Boekbespreking 83: Wederom Mijn volk – Het boek Hosea over de lotgevallen van de beide Israëlvolken

Te weten:
het huis van Juda (2 stammen), en
het huis van Israël (10 stammen)

Herstel Israel

Inleiding

Het heil van God is bestemd voor alle volkeren der aarde. Toch is er onder deze volkeren ook een volk dat God Zijn volk noemt. Wat is de plaats van dit volk in het heilsplan van God? Dit is een vraag, waarmee wij ons bezig zullen moeten houden, als wij het boek van de profeet Hosea bestuderen. In hetzelfde Bijbelboek lezen wij dat God dit volk, Israël, tijdelijk niet als Zijn volk zou beschouwen, om het daarna wederom Zijn volk te noemen:

  • “En Hij zei: Geef hem (de zoon van Hosea en zijn vrouw, “een vrouw der hoererijen” – zie vers 2) de naam Lo-Ammi, want u bent niet Mijn volk en Ík zal er voor u niet zijn (SV: zo zal Ik ook de uwe niet zijn). Toch zal het aantal Israëlieten (SV: het getal der kinderen Israëls) zijn als het zand van de zee, dat niet gemeten en niet geteld kan worden. En het zal gebeuren dat in de plaats waar tegen hen gezegd is: U bent niet Mijn volk, tegen hen gezegd zal worden: (SV: gij zijt) Kinderen van de levende God.” (Hosea 1:9‑10) [1]
  • “En Ik zal haar voor Mij in (SV: op) de aarde (uit-)zaaien en Mij (dan) ontfermen over Lo-Ruchama (wat betekent: “niet ontfermd”). Ik zal (dan) zeggen tegen Lo-Ammi: U bent Mijn volk, en hij zal zeggen: Mijn God!” (Hosea 2:22)

Zij die het Joodse volk voor geheel Israël aanzien, zullen er bepaald moeite mee hebben om in de geschiedenis van dit volk een periode te onderscheiden, waarin voor dit volk geldt, dat het niet langer Gods volk is. Dezulken houden er immers juist zo aan vast, dat de Joden altijd Gods volk gebleven zijn! Jammer genoeg staat men echter niet stil bij deze kwestie, want anders zou men wel tot de slotsom moeten komen, dat het hier in Hosea om een ánder Israël moet gaan. Er is een Israël, dat gedurende een lange tijd geheel gelijk is geweest aan een heidens volk! Er is een ander Israël. In de Bijbel wordt onderscheid gemaakt tussen het Huis van Juda, zo men wil de Joden, en het Huis van Israël [2], dat derhalve een ander volk (of wellicht meer dan één volk) moet zijn, een niet‑Joods Israël. Men kan niet straffeloos aan dit onderscheid voorbij gaan.
Heeft dan Paulus, toen hij bovenbedoelde woorden van Hosea aanhaalde in Romeinen 9:25‑26, deze woorden niet van toepassing verklaard op de heidenen (Rom.9:24)?

  • “Zoals Hij ook in Hosea zegt: Ik zal Niet-Mijn-volk noemen: Mijn volk, en de Niet-geliefde: Geliefde (SV: en die niet bemind was, Mijn beminde). En het zal zijn dat op de plaats waar tegen hen gezegd was: U bent Niet-Mijn-volk, daar zullen zij kinderen van de levende God genoemd worden.” (Rom.9:25‑26)
  • “Hen heeft Hij ook geroepen, namelijk ons, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de heidenen.” (Rom.9:24)

Daarmee is toch de hele zaak opgelost?! Zo lijkt het, maar we vergissen ons dan wel deerlijk en maken ons er te gemakkelijk van af, want in het volgende, 27ste vers blijkt dat Paulus over Israël (!) spreekt: “En Jesaja roept over Israël uit: Al zou het getal van de Israëlieten (SV: het getal der kinderen Israëls) zijn als het zand van de zee, slechts het overblijfsel zal behouden worden.” (Rom.9:27). De verklaring is deze, dat Paulus hier weliswaar ook de bekeerlingen uit de oorspronkelijke heidense volkeren erbij haalt, maar desondanks in de eerste plaats doelt op de bekering van een verheidenst Israël.
De belangstelling is gewekt, zo hoop ik, voor wat er in het tamelijk onbekende boek Hosea wordt onthuld. Ik heb gekozen voor een systematische behandeling van de stof, mede omdat veel gedeelten van het boek pas goed ontsloten blijken te kunnen worden, als zij in de juiste samenhang worden geplaatst. Deze wijze van behandeling maakt dat deze studie ook te lezen is als de beschrijving van een stuk heilsgeschiedenis. De eerste hoofdstukken bieden daarnaast allerlei praktische lessen en praktisch inzicht in toestanden die zich in ieders persoonlijk leven kunnen voordoen. Herhaaldelijk dringen zich ook vergelijkingen op met onze tijd, wanneer wij ons verdiepen in de oorzaken van de ondergang van het rijk Israël. Vanaf hoofdstuk 5 van Hosea gaat het vooral om inzicht in en begrip van Gods raadsplan der eeuwen.
Moge deze studie behulpzaam zijn bij het verstaan van de “verborgenheid der gerechtigheid”. Deze te onderzoeken wordt ons in het allerlaatste vers van het boek Hosea (14:10, SV) als een opdracht meegegeven:

  • Wie is wijs? die versta deze dingen; wie is verstandig? die bekenne ze; want des HEEREN wegen zijn recht, en de rechtvaardigen zullen daarin wandelen, maar de overtreders zullen daarin vallen.”

Als wij “wijs” willen zijn, zullen wij er moeite voor willen doen. Velen worden geïntrigeerd door een vergelijkbare opdracht die wij vinden in Openbaring 13:18, “Hier is de wijsheid: wie verstand heeft, laat hij het getal van het beest berekenen, want het is een getal van een mens, en zijn getal is 666.” Daar gaat het om de “verborgenheid der ongerechtigheid”, die uiteindelijk in het rijk van de Antichrist tot openbaring zal komen.
Maar… de verborgenheid der gerechtigheid doet ons uitzien naar de openbaring van dat Rijk, waarin het weer zal zijn: ISRA-EL, waarin verloste en gerechtvaardigde mensenkinderen zullen heersen als koningen met Christus.

EINDE van de intro

KLIK HIER als u deze GRATIS studie in A4 formaat wilt uitprinten.

  • Om de studie voornamelijk te lezen (via tablet of mobiel), zie onze tip onderaan.

H. Siliakus
Digitaal uitgewerkt door A. Klein

***********************************************************************************

[1] Alle Bijbelteksten zijn door mij vermeld in de Herziene Statenvertaling / HSV, tenzij anders vermeld. (noot AK)
[2] Het volk van Israël bestaat uit de 12 stammen, vernoemd naar de 12 zonen van Jakob (die later van God de naam Israël kreeg). Maar later komt er een splitsing. Er wordt in de Bijbel dan onderscheid gemaakt tussen het ‘huis van Israël’ en het ‘huis van Juda’ (de zgn. Joden). Het ‘huis van Israël’ bestaat uit 10 stammen, die in de loop van de geschiedenis weggevoerd zijn uit het beloofde land Kanaän/Palestina. Zij zijn daarna de zgn. heidenwereld ingetrokken, waar zij tot op heden (in het ‘verborgen’, vaak zonder het zelf te weten) wonen. Het zijn vooral de zgn. ‘christelijke’ landen in Noordwest Europa en de landen, waar velen later naar toe zijn gemigreerd, zoals Amerika, Canada, en Australië. Het ‘huis van Juda’ bestaat uit 2 stammen, namelijk het volk van Juda en Benjamin die, in de dagen dat Jezus op aarde was, in het beloofde land Kanaän/Palestina leefde. Het ‘huis van Juda’, de zgn. Joden, is dan ook het deel van Israël waarover de verharding is gekomen (zie Rom.11:25).
Het huidige land Israël (waar heden voornamelijk de 2 stammen van het ‘huis van Juda’ – de Joden – wonen) doet thans haar rechten gelden op het land Palestina. Historische rechten, waarvan we ook lezen in de Bijbel. Als de tijd daar is dat het profetisch Woord vervuld wordt, dan kan het niet anders of geheel Israël (alle 12 stammen) zal uiteindelijk in bezit komen van geheel Kanaän/Palestina en van de stad Jeruzalem (zie Gen.15:18). Abrahams nakomelingen zouden volgens de Goddelijke belofte het land Kanaän bewonen. Dat land zou zich uitstrekken van de beek van Egypte (een kleine rivier ten oosten van de Nijl) tot aan de rivier de Eufraat. Voor ons zijn het tekenen dat we in de (Bijbelse) ‘laatste dagen’, vlak voor de wederkomst van Jezus, leven. Daarom is het juist in deze tijd belangrijk om na te gaan wat de Bijbel over deze dingen zegt.

***************************************

.

Voor degenen die deze studie voornamelijk willen lezen zijn deze 9 delen in smartphone-formaat misschien wel zo handig:

Deel 1: Hosea – De schrijver en het Boek
Deel 2: Israël vóór de tijd van Hosea
Deel 3: Israël in Hosea’s dagen
Deel 4: Israëls wegvoering
Deel 5: Omzwervingen en nieuwe woonplaats van Israël
Deel 6: De bekering van Israël
Deel 7: De toekomst van Juda
Deel 8: De benauwdheid van Jakob
Deel 9: Ná Jakobs benauwdheid

.

Over De Eindtijdbode

Een 'roepende in de woestijn' die 'de bazuin blaast' om velen (via GRATIS Bijbelstudies) te tonen "de dingen die - volgens Gods plan - spoedig geschieden zullen". Volgens Openbaring 1 vers 1, 10 en 19.
Dit bericht werd geplaatst in Bijbelstudie, Boek/studiebespreking, Eindtijdstudie, Israël/huis van Israël, Studie van H Siliakus, Tekenen vd eindtijd, Uitleg over het boek Hosea, Wederkomst van Christus en getagged met , , , , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s