van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst (deel 2: Het uitgangspunt)

Jesus, Lamb, Lion

Het uitgangspunt

Vlucht (ook) van de modern-denkende mens

Vandaag de dag is de arts, de psychiater en de advocaat de “zielzorger” van de (moderne) mens. Hoe komt dat toch? Wij kunnen in de praktijk twee oorzaken aanwijzen. In de eerste plaats wordt de voorganger of predikant eerder geschuwd dan gezocht, omdat men in plaats van hulp en raad te krijgen “bepreekt” verwacht te worden. Men is als het ware “dood-gepredikt” en heeft daar schoon genoeg van. Voor de meesten is de zogenaamde Christelijke opvoeding slechts “leidraad” om een “fatsoenlijk mens” te worden. Een andere oorzaak, van veel bedenkelijker aard, is dat men tegenwoordig maar liefst een pil zou willen innemen, om op die manier geestelijke aanvechtingen te vermijden. Als dit zou kunnen…
Wij leven heden ten dage in een “overdreven gevoelige” tijd als nimmer tevoren. Zonder “show” is de mens niet gelukkig, niet meer te bevredigen. Verloren uurtjes moeten op een dergelijke manier worden opgevuld. Dat betekent tegenwoordig voor de meesten “het” vermaak! Toen wij jong waren was dat heel anders. In hetgeen wij toentertijd zagen en hoorden, gevoelden wij onszelf aangesproken. De mens van tegenwoordig heeft veelal slechts oog voor wat hijzelf heeft geconstrueerd. Hij is of wordt verstrikt in het net van zijn eigen uitvindingen, en kan gewoonweg niet meer inzien dat er rondom hem nog een heleboel andere dingen zijn die nòg belangrijker zijn dan wat hijzelf heeft gemaakt.
“Geloven” is dan ook voor hem een “ongrijpbare” zaak geworden. In deze tijd kan hij een eredienst, een prediking straffeloos genieten bij een kop koffie – met of zonder sigaret – of zittende in een geriefelijke TV-stoel. Tòch haalt hij bij de één of andere plechtige bijeenkomst graag “de lieve God”, “onze lieve Heer” erbij om dan zódoende nog een “stichtelijk” genoeglijk ogenblik te hebben. Van “beleven” is vanzelfsprekend absoluut geen sprake. Met alle vrijmoedigheid durven wij te schrijven dat het een “duivelse vergissing” is te menen het Christelijk geloof te bezitten zonder het duidelijk besef: ik ben tot beslissing geroepen… Wij willen nog wel verder gaan. Mensen die wel zouden willen geloven hebben nog met veel andere dingen grote moeite; vooral als het gaat om wat de Bijbel leert.
De Bijbel heeft ons altijd al gezegd dat de mens van overlang (= sinds lang) bevangen is door de “zucht naar het wereldse”! De apostel Paulus gebruikt de uitdrukking “vlees” als hij de teugelloze begeerte in de mens naar alle aardse genoegens omschrijft. Staat het al niet op de eerste bladzijden van de Bijbel dat de mens (kennend goed en ook kwaad !) moet sterven; en dat Kaïn zijn broeder (H)Abel vermoordde, en dat naast de begeerte om te leven de lust om te vernietigen en te doden in die mens leeft?!? Waarlijk, Christenen mogen zich gelukkig prijzen met Gods raadsplan. Als de mens alles kan krijgen wat hij begeert, houdt hij tot slot niets meer over. Dat komt, omdat in de ziel van ieder mens nog iets anders leeft: een hunkering, die deze wereld niet ziet noch kan bevredigen, omdat zij uitgaat bóven alles wat van de wereld is en wat zij te bieden heeft. Wat dat verlangen dan wel is?…
“Geloof in een persoonlijke God”! En een “persoonlijke God” kunnen wij ons niet als een persoon voorstellen Die ergens ver weg in het heelal Zich verborgen houdt, als een “soort menselijk wezen”. God handelt, spreekt, toornt, bemint, straft, geneest, heeft erbarmen, hoort en verhoort, en… roept. Dat is zeker, en in dit beeld doet de God van de Bijbel ons Hem kennen, Zó en niet anders wil Hij dat wij Hem in Jezus Christus kennen. God is liefde, en ofschoon ik dit niet kan bewijzen, des te meer kan ik Hem ervaren en Zijn onmiddellijke nabijheid gevoelen, want diep in mijn ziel ervaar ik de mij geschonken vreugde en Zijn liefde voor en tot Hem!
Déze liefde is die naar de volmaakte “Vader, Die in de hemelen is”, aan Wie ik toebehoor, Die mij ook roept bij mijn naam, Die Zich openbaart in de Schrift, Wiens daden ik geloof, en Die mij Zich doet kennen. Daarom stellen wij het zó: als God niet wordt ervaren en vereerd, wil dit nog niet zeggen dat Hij er niet is! Het geloven in God is namelijk geen theorie, doch een totale “omzetting” van ons levenspatroon. Zó leert ons het scheppingsverhaal: Midden in volkomen chaos en duisternis ontstaat de “vaste ordening” èn “het licht”… Gods scheppingsgeschiedenis geeft ons inzicht in het wezen van zowel wereld èn mens.
Wanneer het geschreven Woord in  Genesis 1 vers 1-3 [1] de mens van vandaag nog beroert, dan komt dat omdat hij zich daardoor direct weet aangesproken door de Geest van God, Die het Woord hanteert. Ieder mens streeft uiteindelijk naar een zinvol leven dat gericht is op een bepaald doel. Maar daarvoor moet hij strijden… “the struggle for life” (= de strijd des levens). Te midden van de crisis van ons leven gaat het er om: to be or not to be (= te zijn of niet te zijn). Maar het gemiddelde type mens is tegenwoordig nauwelijks iemand die in deze harde strijd zijn levensdoel tracht te bereiken. Het “idool” van onze hedendaagse “massacultuur” is de figuur geworden van de passieve “levensgenieter”. Een ware zondvloed van “stripverhalen”, van “seksbeelden” en erotische films heeft de gestalte van de voor zijn bestaan vechtende en een levensdoel nastrevende mens opgeslokt. Waarlijk, de vloek van geestelijke onverschilligheid en ongevoeligheid heeft zich van hem meester gemaakt, en het “beeld Gods” is in hem niet alleen vervaagd, maar zelfs verdwenen, en de vraag naar God en Jezus Christus verstomt!
Het lijkt erop dat wij vandaag de dag, sneller dan ooit, op weg zijn naar een tijd van verwarring. Want, wij zien het zó: waar God terugtreedt, omdat Hij wordt afgewezen, waar God in Christus ons niet nabij meer kan zijn, daar staan wij zonder doel en zonder vrijheid meer in het leven. In zulk een toestand wordt een overwinnende Heiland niet gekend. Want wat men niet zoekt, kan men ook niet vinden; en waar men niet klopt, wordt ook niet opengedaan. Ons Christelijk geloof valt en staat nu eenmaal met de erkenning en het getuigenis dat Jezus Christus NU tegenwoordig wil zijn en òòk kàn zijn in òns leven.
Wij ervaren het daarom zó en niet anders: de ziele-strijd van de zoekende mens, die zijn hunkeren naar God niet laat bevredigen door de schijn van het ogenblik, heeft betrekking op Hem, “Die Was en Die Is en Die Wederkomt” [2]; want God wil, dat alle mensen zalig worden, en tot kennis der waarheid komen” (1 Timotheüs 2:4). De apostel Paulus verbindt hieraan de vermaning: “…(zo) werkt uws zelfs (HSV: werk aan uw eigen) zaligheid met vreze en beven” (Filippenzen 2:12b) en houdt allen deze waarheid voor: “Want het is God, Die in u werkt beide: het willen èn het werken, naar Zijn welbehagen” (Filippenzen 2:13). Halleluja! Amen.
Het is altijd weer God Die ons helpt; Die ons opvangt in alle nood. Hij wil dat “een NIEUW MENS” [3] wordt geboren die op Christus alleen zijn hoop en geloof heeft gevestigd. Weggelegd voor hen die naar Hem vragen, die naar Hem zoeken,… totdat hun hunkering ten volle bevredigd wordt. Want Hij Die zo’n 2000 jaar geleden in menselijke gestalte hier op aarde leefde, werkte en stierf en opstond uit het graf, kan desondanks vandaag in ons wonen door Zijn Heilige Geest!! [4] De zoekende, vragende en strijdende mens is in staat opnieuw te worden geboren “uit water en uit Geest” (zie Johannes 3:3+5 [5]). Glorie voor Hem! Zulk een “leven dat met Christus verborgen is in God” (zie Kolossensen 3:3) is bestemd om te overwinnen. [6]
Die mens heeft geen moeite met vragen als:

  • “Hoe kan ik in Christus geloven, als ik Hem niet heb gezien”?
  • “Hoe is Hij opgestaan uit de doden”?
  • “Zal Hij werkelijk in Persoon terugkomen”?
  • “Met welk recht wordt bijvoorbeeld gesproken van het einde en van het hiernamaals”?
  • “Wie is daar dan bij geweest”?… “Bij de opstanding der doden,… bij het jongste gericht”?

En zó kunnen wij wel doorgaan. Hij leeft immers niet door “aanschouwen”, maar door “het geloof” in het feilloos Woord van God en put uit de Godsopenbaring; elke dag opnieuw. Geprezen zij de Naam des Heren, Die in alles voorziet!
Toen het Christendom zich verbreidde, was het volkomen duidelijk dat God Zich in Christus had geopenbaard en tot de mensheid sprak door Zijn daden. Men leefde niet uit legenden of fabels. De eerste Christenen voelden zich in alles betrokken bij: de Christus van Bethlehem, bij de Jezus van Nazareth. HET VLEES GEWORDEN Woord IS Gods GROOTSTE WONDER!! Die eerste Christenen hebben met hun boodschap te verstaan gegeven dat zij Hem hebben gezien en hebben met nadruk betuigd dat zij geen “kunstig verzonnen fabels” zijn nagevolgd, maar ertoe werden gedrongen te getuigen van wat zij zelf “hadden gehoord en gezien en met hun handen hadden getast” (zie 2 Petrus 1:16 + 1 Johannes 1:1 [7]).
God was Zelf in hun bestaan “ingebroken” in de Persoon van Christus. Het lege graf was voor hen méér dan het duidelijke “teken Gods”: “…geopenbaard door de verschijning van onze Zaligmaker Jezus Christus, Die de dood heeft te niet gedaan, en het leven en de onverderfelijkheid aan het licht gebracht door het Evangelie” (2 Timotheüs 1:10);… “En buiten alle twijfel, de verborgenheid der Godzaligheid is groot; God IS geopenbaard in het vlees, IS gerechtvaardigd in de Geest, IS gezien van de engelen, IS gepredikt onder de heidenen, IS geloofd in de wereld, IS opgenomen in heerlijkheid.” (1 Timotheüs 3:16)
Hier heeft de wereldgeschiedenis niet alleen een sprong voorwaarts gemaakt, maar op dit punt in de wereldgeschiedenis werd een geheel nieuw begin gemaakt met de totale onderwerping van alle machten die het menselijk bestaan benarden en het nòg moeilijker maken. Voor onze broeders en zusters onder de “Vroege Regen” (de eerste UITSTORTING van de Heilige Geest op de Pinksterdag – zie Handelingen 2) stonden deze feiten even vast als hun eigen leven. En ons Christelijk geloof valt en staat dan ook met de daden waarin God, in Christus, als de helpende, genade-schenkende en genezende God is te ervaren. Amen.
Maar de modern-denkende mens vlucht weg van de Schriftuurlijke waarheid, en wil deze bepalen door het denken en niet door de handelingen Gods in de geschiedenis. Dat was dan toch wel heel anders in die eerste Christelijke Gemeente (die eerste Pinkstergemeente [8]). Wat waarheid is kan immers niet verstandelijk gewaar worden, maar in de ontmoeting met God, in wat Hij heeft gedaan en heeft geschapen… door de komst van Jezus Christus in de geschiedenis van de mensheid. Glorie voor Hem!! Omdat die modern-denkende mens de Christus van de Bijbel niet kan ontleden, vlucht hij weg in allerlei vragen. Neemt veronderstelling de plaats in van geloof. Zijn al zulke vragen, zoals wij die reeds eerder hebben genoemd, geen zwelgen in waandenkbeelden, en zijn het niet juist die mensen, wie het aan de nodige kennis van de zaken ontbreekt, die hun gedachten als het ware de vrije teugel willen geven,… en wier ongebreidelde fantasie zo heel vaak tot zonderlinge excessen voert?!
Wij vragen ons af of het niet beter zou zijn, wanneer zij zich zouden concentreren op al wat zij in het heden te doen hebben?! En zouden zij er niet beter aan doen zich te beperken tot hun gewone leven van elke dag, om zodoende uit dit tijdelijke alles te halen wat er voor hen inzit, en te laten rusten, wat zij toch nooit zullen kunnen doorvorsen (= doorzoeken, naspeuren) met hun eindig mensenverstand?! Wat willen zij eigenlijk?? Eén ding staat voor ons vast: nemen wij Christus weg uit de Bijbel – Zijn daden, Zijn kruis – dan ontbinden wij de Persoon van Christus! Daarentegen lag de geloofskracht en het geloofsvertrouwen van de eerste Christenen verankerd in de wetenschap en de ervaring dat God hun in Christus als Persoon nabij was.
De “moderne mensen” keren deze verblijdende en bevrijdende waarheid om: in de plaats van de Christus, Die “De Weg èn de Waarheid èn het Leven” is, staat nù de mens aan het begin. Gevolg: lege begrippen nemen de plaats in van “Christus en Die gekruisigd” [9], en maken de Bijbelse leer tot geleuter. De grote lijn van de Heilige Schrift wordt niet gevolgd, maar men bepaalt zich liever bij het “eigen-ik”. En dit is juist wat de profetische Schriften ons leren: Sprekende van de moeilijke tijden van de laatste dagen heeft Gods Geest de apostel doen schrijven: “de mensen zullen liefhebbers zijn van zichzelf…” (zie 2 Timotheüs 3:2a). Hoe waardevol is dan de vermaning èn de apostolische raad in 1 Timotheüs 6 vers 3-5: “Indien iemand een andere leer leert, die niet overeenkomt met de gezonde woorden van onze Here Jezus Christus, en met de leer, die naar de godzaligheid is, die is opgeblazen en weet niets, maar hij raast omtrent twistvragen en woordenstrijd; uit welke komt nijd, twist, lasteringen, kwade nadenkingen (HSV: kwaadaardige verdachtmakingen). Verkeerde krakelingen (HSV: voortdurend geruzie) van mensen, die een verdorven verstand hebben, en van de waarheid beroofd zijn, menende, dat de godzaligheid een gewin zij. Wijk af van dezulken.
Ontmoet men dergelijke mensen en spreekt men met deze vragende en altijd op discussies beluste mensen, dan wordt men spoedig gewaar dat zij altijd weer neerkomen op die boeken van de Bijbel die het allereerste begin (Genesis) ons leren en vooral op Daniël [10] en Openbaring [11], die ons de sleutels geven tot de “toekomende dingen”. Wat zullen wij hiervan zeggen? Wat moeten wij hiervan denken?? Juist hier dreigt het grote gevaar dat eigen denken en aanvechtbare keuzes binnendringen. Waarom wij dit zó zeggen?!? Omdat “men” bij het doorlezen van de talloze verhandelingen en brochures op dit gebied soms de indruk krijgt een “verkoop bij te wonen, waarbij alles bij opbod wordt verkocht en waarbij iedereen zijn best doet om nog harder te schreeuwen dan de ander”.
Hoe zit dat??? Wel, al die (menselijke) verklaringen dragen daarvan de duidelijke sporen;… al die beschrijvingen van de apocalyptische gebeurtenissen stemmen helemaal niet met elkaar overeen. Wie moeten wij nu geloven? Een natuurlijk voorbeeld: wij zouden echt geen raad weten, wanneer onze Nederlandse Spoorwegen spoorboekjes zouden uitgeven die allemaal van elkaar zouden verschillen. Het is altijd beter te beginnen waar God begint; met de eerste regel uit de Bijbel: “In den beginne schiep God de hemel en de aarde…” (Genesis 1:1a). Het gaat over de schepping. Wij kennen zo zoetjes aan allemaal het vervolg van dit grootse verhaal. Daaruit blijkt duidelijk (ook al is sindsdien het wetenschappelijk onderzoek en denken gewijzigd, veranderd), dat alles een goed begin heeft gekend. God zij de glorie!
Vanaf die eerste bladzijden van de Bijbel straalt ons de vreugde van de Schepper tegemoet, Die werkte terwijl de morgensterren tezamen vrolijk zongen, en al de kinderen Gods juichten” (Job 38:7). Als wij dus willen weten “hoe” het met deze wereld zal aflopen, moeten wij ons herinneren dat zij is voortgekomen uit de handen van haar Maker, de Schepper. “In de beginne… God. Hij IS HET BEGIN!! Verschillende teksten uit het Nieuwe Testament verduidelijken nog dat “alles geschapen is door Christus en voor Hem” (zie Kolossenzen 1:16 – te vergelijken met Johannes 1:3, 1 Korinthe 8:6 en Hebreeën 1:2 [12]). Het is onmogelijk zich een volmaakter oorsprong en hoger bestemming in te denken. Waar dus het begin goed was, zou het einde anders dan goed en stralend licht kunnen zijn?!
Als God de hemel en de aarde geschapen heeft, kunnen de zaken er niet beter voorstaan. God is soeverein. Dit impliceert dat Hij met Zijn schepping kan doen wat Hij wil. Net zo goed als Hij door Zijn Woord Zijn schepping uit het niets heeft tevoorschijn gehaald, net zo goed kan Hij doorslaggevende redenen hebben om diezelfde schepping (als die op de één of andere manier niet meer aan Zijn reddende liefde en wil beantwoordt) te veroordelen op een wijze zoals Hij dat kan en ook zal doen. “Het is vreselijk te vallen in de handen van de levende God”! (zie Hebreeën 10:31)
En, omdat de mens een groot aandeel heeft in de ontwikkeling van de aardse gebeurtenissen en voor een belangrijk deel daarvoor verantwoordelijk is, moeten wij nauwgezet de rol die de mens in het vervolg van de Bijbelse Boodschap speelt nagaan, om dan telkens weer nieuwe dingen te ontdekken waarvoor hij Zijn Maker alle eer en lofprijzing zal (moeten) geven. Hoe of het ook zij, wij leren dan altijd deze onomstotelijke waarheid verstaan, namelijk dat “de nacht er is vóór de morgen”. Halleluja! Amen.
Als daar staat: God schiep de mens uit het stof der aarde, dan rukt de Bijbel de mens van vandaag de dag de blinddoek af en opent zijn oog voor de waarheid; want het feit dat de mens door God geschapen is, kan niet “berekend” worden,… kan ook niet nader verklaard worden met formules, maar kan ook niet worden opgelost langs wetenschappelijke weg. De theorie van de geleerde Darwin heeft geen stand gehouden. De ene geleerde heeft de andere al lang tegengesproken. Het was en is “apekool” (= onzin, nonsens, waanzin). Scheppen is heel iets anders dan evolutie!
Wat velen wellicht (nog) niet weten is dat dezelfde Darwin aan het eind van zijn leven heeft bekend dat hij langzaamaan, maar heel beslist, zijn geloof in God was kwijt geraakt. Hij twijfelde niet alleen aan de juistheid en waarheid van het Schriftwoord omtrent wording en loop van de wereld, maar hij vond ook dat de God van de Bijbel onuitstaanbaar was, omdat hijzelf deze soevereine God niet kon en ook niet wilde vereren. Terugziende op deze bekentenis van een wetenschappelijk mens en geleerde concluderen wij dat alle wetenschappelijk begrip omtrent de ontwikkeling van de mens hand in hand gaat met ongeloof aangaande de God van de Bijbel. De Here beware ons hiervoor.

CJH Theys

NOOT
Alle in deze uitgave genoteerde Schriftuur is uit de Statenvertaling.

Overname uit deze brochure is toegestaan, mits met bronvermelding!

EINDE deel 2

Wordt vervolgd

***********************************************************************************

[1] Genesis 1:1-3, “In den beginne schiep God de hemel en de aarde. De aarde nu was woest en ledig, en duisternis was op de afgrond; en de Geest Gods zweefde op de wateren. En God zei: Daar zij licht! en daar werd licht.”
[2] Zie eventueel onze GRATIS studie met deze titel, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Het boek Openbaring: “Die IS en Die WAS en Die KOMEN ZAL” (alle 22 hoofdstukken)van CJH Theys. (noot AK)
[3] Zie eventueel onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: LUKAS – Het Boek van de NIEUWE MENS in Christus. (Over Jezus, de Hogepriester en hoe wij, als priesters van de allerhoogste God, Hem moeten dienen) van E. van den Worm. (noot AK)
[4] Zie eventueel onze GRATIS studie De natuurlijke mens en de Heilige Geest van CJH Theys. (noot AK)
[5] Johannes 3:3+5, “Jezus antwoordde en zei tot hem: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Tenzij dat iemand wederom geboren worde, hij kan het Koninkrijk Gods niet zien. … 5 Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, hij kan in het Koninkrijk Gods niet ingaan.”
[6] Zie eventueel onze GRATIS studie De overwinnaars; over (de macht van) zonde en satan in de eindtijd van E. van den Worm. (noot AK)
[7] 2 Petrus 1:16, “Want wij zijn geen kunstelijk verdichte fabelen (HSV: kunstig bedachte verzinsels) nagevolgd, als wij u bekend gemaakt hebben de kracht en toekomst van onzen Heere Jezus Christus, maar wij zijn aanschouwers geweest van Zijn majesteit.”
1 Johannes 1:1, “Hetgeen van den beginne was, hetgeen wij gehoord hebben, hetgeen wij gezien hebben met onze ogen, hetgeen wij aanschouwd hebben, en onze handen getast hebben, van het Woord des levens.”
[8] De 1ste Pinkstergemeente, vanwege de UITSTORTING van de Heilige Geest tijdens het Pinksterfeest, volgens Handelingen 2 vers 1-4.
Zie eventueel onze GRATIS studie De Opperzaalgemeente (in smartphone-formaat) van H. Siliakus. (noot AK)
[9] 1 Korinthiërs 2:2, “Want ik heb niet voorgenomen iets te weten onder u, dan Jezus Christus, en Dien gekruisigd.
[10] Zie eventueel onze GRATIS studie Het Boek Daniël – alle 12 hoofdstukken, met ‘vers voor vers’ UITLEGvan CJH Theys. (noot AK)
[11] Zie eventueel onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Het boek Openbaring: “Die IS en Die WAS en Die KOMEN ZAL” (alle 22 hoofdstukken)van CJH Theys en/of Het Boek Openbaring – “Het Evangelie van Jezus Christus voor de laatste dagen” (alle 22 hoofdstukken) van E. van den Worm. (noot AK)
[12] Johannes 1:3, “Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt, dat gemaakt is.”
1 Korinthe 8:6, “Nochtans hebben wij maar één God, de Vader, uit Welke alle dingen zijn, en wij tot Hem; en maar één Heere, Jezus Christus, door Welke alle dingen zijn, en wij door Hem.”
Hebreeën 1:2, (de Zoon) Welke Hij (God) gesteld heeft tot een Erfgenaam van alles, door Welke Hij ook de wereld gemaakt heeft.”

**************************************************************

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst

.

Deel 1: Verborgen hoop – Opmerkelijke vrees

.

Over De Eindtijdbode

Een 'roepende in de woestijn' die 'de bazuin blaast' om velen (via GRATIS Bijbelstudies) te tonen "de dingen die - volgens Gods plan - spoedig geschieden zullen". Volgens Openbaring 1 vers 1, 10 en 19.
Dit bericht werd geplaatst in Bijbelstudie, Boek/studiebespreking, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van CJH Theys en getagged met , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s