En in het licht van de Ark van het Verbond in het bijzonder
Hoofdstuk 8
Oordeel over het vlees
“En de (andere) Engel nam het wierookvat en vulde dat met het vuur van het altaar en wierp het op de aarde, en er kwamen stemmen, donderslagen, bliksemstralen en een aardbeving.” (Openbaring 8:5) [1]
Krachtvolle gebeden zullen in de laatste dagen opgezonden worden door de Bruidsgemeente des Heren. En God zal de volle zegen van Zijn Geest uitstorten. De tot volheid gekomen aanbidding zal echter ook een terugslag hebben op de wereld van die dagen, zo lezen wij hier. Dit zal gebeuren wanneer het 7de zegel opengaat.
Over de opening van dit 7de en laatste zegel lezen wij in dit 8ste hoofdstuk. Het zal de openbaring brengen van “de grote verborgenheid” (uit Efeze 5:32), de huwelijksgemeenschap tussen Christus en Zijn van de aarde gekochte Bruid: “Dit geheimenis (SV: deze verborgenheid) is groot; maar ik spreek met het oog op Christus en de Gemeente.”
Iets zo groot en zo wonderbaar vindt dan plaats, dat de gehele hemel – in een verbaasd en verwonderd stilzwijgen – de adem zal inhouden: “En toen het Lam het zevende zegel geopend had, kwam er een stilte (SV: stilzwijgen) in de hemel van ongeveer een halfuur.” (Openbaring 8:1)
Dan gaat het verzegelde Boek open. De verborgen inhoud van het Boek van God wordt dan geheel openbaar. Niet dat er dan ineens een geheel nieuw Boek van God erbij is. Neen, de verborgen zijde van het Boek zal openbaar worden in een Gemeente waarin het Woord van God opnieuw zal zijn vleesgeworden. Een Gemeente waarin het Woord rijkelijk zal wonen, de smetteloze Bruidsgemeente. En dan moet er wel meteen op volgen dat Hij, Die het vleesgeworden Woord Zelf is, deze Bruid trouwt. Dit zal het moment zijn waarnaar onze Heer eeuwenlang heeft uitgezien. Met “het waterbad van/door het Woord” reinigt Hij Zijn Gemeente, opdat zij eenmaal als een vlekkeloze en rimpelloze Bruid voor Hem zal staan: “Opdat Hij haar zou heiligen, door haar te reinigen met het waterbad door het Woord, opdat Hij haar in heerlijkheid voor Zich zou plaatsen (SV: heerlijk zou voorstellen), een Gemeente zonder smet of rimpel of iets dergelijks, maar dat zij heilig en smetteloos (SV: onberispelijk) zou zijn.” (Efeze 5:26-27)
Het 7de zegel brengt dus ook het huwelijk en de Bruiloft van het Lam. [2] De bruiloft, een feest met vele genodigden, is in feite een heen-wijzing naar het feest van hun eerste samenzijn van man en vrouw alleen. Dat is de eigenlijke bruiloft. De Bruiloft van het Lam is het feest van de huwelijksgemeenschap van Christus en de Bruidsgemeente (in geestelijke zin wel te verstaan – AK [3]) achter gesloten deuren, de overschaduwing en bevruchting van de Bruid (waarna zij een “mannelijke zoon” ter wereld zal brengen [4] – zie Openbaring 12 [5]).
Dit alles brengt het 7de zegel. Ontzagwekkend!
Het is niet vreemd dat dan alle stemmen zwijgen. Het Goddelijk Raadsplan nadert dan Zijn voltooiing. Dit is het doel dat God voorhad, toen Hij eenmaal sprak: “…Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis” (Genesis 1:26a)
Het zal een Gemeente zijn die het vlees volkomen zal hebben overwonnen. Vleselijke lusten zullen de leden van deze Gemeente niet meer kennen en bijgevolg zullen zij ook niet meer zondigen. Wij komen hier de gedachte van het Koperen Wasvat [6] tegen, het object dat, onder meer, verwijst naar de waterdoop en waaraan de betekenis verbonden is van het oordeel over het vlees (“…Het einde van alle vlees…” zei God in Genesis 6:13, bij de waterdoop van een wereld). Het Wasvat is het object van reiniging, schoonmaking, afrekening (met alle zonde). Een werk dat in de Bruidsgemeente voltrokken wordt door de reiniging door het badwater van het Woord. In de Bruid zal het vlees tot haar einde gekomen zijn. Zelfs lichamelijke honger en dorst zal haar niet meer deren.
Maar deze gedachte van het oordeel over het vlees komt in dit 8ste hoofdstuk – het hoofdstuk van het “nieuwe begin” (het getal 8 [7]) – ook op een andere wijze naar voren. De gebeden van de heiligen van de Bruidsgemeente – zuiver reukwerk (dat ware aanbidding is) van zielen die waarlijk en volkomen opgaan tot God en leven in Hem – worden door Jezus op de aarde geworpen: “En er kwam een andere Engel, die met een gouden wierookvat bij het altaar ging staan. Aan hem werd veel reukwerk gegeven, opdat hij dat samen met de gebeden van alle heiligen op het gouden altaar vóór de Troon zou leggen. En de rook van het reukwerk steeg, met de gebeden van de heiligen, uit de hand van de Engel op tot vóór God. En de Engel nam het wierookvat en vulde dat met het vuur van het altaar en wierp het op de aarde, en er kwamen stemmen, donderslagen, bliksemstralen en een aardbeving.” (Openbaring 8:3-5)
De “andere Engel” is hier opnieuw onze Here Jezus Christus. Uit wat Hij hier doet moeten wij niet afleiden dat Hij de gebeden en de aanbidding geringschat. Integendeel. Hij doet dit als een aanklacht en als een oordeel over allen die God nimmer zochten. Het wil zeggen dat de genadetijd dan definitief voorbij is. Bekering is dan niet meer mogelijk. Nadat dit geschied is zal geen enkel mens meer tot bekering kunnen komen, ook geen Jood.
Want, dan komen nog zwaardere oordelen over deze wereld. De donderslagen en bliksemstralen wijzen daarop. De zegeloordelen zijn schokkend, de bazuinoordelen zijn nog schokkender. De beschadiging van de aarde – in hoofdstuk 7 reeds aangekondigd – begint, die tot de onverbiddelijke eliminatie en liquidatie van alle goddeloze en vleselijke mensen zal leiden! Nu geen “brandofferaltaar-oordelen” meer – oordelen die het karakter hebben van tuchtiging, waarbij nog bekering mogelijk is – maar nu hebben we met de “koperen wasvat-oordelen” te maken, oordelen die leiden tot vernietiging, eliminatie, einde van alle vlees, waarbij geen bekering meer mogelijk zal zijn.
Droegen de zegeloordelen het stempel van God de Zoon en van Zijn genade, de bazuinoordelen zijn de oordelen van God de Vader, Die een liefhebbend Vader voor ieder mens wil zijn, maar Die echter niet met Zich laat spotten. God is Liefde, maar Hij is ook een verterend Vuur! In het licht van de Ark van het Verbond [8] gezien, staan het 8ste en 9de hoofdstuk in het teken van de 1ste Cherub op het Verzoendeksel, een typbeeld van God de Vader. In dit 8ste hoofdstuk worden de eerste 4 bazuin-oordelen beschreven:
- De 1ste bazuin betreft het MILIEU: Het leefmilieu van de aarde wordt definitief verwoest.
- De 2de bazuin heeft betrekking op het terrein van de POLITIEK: De vurige berg die in de volkeren-zee wordt geworpen, is het antichristelijke wereldrijk. Een politieke ontwikkeling die zal leiden tot de vermaling van alle individualiteit. De mens wordt een nummer en zal op alle terreinen van het leven aan de leiband van “Big Brother” moeten lopen.
- De 3de bazuin betreft het GEESTELIJK LEVEN: De geesten van de mensen worden vergiftigd. Het eerste optreden van de valse profeet zal alle wateren en bronnen (in geestelijke zin) bitter maken.
- De 4de bazuin handelt over de SAMENLEVING: Duisternis zal vallen over maatschappij en samenleving.
Aldus zal – nadat de Bruidsgemeente tot de volmaaktheid zal zijn gekomen en het vlees volkomen overwonnen zal hebben – een aanvang gemaakt worden met het oordeel over het vlees in een andere zin. God begint af te rekenen met een onbekeerlijk en goddeloos mensdom.
Wee hen, die zullen vallen in de handen van de levende God!
H. Siliakus
Digitaal uitgewerkt door A. Klein
Einde van dit 8ste hoofdstuk – wordt vervolgd
.
*****************************************************
Voor meer info en ‘vers voor vers’ UITLEG over dit 8ste hoofdstuk van Openbaring, zie:
- “Die IS en Die WAS en Die KOMEN ZAL”. Link naar hoofdstuk 8, studie van Bijbelleraar CJH Theys.
- “Het geopenbaarde Evangelie van Jezus Christus voor de laatste dagen”. Link naar hoofdstuk 8, studie van Bijbelleraar E. van den Worm.
**********************************************************************************
.