Een derde sacrament?
Nadat onze Heiland voor de laatste maal het Pascha gevierd had met de Zijnen, bij welke gelegenheid Hij het Heilig Avondmaal instelde, stond Hij op, deed water in een bekken en begon de voeten van Zijn discipelen te wassen:
“Jezus, wetende, dat de Vader Hem alle dingen in de handen gegeven had, en dat Hij van God uitgegaan was, en tot God heenging, 4 Stond op van het avondmaal, en legde Zijn klederen af, en nemende een linnen doek, omgordde Zichzelf. 5 Daarna goot Hij water in het bekken (HSV: in de waskom), en begon de voeten van de discipelen te wassen, en af te drogen met de linnen doek, waarmee Hij omgord was.” (Johannes 13:3-5, SV)
Dit gedaan hebbende, sprak Hij:
“Indien dan Ik, de Heere en de Meester, uw voeten gewassen heb, zo zijt gij ook schuldig, elkanders voeten te wassen.” (Johannes 13:14, SV)
Hieruit hebben sommigen afgeleid dat de voetwassing zoiets als een “derde sacrament” is en in bepaalde kerken wordt dit wassen van elkanders voeten nog altijd in letterlijke zin gepraktiseerd, wanneer men bijeenkomt. Naar onze mening is dit niet wat de Heer bedoelde. Sinds de Oude Bedeling plaatsmaakte voor de Nieuwe, is het dienen van God immers niet meer overwegend een zaak van uiterlijkheden! De tijd van de uitbeeldingen, de schaduwbeelden, is voorbij; het gaat er nu om dat wij God dienen “in geest en in waarheid”:
- “Maar de tijd komt en is er nu, dat de ware aanbidders de Vader zullen aanbidden in geest en waarheid, want de Vader zoekt wie Hem zo aanbidden. God is Geest en wie Hem aanbidden, moeten Hem aanbidden in geest en waarheid.” (Johannes 4:23-24) [1]
Alleen voor het “treden in de gemeenschap met Jezus” en voor het “blijven in de gemeenschap met Jezus” zijn er nu nog begeleidende sacramenten – respectievelijk: de “doop” en het “Heilig Avondmaal” – maar voor het overige ligt alle nadruk op het wézenlijke, het gééstelijke:
- “Want u bent niet tot een tastbare berg genaderd, en tot een brandend vuur, tot donkerheid, duisternis en stormwind.” … “Maar u bent genaderd tot de berg Sion en tot de stad van de levende God, tot het hemelse Jeruzalem [2] en tot tienduizendtallen van engelen, tot een feestelijke vergadering en de Gemeente van de eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid [3] zijn gekomen.” (Hebreeën 12:18 en 22-23)
Niet voor niets is de Nieuwtestamentische eredienst een uiterst sóbere. De prediking van het Wóórd staat centraal! Naar ons inzicht heeft de Here Jezus met Zijn opdracht “elkanders voeten te wassen” – een handeling waarvoor het nodig is te “bukken” – “slechts” willen zeggen dat er in Zijn Gemeente een geest van ware nederigheid, liefde en zelfverloochening moet heersen; een geest van “de één achte de ander uitnemender dan zichzelf”:
“Doet geen ding door twisting of ijdele eer, maar door ootmoedigheid achte de één de ander uitnemender dan zichzelf.” (Filippenzen 2:3, SV)
Jezus’ liefde voor Zijn Gemeente
Teveel echter valt de nadruk doorgaans op dit navolgingsbevel (niet dat dit niet belangrijk zou zijn, maar een afglijden naar ongeestelijke en extreme standpunten is hierbij geen denkbeeldig gevaar). Ook als iemand de voetwassing per sé als een sacrament wil beschouwen, blijft toch als het allerbelangrijkste: de daad van Jezus Zelf te begrijpen en te doorgronden.
Wat is de betekenis van de voetwassing, niet als door ons te herhalen daad, maar als daad van Jezus Zelf?
- KLIK HIER als u deze GRATIS studie verder wilt lezen of downloaden
(in smartphone-formaat).
H. Siliakus
Digitaal uitgewerkt door A. Klein
********************************************************************************
[1] Alle Bijbelteksten zijn door mij vermeld in de Herziene Statenvertaling / HSV, tenzij anders vermeld. (noot AK)
[2] Zie eventueel onze GRATIS studie “Het nieuwe Jeruzalem, de Bruid van het Lam van God, het lichaam van Christus” van E. van den Worm. (noot AK)
[3] Zie eventueel onze GRATIS studie “De volmaaktheid in Christus, op aarde, in de eindtijd” van E. van den Worm. (noot AK)
.