruit te verdelgen.” (Jesaja 13:9)
  • “Want de dag is nabij, ja, de dag des HEEREN is nabij, een wolkige dag, het zal der heidenen tijd zijn.” (Ezechiël 30:3)
  • “Ach, die dag! want de dag des HEEREN is nabij, en zal als een verwoesting komen van de Almachtige.” (Joël 1:15)
  • “Blaast de bazuin te Sion, en roept luide op de berg Mijner heiligheid; laat alle inwoners van het land beroerd zijn (HSV: sidderen), want de dag des HEEREN komt, want hij is nabij.” (Joël 2:1)
  • “Mijn zoon! wandel niet met hen (= de goddelozen en zondaars) op de weg; weer(houd) uw voet van hun pad.” (Spreuken 1:15)

Aan de andere kant mogen wij verwachten dat God Zijn volk een heerlijke eind-openbaring voorbereidt:

  • “En het zal geschieden in het laatste der dagen, dat de berg van het huis des HEEREN zal vastgesteld zijn (HSV: vast zal staan) op de top (letterlijk: in het hoofd) der bergen, en dat hij zal verheven worden boven de heuvels, en tot dezelve zullen alle heidenen toevloeien. En vele volken zullen heengaan en zeggen: Komt, laat ons opgaan tot de berg des HEEREN, tot het huis van de God van Jakob, opdat Hij ons lere van (HSV: zal onderwijzen aangaande) Zijn wegen, en dat wij wandelen in Zijn paden; want uit Sion zal de wet uitgaan, en des HEEREN woord uit Jeruzalem.” (Jesaja 2:2-3)
  • “En de HEERE der heirscharen (HSV: van de legermachten) zal op deze berg allen volken een vette maaltijd (HSV: een feestmaal met uitgelezen gerechten) maken, een maaltijd met reine wijn, met vet vol van merg, met reine wijnen, die gezuiverd zijn. En Hij zal op deze berg verslinden het bewindsel des aangezichts (HSV: de sluier van het gezicht), waarmee alle volken bewonden (HSV: omsluierd) zijn, en het deksel (HSV: de bedekking), waarmee alle natiën bedekt zijn. Hij zal de dood verslinden tot overwinning, en de Heere HEERE zal de tranen van alle aangezichten afwissen; en Hij zal de smaadheid van Zijn volk van de ganse aarde wegnemen; want de HEERE heeft het gesproken.” (Jesaja 25:6-8)
  • “Maar in het laatste der dagen zal het geschieden, dat de berg van het huis des HEEREN zal vastgesteld zijn (HSV: vast zal staan) op de top (letterlijk: in het hoofd) der bergen; en hij zal verheven zijn boven de heuvels, en de volken zullen tot hem toevloeien. En vele heidenen zullen heengaan, en zeggen: Komt en laat ons opgaan tot de berg des HEEREN, en ten huize van de God van Jakob, opdat Hij ons lere van (HSV: zal onderwijzen aangaande) Zijn wegen, en wij in Zijn paden wandelen; want uit Sion zal de wet uitgaan, en des HEEREN woord uit Jeruzalem. En Hij zal onder grote volken richten (HSV: oordelen tussen [of: over] vele volken…), en machtige heidenen straffen, tot verre toe; en zij zullen hun zwaarden slaan tot spaden, en hun spiesen tot sikkelen (HSV: speren tot snoeimessen); het ene volk zal tegen het andere volk geen zwaard opheffen, en zij zullen de krijg (HSV: oorlog voeren) niet meer leren. Maar zij zullen zitten, een ieder onder zijn wijnstok, en onder zijn vijgenboom, en er zal niemand zijn, die ze verschrikke (HSV: niemand zal ze schrik aanjagen); want de mond des HEEREN der heirscharen heeft het gesproken.” (Micha 4:1-4)

Gods voorzienigheid is boven bidden en denken. Al moet alles door vuur heen, zoals de Bijbel zegt, toch kan niets ontkomen aan Gods trouw! Ons is dikwijls de vraag gesteld of wij ook geloven dat de mensen hard bezig zijn om onze aarde te vernietigen. Een andere actuele vraag is ook: hebben de mensen, met hun techniek, niet allang het stadium bereikt dat zij in staat zijn zelf de aarde te vernietigen als hun dwaasheid hen zou aanzetten tot deze collectieve “zelfmoord”?! Wij willen alleen dit antwoorden: nergens vertelt de Bijbel dat God het aan de mensen zal overlaten om Zijn schepping, met de hen ten dienste staande middelen, te vernietigen. God zal de mens, zelfs al is hij dan met zijn atoombom gewapend, nooit toestaan de door Hem gestelde grens te overschrijden. Het is (naar onze bescheiden mening) toch niet zo dat van nu af aan dit tuig alle macht heeft in hemel en op aarde?! Atoomwapens zijn zeer zeker een deel van het wapenarsenaal van de oorlogszuchtige mens; een deel van de oorlogs-instrumenten, waarvan de bloeddorstige dwaasheid van de mensen zich van tijd tot tijd bedient, om een gedeelte van de wereld te verwoesten. En het is waar dat zulke bommen hele beschavingen (?) vernielen, die hun roeping verraden,… die geestelijk verrotten en rijp zijn om ten onder te gaan.
Maar, op grond van het geheel van de Blijde Boodschap mogen wij verwachten dat alles haar voleinding vindt, nadat alles haar taak heeft vervuld. Niet eerder en ook niet later! Gesterkt door deze wetenschap, die wij uit Gods Woord putten, zullen wij aan de éne kant weerstand bieden aan de paniek die de fatale keerzijde is van menselijke hoogmoed, en aan de andere kant positief stelling nemen tegen alle misbruik van wetenschap en technisch kunnen. Onze wereld zal, vóórdat zij te gronde gaat, haar bestemming hebben bereikt “naar het eeuwig voornemen Gods (zie Efeze 3:11a). Er is in het scheppingswerk van God een zekere continuïteit te bespeuren, net zo goed als er profetische parallellen zijn.

CJH Theys

NOOT
Alle in deze uitgave genoteerde Schriftuur is uit de Statenvertaling.

Overname uit deze brochure is toegestaan, mits met bronvermelding!

EINDE deel 15

Wordt vervolgd

**********************************************************************************

[1] Voor meer UITLEG over deze verzen, zie onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Openbaring, hoofdstuk 19 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 19 van E. van den Worm. (noot AK)
[2] Zie eventueel onze GRATIS studie Wat de Schrift leert over het 1000-jarige Rijk van de Here Jezus Christus van E. van den Worm. (noot AK)
[3] Zie eventueel onze GRATIS studie De natuurlijke mens en de Heilige Geest van CJH Theys. (noot AK)

**************************************************************

.

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst

.
Deel 1: Verborgen hoop – Opmerkelijke vrees
Deel 2: Het uitgangspunt
Deel 3: ’s Mensen ontrouw – Gods trouw
Deel 4: Omweg en toch DE WEG…
Deel 5: Licht over de gehele schepping
Deel 6: Als God verder spreekt…
Deel 7: De schepping van de mens
Deel 8: Jezus Christus redt ons van het verderf
Deel 9: Het KRUIS en het geheim
Deel 10: Welke zin heeft het offer ?
Deel 11: Waar gaan wij heen ná de dood ?
Deel 12: God de Heilige Geest
Deel 13: Hemeltijd en Hemelleven
Deel 14: De WEDERKOMST van de Here Jezus Christus

.

Geplaatst in Bijbelstudie, Boek/studiebespreking, Eindtijdstudie, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van CJH Theys, Wederkomst van Christus | Tags: , , , , , , , , | Een reactie plaatsen

Het geheim van OPWEKKING

Vijgen als vrucht

De profeet Habakuk schreef:

  • Alhoewel de vijgenboom niet bloeien zal, en geen vrucht aan de wijnstok zijn zal, dat het werk van de olijfboom liegen zal, en de velden geen spijzen voortbrengen; dat men de kudde uit de kooi afscheuren zal, en dat er geen rund in de stallingen wezen zal; Zo zal ik nochtans in de Heere van vreugde opspringen, ik zal mij verheugen in de God van mijn heil.” (Habakuk 3:17-18, SV)

Het was overwinning in het zicht van de nederlaag. Geloof en hoop ondanks de omstandigheden. Eerder had de profeet gebeden:

  • “HEERE, toen ik Uw tijding (SV: rede) hoorde, heb ik gevreesd. HEERE, Uw werk, behoud het in het leven (Engelse vertaling: doe dat herleven) in het midden van de jaren, maak het bekend in het midden van de jaren. Denk in Uw toorn aan ontferming!” (Habakuk 3:2) [1]

Daarna lezen we hoe God Zich voor de ogen van Habakuk openbaart en we zien dan dat Habakuk daarop antwoordt met de woorden die wij hierboven hebben geciteerd.

.

De omstandigheden

Geen vrucht aan de vijgenbomen, zelfs geen bloesems! In het leven van Jezus is twee keer sprake van een vijgenboom. De ene keer bij een actuele gebeurtenis, de andere keer in een gelijkenis. In het eerste geval vond Jezus een vijgenboom met bladeren, maar zonder vruchten. Hij vervloekte de boom en vervolgde Zijn Weg. Tijdens de terugreis bleek dat de vijgenboom was verdord (afgestorven) en Zijn discipelen waren verbaasd:

  • “‘s Morgens vroeg, toen Hij terugkeerde naar de stad, kreeg Hij honger. En toen Hij een vijgenboom langs de weg zag, ging Hij ernaartoe en vond er niets aan dan alleen bladeren. Hij zei tegen hem: Laat er aan u geen vrucht meer groeien in eeuwigheid! En de vijgenboom verdorde onmiddellijk. Toen de discipelen dat zagen, verwonderden zij zich en zeiden: Hoe is de vijgenboom zo ineens verdord? Maar Jezus antwoordde en zei tegen hen: Voorwaar, Ik zeg u: Als u geloof had en niet twijfelde, zou u niet alleen doen wat er met de vijgenboom is gedaan, maar zelfs als u tegen deze berg zou zeggen: Word opgeheven en in de zee geworpen, dan zou het gebeuren. En alles wat u in het gebed vraagt, in geloof, zult u ontvangen.” (Mattheüs 21:18-22)

In de gelijkenis ging het om een vijgenboom die drie jaar lang geen vrucht gedragen had. De eigenaar van de boomgaard wilde hem omhakken, omdat hij de ruimte in beslag nam die voor een vruchtbare boom kon worden gebruikt. De hovenier verzocht echter om nog één jaar uitstel te verlenen. In dat jaar zou hij al zijn zorg aan de boom besteden om te proberen hem alsnog tot vruchtdracht te brengen:

  • “En Hij sprak deze gelijkenis: Iemand had een vijgenboom, die in zijn wijngaard geplant was. En hij kwam om daaraan vrucht te zoeken, maar vond die niet. Toen zei hij tegen de wijngaardenier: Zie, ik kom nu al drie jaar vrucht zoeken aan deze vijgenboom en vind die niet. Hak hem om. Waarom beslaat hij de aarde nutteloos? En hij antwoordde en zei tegen hem: Heer, laat hem ook nog dit jaar staan, totdat ik om hem heen gegraven en hem bemest heb. Wellicht dat hij dan vrucht draagt. Maar zo niet, dan moet u hem alsnog omhakken.” (Lukas 13:6-9)

Eén gedachte treedt in beide gevallen op de voorgrond – onvruchtbaarheid. Het werk van de olijfboom zou falen. De olijf, waarvan de olijfolie afkomstig is, spreekt ons van de zalving. Bij het Hebreeuwse woord zegt de Concordantie van Strong: “Een olijf, produceert olie voor verlichting”. De Amplified Bible spreekt over “het product van de olijf”. Bij de vermelding over het “falen” van het werk van de olijfboom, zegt de kanttekening in onze Statenvertaling liegen (zoals ook staat in onze vermelde tekst). Dit toont ons dat er sprake zal zijn van een nagemaakte zalving, één die vals is, een leugen.
De velden zouden geen spijzen voortbrengen. Geen oogst van de graanvelden! Geen koren, geen brood. Brood heeft voor ons een tweevoudige betekenis. Christus is het Brood des Levens. Maar het brood spreekt ons ook van het Woord van God:

  • “…dat de mens niet alleen van brood leeft, maar dat de mens leeft van alles wat uit de mond van de HEERE komt.” (Deuteronomium 8:3b)

Amos heeft een hongersnood voorzegt, niet een honger naar brood maar een honger naar het Woord des Heren:

  • “Zie, er komen dagen, spreekt de Heere HEERE, dat Ik honger in het land zal zenden; geen honger naar brood, geen dorst naar water, maar om de woorden van de HEERE te horen.” (Amos 8:11)

Er zouden geen kudden en geen runderen zijn. Het gevolg zou zijn dat er geen offers konden worden gebracht en geen bloed gestort. Er zou geen verzoening zijn. De grote boodschap van de Gemeente/Kerk is het Kruis, het offer van Jezus op Golgotha voor het verloren mensdom. Deze boodschap wordt echter vandaag de dag in grote delen van de kerkelijke wereld niet (meer) gehoord.
Dit waren de omstandigheden waarvoor de profeet zich toentertijd geplaatst zag, en met dezelfde omstandigheden hebben wij vandaag de dag te maken.

.

Het antwoord van de profeet

Het is belangrijk aandacht te schenken aan de beide eerste woorden van Habakuk 3 vers 17 en 18: “alhoewel” en “nochtans” (of “toch”). Wij kunnen ook lezen: “Ondanks de omstandigheden zal ik mij toch verheugen in de Here”. Waarom? Omdat Hij is “de God van mijn heil”. Hij zou zich verblijden, hij zou zich verheugen in deze grote God. Wat houdt verheugen in? David zei dat het is: met gejuich van Zijn werken vertellen.” (Psalm 107:22b)
Het geeft ons dus kracht om te getuigen.
Paulus zegt ons in Filippenzen 3:3b dat wij “in Christus Jezus moeten roemen” (de Engelse Vertaling zegt: “ons in Christus Jezus moeten VERHEUGEN”) en niet op het vlees vertrouwen.
Zich verheugen in Christus maakt dat wij van onszelf bevrijd worden. Ook geeft het ons kracht om te dienen, want Nehemia schreef: “de vreugde van de HEERE, dat is uw kracht.” (Neh. 8:11b)
Verheuging maakt ons bekwaam om te offeren, zoals 2 Kronieken 23:18b ons vertelt, waar geschreven staat dat men de brandoffers des Heren offerde: “met blijdschap en met een lied…”
Natuurlijk weten we dat God een blijmoedige gever liefheeft: “Laat ieder doen zoals hij in zijn hart voorgenomen heeft, niet met tegenzin of uit dwang, want God heeft een blijmoedige gever lief.” (2 Korinthe 9:7)
Jesaja riep uit:

  • “Ik ben zeer vrolijk in de HEERE, mijn ziel verheugt zich in mijn God, want Hij heeft mij bekleed met de klederen van het heil, de mantel van gerechtigheid heeft Hij mij omgedaan, zoals een bruidegom zich bekleedt met priesterlijk hoofdsieraad, en een bruid zich tooit met haar sieraden.” (Jesaja 61:10)

Habakuk ging verder met te zeggen:

  • “De HEERE Heere is mijn kracht, Hij maakt mijn voeten als die van de hinden, en Hij doet mij treden op mijn hoogten.” (Habakuk 3:19a)

Het is een visioen van overwinning, van glorie en van kracht. Een visioen van opwekking… en dat alles ondanks de omstandigheden die beschreven worden in Habakuk 3 vers 17.

.

De Heer verscheen in de donkerste uren

Naar het schijnt openbaart God Zich bij voorkeur in de donkerste ogenblikken. Toen de kinderen Israëls zuchtten in slavernij en dienstbaarheid in Egypte, riep God Mozes om Zijn volk naar de vrijheid te leiden.
Voordat Jezus Christus werd geboren, was de godsdienst van de Joden ontaard in een koud, formalistisch en ritualistisch gebeuren. Te midden van deze geestelijke duisternis verscheen opeens Johannes de Doper op het toneel met een boodschap van bekering en verkondigende de komst van de Messias.
Paulus was als gevangene op een schip op weg naar Rome toen een verschrikkelijke storm opstak en, volgens Handelingen 27:20, alle hoop om behouden te worden werd weggenomen: “doordat er gedurende vele dagen geen zon en geen sterren verschenen, en geen kleine storm ons teisterde, werd ons verder alle hoop op redding (SV: om behouden te worden) ontnomen.”
Toen, in het midden van de nacht, verscheen een engel van God aan Paulus met een belofte van bevrijding (lees Handelingen 27:21-25).
Nog een voorbeeld. Middenin wat in de geschiedenis genoemd wordt “the Dark Ages” ofwel “de Donkere Eeuwen”, verscheen God aan Maarten Luther met de heerlijke boodschap van redding en rechtvaardiging door het geloof.
Habakuk vroeg de Here in zijn gebed om een herleving “in het midden van de jaren”. Hij had zijn hoop gevestigd op de Here, ondanks alle omstandigheden. Hij geloofde dat God getrouw was en dat Hij iets zou doen voor Zijn volk. En God deed het! Vast en zeker ligt hier een geheim verborgen voor ons, een geheim aangaande opwekking, een geheim betreffende het vertrouwen en geloven in God, ondanks de uiterlijke omstandigheden, ondanks wat wij gevoelen, ondanks wat dan maar ook.

Rev. R.C. Cabe
Digitaal uitgewerkt door A. Klein

De PDF (GRATIS en in smartphone-formaat).

*************************************************************

[1] De Bijbelteksten zijn door mij vermeld in de Herziene Statenvertaling / HSV, tenzij anders vermeld. (noot AK)

.

Geplaatst in Bijbelstudie, Geestelijke groei, Opwekking, Tekenen vd eindtijd | Tags: , , , , , | Een reactie plaatsen