Openbaring 14 vers 1, 2, 3, 4, 5 (+ gratis UITLEG)

KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 1 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 2 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 3 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 4 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 5 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 6 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 7 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 8 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 9 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 10 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 11 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 12 (PDF)
KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 13 (PDF).

.

Aantekeningen bij

HET BOEK OPENBARING

Het geopenbaarde Evangelie van Jezus Christus

voor de laatste dagen

Deel 2:
Gods arbeid

  • tot te-niet-doening van de antichristelijke heerschappij;
  • tot realisering van Zijn 1000-jarige Rijk en van Zijn EEUWIGE Heerschappij. [1]

_____________________________________________________________

NOOT van de schrijver:
Het BOEK OPENBARING zou, wat de gang der profetie betreft, verwarrend lijken, als wij niet tot het inzicht kwamen, dat deze profetische gang hier en daar onderbroken werd door een GEDETAILLEERDE PROFETISCHE ILLUSTRATIE.
In de fotografie zou men dit kunnen vergelijken met verhelderende “CLOSE-UPS”, hier en daar, te midden van een serie panoramische foto’s.
Deze “PROFETISCHE ILLUSTRATIES” grijpen, wat de profetische gang betreft, soms even terug of geven soms een blik op toekomende, profetische ontwikkelingen. [2]

______________________________________________________________

Hoofdstuk 14

Deel 1.

De OPNAME van Gods voortreffelijksten

(de 144.000 verzegelden)

49_adg_opname_visie_wel_juist

Openbaring 14 vers 1, “En ik zag, en zie, HET Lam (van God = Jezus, Die “als een lam geslacht is” als zoenoffer voor onze zonden) stond op de berg Sion, en bij Hem 144.000 mensen met op hun voorhoofd de Naam van Zijn Vader geschreven.” [3]
Hebben we in hoofdstuk 13 de introductie van satans “top-instrumenten” nader bekeken die hij in de laatste dagen formeren zal, in dit 14de hoofdstuk zien wij Gods “top-creatie” – die ook Hij in de laatste dagen “ten tonele” zal voeren – de 144.000 voortreffelijksten, voortkomend uit Zijn Bruidsgemeente, die allen uitverkorenen zijn uit de nakomelingschap van Jakob-Israël: 12.000 uit iedere stam, uitgezonderd de stam van Dan:

  • “Hierna zag ik 4 engelen staan op de 4 hoeken van de aarde. Zij hielden de 4 winden van de aarde tegen, opdat er geen wind zou waaien op de aarde, of op de zee of tegen enige boom. En ik zag een andere Engel opkomen van waar de zon opgaat (SV: van de opgang der zon), met het zegel van de levende God. En Hij riep met luide stem tegen de 4 engelen aan wie het gegeven was de aarde en de zee schade toe te brengen, en zei: Breng geen schade toe aan de aarde, en ook niet aan de zee en de bomen, TOTDAT wij de dienaren (SV: dienstknechten) van onze God aan hun voorhoofd VERZEGELD hebben. En ik hoorde het aantal van hen die verzegeld waren: 000 waren er verzegeld uit alle stammen van de Israëlieten. [4] Uit de stam Juda waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Ruben waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Gad waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Aser waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Naftali waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Manasse waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Simeon waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Levi waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Issaschar waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Zebulon waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Jozef waren er 12.000 verzegeld, en uit de stam Benjamin waren er 12.000 verzegeld.” (Openbaring 7:1-8)
  • “Op die dag zal de SPRUIT (= de uitgesproten afstammeling[en]) van de HEERE (die, geestelijk gezien, uit Hem voortkomt) tot een heerlijk sieraad zijn, en de vrucht van de aarde tot glorie en luister voor hen in Israël die ontkomen zijn.” (Jesaja 4:2)

Deze 144.000 komen (in geestelijke zin) voort uit de Bruidsgemeente, [5] die in Openbaring 12:1 getypeerd wordt door “een vrouw” in de stralende heerlijkheid van de 3-enige God [6]:
“En er verscheen een groot teken in de hemel: een vrouw [7], bekleed met de zon, en de maan was onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van 12 sterren.” (Openb. 12:1)
De Bruidsgemeente wordt gevormd door DE OVERWINNAARS [8] uit de 7 Gemeenten van Christus (lees Openbaring hoofdstuk 2 en hoofdstuk 3 [9]). Zij vormt dus (in geestelijke zin) de bloem [10] van ALLE Gemeenten uit de gehele wereld. Zij hebben – door de louterende werkingen van het Vuur van de Heilige Geest [11] (zie Jesaja 4:3-4 [12]) – de overwinning verkregen over alle zonde, wereld en satan, vanwege hun geloof in het Bloed van het Lam. [13] En zijn nu hecht verbonden met hun Hoofd en Bruidegom. [14]
In de verborgenheid van de (geestelijke) schoot van deze Bruidsgemeente heeft de Heilige Geest deze “144.000” – mede door toedoen van de “barensweeën”, ofwel door de “puttoestanden” die Gods oordelen [15] over de gehele aarde hebben gebracht – tot aanzijn kunnen brengen (= het VOLMAAKTE geestelijk leven in hen kunnen laten ontstaan – AK). Satan onderkent in deze “144.000” dan ook zijn grootste vijand. Voor “de vrouw” heeft hij voorshands (= vooralsnog, voorlopig) nog geen aandacht, wèl voor dit kind, deze “mannelijke zoon” (uit Openbaring 12:5, SV), beeld van de 144.000, die zij baren zou:
“En de draak stond voor de vrouw, die op het punt stond te baren, om haar Kind (SV: kind) te verslinden, zodra zij Het (SV: het) gebaard zou hebben.” (Openbaring 12:4b)
Maar… als deze “mannelijke zoon” (in geestelijke zin) gebaard is – ofwel tot openbaarheid is gebracht, en openlijk door de Heilige Geest onderscheiden wordt van “de vrouw” (voorheen Bruid of Bruidsgemeente genaamd) – “rukt” God Almachtig deze “mannelijke zoon” weg tot Hem en Zijn troon:
“En zij (de vrouw) baarde een mannelijke zoon, [16] die alle heidenen zou hoeden met een ijzeren roede; en haar kind werd weggerukt [17] tot God en Zijn troon.” (Openbaring 12:5, SV)
Satan krijgt zodoende geen gelegenheid deze “mannelijke zoon” te “verslinden”, ofwel: te doden. Deze gelegenheid (dit Goddelijke ingrijpen) vormt de 1ste verdwijning van kinderen Gods uit de wereld. De 2de verdwijning vormt die van de overigen uit de Bruidsgemeente, bij haar vlucht naar “de woestijn”:

  • “En de vrouw vluchtte naar de woestijn, waar zij een plaats had, die door God voor haar gereedgemaakt was, opdat men haar daar zou voeden 1260 dagen (= 3,5 jaar, de periode van de grote verdrukking).” (Openbaring 12:6)
  • “Dan zullen er twee op de akker zijn; de één zal aangenomen en de ander zal achtergelaten worden. Er zullen twee vrouwen malen met de molen; de één zal aangenomen en de ander zal achtergelaten worden.” (Mattheüs 24:40-41)
  • “Ik zeg u: In die nacht zullen er twee op één bed zijn. De één zal aangenomen en de ander zal achtergelaten worden. Twee vrouwen zullen samen malen. De één zal aangenomen en de ander zal achtergelaten worden. Twee zullen er op de akker zijn. De één zal aangenomen en de ander zal achtergelaten worden. En zij antwoordden en zeiden tegen Hem: Waar, Heere? En Hij zei tegen hen: Waar het lichaam is, daar zullen de gieren (SV: ARENDEN [18]) zich verzamelen.” (Lukas 17:34-37)

Genen (= de 144.000) vormen de “volmaakten”, de “eerstelingen” van de Bruidsgemeente. Op hen zullen alle 7 Geesten Gods [19] rusten. Zij zullen dus de Geest ZONDER MATE hebben, zoals Het Lam (van God = Jezus) Zelf:
“Want Hij (= Jezus) Die God gezonden heeft, spreekt de woorden van God, want God geeft Hem de Geest zonder maat.” (Johannes 3:34)
Daarom gaan zij (de 144.000) met Hem (= Jezus) zitten op Gods universele hemeltroon (zie Openbaring 3:21) als Zijn Koningin, terwijl de anderen uit de Bruidsgemeente “haar metgezellinnen” zullen zijn:

  • “Wie overwint, zal Ik geven met Mij te zitten op Mijn troon, zoals ook Ik overwonnen heb, en Mij met Mijn Vader op Zijn troon gezet heb.” (Openb. 3:21)
  • “Koningsdochters zijn onder Uw voorname vrouwen (SV: staatdochters); de koningin staat aan Uw rechterhand, in het fijne goud van Ofir. Luister, dochter, en zie, en neig uw oor: vergeet uw volk en het huis van uw vader. Dan zal de Koning verlangen naar uw schoonheid; omdat Hij uw Heere is, buig u voor Hem neer. De dochter van Tyrus zal komen met een geschenk; de rijken onder het volk zullen trachten uw aangezicht gunstig te stemmen. De koningsdochter is innerlijk één en al heerlijkheid; haar kleding bestaat uit borduurwerk van gouddraad. In kleurrijk geborduurde kleding wordt zij naar de Koning geleid; jonge meisjes (SV: dochters), haar vriendinnen in haar gevolg (SV: haar medegezellinnen, die achter haar zijn), worden bij U gebracht. Zij worden geleid in grote blijdschap en vreugde, zij gaan het paleis van de Koning binnen.” (Psalm 45:10-16)

Ook vormen deze 144.000 de “Sulammith” [20], de “volmaakte”, te midden van deze Bruidsgemeente van het Lam (van God = Jezus):
“Er zijn 60 koninginnen en 80 bijwijven, en maagden zonder getal. Een enige is Mijn duive, Mijn volmaakte, de enige harer moeder, zij is de zuivere dergenen, die haar gebaard heeft; als de dochters haar zien, zo zullen zij haar welgelukzalig roemen, de koninginnen en de bijwijven; en zij zullen haar prijzen. Wie is zij, die er uitziet als de dageraad, schoon, gelijk de maan, zuiver als de zon, schrikkelijk als slagorden met banieren? Ik ben tot de notenhof afgegaan om de groene vruchten der vallei te zien; om te zien, of de wijnstok bloeide, de granaatbomen uitbotten. Eer Ik het wist, zette Mij Mijn ziel op de wagens van Mijn vrijwillig volk (HSV: Mijn gewillig volk). Keer weder, keer weder, o Sulammith! Keer weder, keer weder, dat wij u mogen aanzien. Wat ziet gijlieden de Sulammith aan? Zij is als een rei van twee heiren (HSV: als een reidans van 2 legers).” (Hooglied 6:8-13, SV)
Dezen (de 144.000) hebben “op hun voorhoofd de Naam van Zijn (= Jezus’) Vader geschreven(zie Openbaring 14:1); dit wil zeggen: zij vormen, samen met de Zoon, het volmaakte “uitgedrukte Beeld van des Vaders Zelfstandigheid”:
“Hij (= Jezus), Die de afstraling van Gods heerlijkheid is en de afdruk (SV: het uitgedrukte Beeld) van Zijn zelfstandigheid, Die alle dingen draagt door Zijn krachtig woord, heeft, nadat Hij de reiniging van onze zonden door Zichzelf tot stand had gebracht, Zich gezet aan de rechterhand van de Majesteit in de hoogste hemelen.” (Hebreeën 1:3)
Dezen (de 144.000) vormen “in meest engere (= nauwere) zin” de Bruid van het Lam, daarom wijken zij ook nooit van Zijn zijde en “volgen zij Hem, waar Hij ook henen gaat”:
“Zij (de 144.000) zijn het die niet met vrouwen bevlekt zijn, want zij zijn maagden. Dezen zijn het die het Lam volgen waar Het ook naartoe gaat. Dezen zijn gekocht uit de mensen, als eerstelingen voor God en het Lam.” (Openbaring 14:4)
Zij worden hier (in Openbaring 14:1) gezien “op de berg Sion”, dit is in de hemelen, nadat zij zijn “weggerukt tot God en Zijn troon” (volgens Openbaring 12:5).

.

Openbaring 14 vers 2-3, “En ik hoorde een geluid (SV: een stem) uit de hemel, als een geluid van vele wateren en als het geluid van een zware donderslag. En ik hoorde het geluid van citerspelers die op hun citers spelen. En zij zongen als een nieuw lied (SV: nieuw gezang) vóór de troon, vóór de 4 dieren (letterlijk: 4 levende wezens) en de ouderlingen. En niemand kon dat lied leren behalve de 144.000, die van de aarde gekocht waren.”
Hun vele stemmen – deze worden hier gehoord als “een geluid van vele wateren” – klinken als één stem, als een wondervol akkoord. Het is de stem van God Almachtig, als een “donderslag”:

  • “Daarna brult Hij met Zijn stem; Hij dondert met de stem van Zijn majesteit. Hij houdt die dingen niet terug, als Zijn stem gehoord wordt. God dondert wonderbaar met Zijn stem; Hij doet grote dingen en wij begrijpen ze niet.” “Hebt u een arm zoals God? En kunt u, zoals Hij, met uw stem donderen?” (Job 37:4-5 + 40:4)
  • “De stem van de HEERE klinkt over de wateren, de God der ere dondert; de HEERE is op de grote wateren.” (Psalm 29:3)
  • “En uit de troon kwamen bliksemstralen, donderslagen en stemmen. En er stonden 7 vurige fakkels te branden vóór de troon. Dit zijn de 7 Geesten van God.” [21] (Openbaring 4:5)

Ook verheerlijken zij (de 144.000) het Lam met citerspel en “een nieuw gezang”, dat niemand anders uit de Bruidsgemeente hun kan nazingen; ook niet de 4 “dieren” en de 24 “ouderlingen”, die er een deel van vormen. Zij (de 144.000) zingen God het HOOGSTE levenslied toe en verheerlijken Hem méér dan alle anderen.
Zij (de 144.000) zijn, net als alle andere christenen “VAN DE AARDE GEKOCHT” (Openbaring 14:3); en behoorden dus ook eerst satan toe! Ook zij waren dus eerst ZONDAREN, maar zijn wit (= rein) gewassen door hun geloof in het Bloed van het Lam. [22]

.

Openbaring 14 vers 4, “Zij zijn het die niet met vrouwen bevlekt zijn, want zij zijn maagden. Dezen zijn het die het Lam volgen waar Het ook naartoe gaat. Dezen zijn gekocht uit de mensen, als eerstelingen voor God en het Lam.”
Zij zijn “niet met vrouwen bevlekt…, want zij zijn maagden” (= letterlijk: celibaten). Mogelijk zijn door de HEILIGMAKENDE KRACHT van de Heilige Geest ook hun AARDSE lichamen, dus terwijl zij nog op aarde waren, reeds gebracht in een hemels functioneren, waardoor SEXUALITEIT bij hen niet (meer) in het geding is:
“Want er zijn ontmanden (SV: gesnedenen) die uit de moederschoot zo geboren zijn; en er zijn ontmanden  die door de mensen ontmand (SV: gesneden) zijn; en er zijn ontmanden die zichzelf ontmand (gesneden) hebben om het Koninkrijk der hemelen. Wie dit vatten kan, laat die het vatten.” (Mattheüs 19:12)
Een andere mogelijkheid is (als de GEESTELIJKE opvatting van deze tekst), dat deze 144.000 door de Geest van God zijn vrijgemaakt van alle EGOÏSME dat verbonden is aan DENOMINATIEVE (= SEKTARISCHE) gedachten. “Vrouwen” hier, in Openbaring 14:4, dus vermeld als typering van “denominaties”, sekten. Dezulken hebben zich dus reeds OP AARDE geheel ten dienste gesteld aan Christus en Zijn Lichaam als geheel.
Dezen (de 144.000) zijn het die het Lam volgen waar Het ook naartoe gaat. Zij wijken dus niet van Zijn zijde, ook niet in hun aardse strijd, die zij voor Gods Koninkrijk voeren als Gods GROOTSTE LEIDERS van het laatste uur (zie Obadja 1:21) als de eerstelingen voor God en het Lam”:
“Verlossers zullen de berg Sion opgaan om het bergland van Ezau (= beeld van de nog vleselijke, wereldsgezinde christenen) te oordelen (SV: te richten), en het koningschap zal van de HEERE zijn.” (Obadja 1:21)

.

Openbaring 14 vers 5, “En in hun mond is geen leugen gevonden, want zij zijn smetteloos (SV: onberispelijk) voor de troon van God.”
Dit “onberispelijke”, dat “onbedrieglijke van hun mond” is reeds een karaktertrek tijdens hun AARDSE WANDEL, want in de hemel wordt NERGENS bedrog gevonden of berispelijkheid, daar is IEDEREEN onberispelijk, levende in de liefde Gods:
“omdat Hij ons vóór de grondlegging van de wereld in Hem uitverkoren heeft, opdat wij heilig en smetteloos voor Hem zouden zijn in de liefde.” (Efeze 1:4)
Maar dezen (de 144.000) heeft de Geest van God REEDS OP AARDE kunnen brengen tot het “vlekkeloze” en “rimpelloze” (!):
“opdat Hij (= Jezus) haar in heerlijkheid voor Zich zou plaatsen, een gemeente zonder smet (SV: vlek) of rimpel of iets dergelijks, maar dat zij heilig en smetteloos (SV: onberispelijk) zou zijn.” (Efeze 5:27)

 

Wordt vervolgd

De PDF (om de studie eventueel uit te printen of te downloaden) volgt aan het einde van elk hoofdstuk.

.

Studie van Bijbelleraar E. van den Worm [23]
(1915 – 2013)

Digitaal uitgewerkt door A. Klein

*************************************************************************************

[1] Zie eventueel onze studie Wat de Schrift leert over het 1000-jarige Rijk van de Here Jezus Christus van E. van den Worm. (noot AK)
[2] Zie eventueel onze studie Opeenvolgende PROFETISCHE gebeurtenissen van CJH Theys. (noot AK)
[3] Deze studie is oorspronkelijk geschreven vanuit de Statenvertaling, maar de Bijbelverzen zijn nu – hopelijk voor meer leesgemak / duidelijkheid –  vermeld in de Herziene Statenvertaling (afgekort HSV), tenzij anders vermeld. (noot AK)
[4] Zie eventueel onze studie Gij, volk van Israël, ontwaak !van E. van den Worm en/of ons artikel ANDER nieuws over ISRAËL – De zoektocht naar de Israëlische identiteit van ALLE 12 stammenvan A. Klein.
Ter verduidelijking het volgende:
Er is een verschil tussen Israël en het Jodendom. Wij willen dit in het kort proberen uit te leggen. In eerste instantie bestaat het volk van Israël uit de 12 stammen, vernoemd naar de 12 zonen van Jakob (die van God de naam Israël kreeg). Maar later komt er een splitsing. Er wordt in de Bijbel dan onderscheid gemaakt tussen het “huis van Israël” en het “huis van Juda” (de zgn. Joden). Het “huis van Israël” (ook wel Efraïm-Israël genoemd) is het 10-stammenrijk dat in de loop van de geschiedenis, door de Assyrische ballingschap, weggevoerd werd uit het beloofde land Kanaän / Palestina. Zij zijn daarna de zgn. heidenwereld ingetrokken, waar zij, tot op heden, in het “verborgen” wonen. Het zijn vooral de zgn. “christelijke” landen in Noordwest-Europa en de landen, waar velen uit Noordwest-Europa later naar toe zijn geëmigreerd, zoals Amerika, Canada en Australië. Het “huis van Juda” is het 2-stammenrijk, namelijk het volk van Juda en Benjamin, dat in de dagen van Jezus rondwandeling op aarde in het beloofde land Kanaän / Palestina leefde. (Het huis van) Juda, de zgn. Joden, is dan ook het deel van Israël waarover de “verharding” is gekomen (zie Romeinen 11:25). (noot AK)
[5] In het natuurlijke leven wordt – na gemeenschap, bevruchting en geboorte – een baby zichtbaar, na 9 maanden verborgen te zijn geweest in de moederschoot. Hier – in geestelijk opzicht – is de mannelijke zoon ook eerst “verborgen” aanwezig in het Lichaam van de Bruid / Bruidsgemeente (want “de mannelijke zoon” is reeds onder hen), maar opeens, net als bij een natuurlijke geboorte, wordt deze zoon OPENBAAR (= het openbaar worden van de zonen Gods – zie Romeinen 8:18-19). Het is dus niet “de geboorte van een zoon” die – in geestelijke zin – nog moet groeien, maar deze zoon wordt openbaar (= manifesteert zich) in de status van “een VOLWASSEN (= VOLMAAKTE) zoon. Geestelijk gezien: gekomen tot “de mate van de grootte van de volheid van Christus” (zie Efeze 4:13). (noot AK)
[6] In Deuteronomium 6:4 staat: “Luister, Israël! De HEERE, onze God; de HEERE is één! (dus één Persoon!).
Dit wordt ook onderschreven door het feit dat de beide cherubs en het verzoendeksel uit één brok goud moesten worden gesmeed / geslagen (zie Exodus 25:18). De beide cherubs en het verzoendeksel beelden onze almachtige God in Zijn 3 openbaringsvormen uit. De cherubs beelden de Vader en de Heilige Geest uit, en het verzoendeksel beeldt het Lam, de Zoon van God uit. Gods wezen is een ÉÉNHEID. Hij is één Wezen, één Persoon. De leer, dat God uit 3 personen bestaat, is een dwaling. Het is dus beter te spreken van de 3 Openbaringsvormen van God, te weten:
de 1ste Openbaringsvorm van God: de Vader
de 2de Openbaringsvorm van God: Jezus, de Zoon
de 3de Openbaringsvorm van God: de Heilige Geest.
Net zoals wij mensen ook bestaan uit: lichaam, ziel en geest. (noot AK)
[7] Zie eventueel ons artikel Een ANDER geluid – Wie is de VROUW uit Openbaring 12 ?van A. Klein. (noot AK)
[8] Zie eventueel onze studie De overwinnaars; over (de macht van) zonde en satan in de eindtijd van E. van den Worm. (noot AK)
[9] Zie eventueel onze ‘vers voor vers’ uitleg van Openbaring hoofdstuk 2 en hoofdstuk 3 van E. van den Worm. (noot AK)
[10] Bloem, de letterlijke betekenis = Iemand die zich door fraaie of lieflijke gedaante, reinheid of frisheid onderscheidt. (noot AK)
[11] Zie eventueel onze studie De werkingen van de Geest in de eindtijd van E. van den Worm en/of De natuurlijke mens en de Heilige Geest van CJH Theys. (noot AK)
[12] Jesaja 4:3-4, “Dan zal het gebeuren dat wie in Sion overgebleven is, en wie in Jeruzalem overgelaten is, heilig genoemd zal worden, eenieder die in Jeruzalem ten leven opgeschreven is. Wanneer de Heere de vuilheid van de dochters van Sion afgewassen zal hebben en de vele bloedschuld van Jeruzalem uit het midden ervan weggespoeld zal hebben door de Geest van oordeel en door de Geest van uitbranding.”
Zie eventueel onze studie Het nieuwe Jeruzalem, de Bruid van het Lam van God, het lichaam van Christus van E. van den Worm. (noot AK)
[13] Zie eventueel onze studie De overwinningen van het gestorte Bloed van het Lam van God, over satans zondemacht van E. van den Worm. (noot AK)
[14] Zie eventueel onze studie Het boek HOOGLIED (over de innige liefde tussen Bruid en Bruidegom)van H. Siliakus. (noot AK)
[15] Zie eventueel onze studies God gaat in de eindtijd de Gemeente/Kerk en de wereld schuddenen/ofDe dag van JaHWeH / De dag des Herenvan E. van den Worm. (noot AK)
[16] Zie eventueel onze studie Dingen die (met) haast geschieden moeten (deel 5)”, met de titel: De geboorte van de mannelijke zoon(beeld van de 144.000)van H. Siliakus. (noot AK)
[17] Zie eventueel onze studie Dingen die (met) haast geschieden moeten (deel 7)”, met de titelDe wegrukking van de mannelijke zoon van H. Siliakus. (noot AK)
[18] Er is hier heel bewust gekozen voor het woord ARENDEN uit de Statenvertaling. Zowel de HSV als de NBV hebben dit woord vertaald met “gieren”, wat in deze context onjuist is. Want… gieren zijn aaseters, zij eten dus “dode spijze” (beeld van: “de letter die dood” – zie 2 Korinthe 3:6). Arenden eten –en zoeken/vangen zelf– levend aas, dus “levende spijze” (beeld van: “Christus, Het LEVENDE Brood” en van “de Geest die LEVEND maakt” – zie Johannes 6:51+63 en 2 Korinthe 3:6).
Degenen die door de Here AANGENOMEN zijn als lid van het Bruidslichaam worden tot dat LICHAAM van Christus toegevoegd. Deze verzen moet men dus NIET verwarren met Mattheus 24:28 waar wel “gieren” moet staan: “Want waar het DODE lichaam zal zijn, daar zullen de GIEREN vergaderd worden”. Dit slaat namelijk op het lichaam van de GROTE HOER, de VALSE KERK (zie Openbaring, hoofdstuk 17), waar de VALSE (naam)CHRISTENEN vergaderd zullen worden. Deze uitleg van de Schrift wordt door de CONTEXT bevestigd.
Arendsheiligen zijn een beeld van (de leden van) de Bruid van Christus. Want, in Jesaja 40:31 lezen we: Maar wie (de Wederkomst van) de Here verwachten, putten nieuwe kracht; zij varen op met vleugelen als arenden; zij lopen, maar worden niet moede; zij wandelen, maar worden niet mat.” Waar degenen (ook christenen) zijn, die verlaten worden, weten we, namelijk in die wereld waarin de antichrist dan heerst, maar het gaat er hier om waar degenen “die aangenomen zijn tot leden van de Bruid” VERGADERD zullen worden. De Here Jezus zegt ons hier (in Lukas 17:37) dat ze “als arenden” vergaderd zullen worden in Zijn geestelijk Lichaam – en Zijn geestelijk Lichaam dat is: de Bruid van Christus – zij hebben deel aan de Bruiloft van het Lam van God. (noot AK)
[19] Zie eventueel onze studie De 7 Geesten van God en van het Lam van God van E. van den Worm. (noot AK)
[20] Sulammith = In het Hebreeuws staat er een vrouwelijk zelfstandig naamwoord, overgeschreven in het Nederlands: Sjoelamiet. Deze naam komt alleen voor in Hooglied 6:13. Zij betekent ‘de volmaakte’ of ‘de vredige’. (noot AK)
[21] Zie noot 19.
[22] Zie noot 13.
[23] KLIK HIER als u iets meer wilt weten over deze Bijbelleraar, zie vooral ook nog het “In memoriam”. (noot AK)

Over De Eindtijdbode

Een 'roepende in de woestijn' die 'de bazuin blaast' om velen (via GRATIS Bijbelstudies) te tonen "de dingen die - volgens Gods plan - spoedig geschieden zullen". Volgens Openbaring 1 vers 1, 10 en 19.
Dit bericht werd geplaatst in 'Vers voor vers' uitleg van Bijbelboeken, Belangrijke studie als 'basiskennis', Bijbelstudie, Eindtijdstudie, Israël/huis van Israël, Studie van E van den Worm, Uitleg over het boek Openbaring, Wederkomst van Christus en getagged met , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s