van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst (deel 4: Omweg en toch DE WEG…)

Jesus, Lamb, Lion

Omweg en toch DE WEG…

Het hart van alle dingen

Misschien zijn er onder de lezers die zich verwonderd afvragen: waarom en waartoe zo’n “omweg” te maken en zo lang stil te staan bij alledaagse dingen en zaken? Anderen voegen daar misschien ook nog aan toe: “wanneer komt er nu meer schot in de zaak, want wij willen graag wat vlugger van stapel”. Geduld is zulk een schone zaak – een Christelijke deugd die (als zij wordt beoefend) rijkelijk beloond wordt. Vergeten wij niet dat in de Bijbel alles met elkaar in verband staat. Gods Woord is niet het één of andere “receptenboek” òf “bouwdoos”.
Voor wie biddend [1] leest, onderzoekt en mediteert, is het duidelijk dat in feite het einde reeds besloten ligt in het begin en het hart van het Bijbels getuigenis, en daarom is het zo nodig en ook nuttig om hier in de eerste plaats alle aandacht aan te schenken willen wij geen flaters begaan of vervallen in gepraat over allerlei “koetjes en kalfjes”. Wij zijn immers al begonnen met de grote lijn aan te wijzen die door de gehele Bijbel loopt. Het centrale thema is: DOOD en OPSTANDING van Jezus Christus.
Zijn leven was wonderbaarlijk, Zijn leer machtig en stimulerend. Maar wanneer Hij niet voor ons gestorven zou zijn om op te staan uit het graf ten derden dage, zo zou er geen Christendom zijn, geen Gemeente en geen Blijde Boodschap aangaande ervaarbare Redding, Verlossing en Zaligmaking – alles besloten in de volkomen Verzoening, welke Hij betaald heeft met Zijn eigen bloed. [2] Halleluja! Daarom zijn Zijn dood en Zijn opstanding DE PIJLERS van ons Christelijk geloof.
Jezus geneest zieken, wekt doden op, wandelt over het meer, gebiedt wind en golven, staat Zelf op uit de doden… Hij doorbrak alle grenzen en doet dat heden ten dage nòg, op grond van Hebreeën 13 vers 8: “Jezus Christus is gisteren en heden dezelfde en in der eeuwigheid.” Hij onderwijst ons daardoor en daarin dat wij ons nooit mogen neerleggen bij de schijnbaar “onverbiddelijke” grenzen van ons armetierig mensen bestaan. Wanneer Jezus zieke mensen ontmoet, zegt Hij niet tot hen: blijf maar zo hoor, en verzoen je nu maar met je toestand! O neen, integendeel: Hij verandert door Zijn machtwoord,… door Zijn handeling, de hele toestand voor die kranke en zieke gekwelde mensen. De verderfelijke toestand wordt veranderd in een verloste schepping! Wondervolle Jezus!!
De wonderen van Jezus Christus waren weliswaar “bovennatuurlijk” (dat wil zeggen, dat Hij die bewerkstelligde door de bovennatuurlijke Kracht van de Heilige Geest), dòch nimmer onnatuurlijk. Jezus genas zelfs geesteszieken om hen te “bevrijden” van demonische machten en hen wederom tot verantwoordelijke mensen te maken. Maar nooit heeft Hij de mens “omgebouwd”, als wij het zó mogen zeggen. Hoe wij dit moeten verstaan kunnen wij leren uit de geschiedenis waarin Jezus de zieke zijn zonden vergeeft vóór Hij hem geneest. Wij lezen nu: “En in het schip gegaan zijnde, voer Hij over en kwam in Zijn stad. En: ziet, zij brachten tot Hem een geraakte (HSV: een verlamde), op een bed liggende. En Jezus, hun geloof ziende, zei tot de geraakte: Zoon! wees welgemoed; uw zonden zijn u vergeven. En ziet, sommigen van de Schriftgeleerden zeiden in zichzelf: Deze lastert God. En Jezus, ziende hun gedachten, zei: Waarom overdenkt gij kwaad in uw harten? Want wat is lichter (HSV: gemakkelijker) te zeggen: De zonden zijn u vergeven? òf te zeggen: Sta op en wandel?” (Mattheüs 9:1-5)
Aanvankelijk stonden de mensen verbaasd dat Hij de zieke niets anders had te zeggen dan: “uw zonden zijn u vergeven”. Toen Hij daarna om Zich heen zag en in die verbaasde gezichten keek, waaruit onverholen hun twijfel sprak, ja, hun beschuldiging en oordeel, maakte Hij de zieke gezond met de woorden: “Sta op, neem uw bed op, en ga heen naar uw huis” (Mattheüs 9:6b), nadat Hij de omstanders de desbetreffende vraag (van Mattheüs 9:5) gesteld had. Hieruit leren wij de grote les: de mens is pas gezond als hij genezen is naar ziel èn lichaam! Genezen worden door Jezus is géén vraagstuk van “kunstmatige organen” en/of de “beste medicijnen”, gegeven zonder die mens tevens zijn ziel te genezen. Dat wat heden ten dage hier op aarde plaats heeft (met alle respect voor de medische wetenschap) betekent slechts een “verschuiving van het probleem”. Daarom zijn wij niet verkeerd, als wij zeggen dat hierdoor genezing gedegradeerd wordt tot “medisch reparatiewerk”!
Wanneer wij nu eens om ons heen zien en letten op wat tegenwoordig gedaan wordt met geesteszieken,… de toepassingen van de moderne therapie door middel van injecties, pillen en/of langs elektronische weg, chemische preparaten en dergelijke. Waarop komt dit neer, en wat betekent de thans legaal geregelde abortus provocatus feitelijk? Ingrijpen zoals dat tegenwoordig plaats heeft is gewoon ingrijpen in het ziele-leven,… het is een “moordaanslag” op de ziel! Christus heeft Zijn jongeren, met het oog op de toekomst, op het hart gebonden: “Vreest u niet voor degenen, die het lichaam doden, en de ziel niet kunnen doden; maar vreest veel meer Hem, Die beide ziel èn lichaam kan verderven in de hel” (Mattheüs 10:28). Het “ondefinieerbare” dat in ieder mens leeft, mag men niet naar willekeur behandelen. Wanneer dat toch wordt gedaan worden vrijheid en verantwoordelijkheid teniet gedaan. Nooit mag de vrijheid van beslissen een “opgelegde keus” worden!
Niemand heeft het recht zó in te grijpen in het menselijk leven dat “ombouw” van lichaam, ziel èn geest het gevolg is. Alléén Christus! Gods Woord verklaart ons dit: “…Indien wij geloven, dat Jezus gestorven is en opgestaan, alzó zal ook God degenen, die ontslapen zijn in Jezus, wederbrengen met Hem… en die in Christus gestorven zijn, zullen eerst opstaan; daarnà wij, die levend overgebleven zijn, zullen tezamen met hen opgenomen worden in de wolken, de Here tegemoet in de lucht; en alzó zullen wij altijd met de Here wezen” (zie 1 Thessalonicenzen 4:13-17), “…In een punt des tijds, in een ogenblik,… en de doden zullen onverderfelijk opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden” (zie 1 Korinthe 15:51-57 [3]). Bestuderen wij het hele hoofdstuk en vergelijken wij dan het één en ander met wat geschreven staat in Romeinen 12 vers 1-2: “Ik bid u dan, broeders, door de ontfermingen Gods, dat gij uw lichamen stelt tot een levende, heilige en Gode welbehagelijke offerande, welke is uw redelijke godsdienst. En wordt aan deze wereld niet gelijkvormig; maar wordt (innerlijk) veranderd door de vernieuwing van uw gemoed (HSV: uw gezindheid), opdat gij moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij.”
Het is zonder meer duidelijk dat de menselijke ziel zich bevindt in, wat theologen noemen, “het spanningsveld van licht en duisternis”. En inderdaad is het zó: daar is ordening òf chaos. De mens heeft de opdracht, in een voortdurende strijd, de weg tot God te vinden te midden van de hem omringende wereld en het leven van elke dag, wil hij niet wegzinken in geestelijke onverschilligheid en bijgevolg in een doelloos bestaan;… dòch “niet in eigen kracht, nòch door geweld (in welke vorm ook), maar door Gods Geest” (zie Zacharia 4:6). Geleid door de Heilige en GOEDE Geest. Hem zij al de eer in volkomen gehoorzaamheid. Amen.
Maar dàn behoeft het ook geen nader betoog dat Christus in ons DE OVERWINNING IS. [4] Zijn Tegenwoordigheid in ons hart èn leven, waaraan de wedergeboorte vóórafgaat, betekent voortschrijdende verlossing, reiniging en heiliging. [5] Hij wil ons vormen naar Zijn Beeld! En ons geloof in een persoonlijke God, tot Wie wij bidden en Die wij liefhebben, Die Zijn Woord ons heeft gegeven,… Zijn eniggeboren Zoon in de vleeswording van het Woord, is (méér dan alle wijsgerige begrippen, denksystemen, formuleringen en welke abstracte beschouwing ook) de enige Bron waaruit wij altijd en overal kunnen (blijven) putten: “Die ook Zijn eigen Zoon niet gespaard heeft, maar heeft Hem voor ons allen overgegeven, hoe zal Hij ons ook met Hem niet alle dingen schenken?” (Romeinen 8:32)
Deze “alle dingen” wortelen in dit leven, deze “dood en opstanding van Jezus Christus”, en betekenen voor Gods kinderen alles wat zij nog behoeven om “zichzelf te reinigen van alle besmetting van vlees en geest, voleindigende de heiligmaking in de vreze Gods” (zie 2 Korinthe 7:1b). En het mag dan in de oren van velen als een ongehoorde boodschap klinken, tòch is dit de basis van de Bijbelse verkondiging aangaande Pasen (= Christus opstanding) en Pinksteren (= de UITSTORTING van Gods Geest, de Heilige Geest). Halleluja! Het betekende in wezen het einde van een oude en het aanbreken hier op aarde van een nieuwe wereld. Hoe oppervlakkig kunnen wij spreken over het einde van de wereld, als wij het kruis niet in herinnering roepen, waar toch het einde in al zijn verschrikking heeft plaats gehad.
Hebben wij weleens acht geslagen op het feit dat Mattheüs Jezus’ kruisdood omringt met velerlei verschijnselen: “En ziet, het voorhangsel van de tempel scheurde in tweeën, van boven tot beneden; en de aarde beefde, en de steenrotsen scheurden. En de graven werden geopend, en vele lichamen van heiligen, die ontslapen waren, werden opgewekt; en uit de graven uitgegaan zijnde, nà Zijn opstanding, kwamen zij in de heilige stad, en zijn velen verschenen.” (Mattheüs 27:51-53)
Het klinkt tot ons door als een profetie van de laatste gebeurtenissen in de tijd, die deze verbindt aan dat almachtige “Het is volbracht!” van Golgotha (zie Johannes 19:30). En als wij, Christenen, diep nadenken over dit alles, dan ontkomen wij niet aan deze conclusie: wat er nog aan rampen en aan mis- en gruweldaden kan gebeuren, ja, al zouden ook hele volkeren vernietigd worden, en ging het heelal ten onder, niets kan ooit de hoogte en de diepte en de zwaarte van het Golgotha-drama, van het kruis, overtreffen! In deze zin is Christus’ dood reeds de dood van de gehele mensheid. Wij zouden wel willen dat een ieder dit gaat verstaan. Golgotha toont de diepte van ons eeuwig verderf, en verkondigt onweerlegbaar de veroordeling die wij verdiend hebben, ware Jezus niet voor ons gestorven.
Tegelijkertijd mogen wij òòk leren dat Christus “het Lam Gods is, Dat de zonden der wereld wegdraagt” (zie Johannes 1:29b). De Gekruisigde is niet alleen de eerste, maar ook de laatste van ons allen geworden… de verworpene Die schreeuwt in de nacht,… de hopeloze van Wie God en mensen hun ogen hebben afgewend. Heeft de oude profeet (Jesaja) niet gesproken: “…Hij had géén gedaante nòch heerlijkheid; als wij Hem aanzagen, zo was er géén gestalte, dat wij Hem zouden begeerd hebben. Hij was veracht, en de onwaardigste onder de mensen, een Man van smarten en verzocht in krankheid; en een iegelijk was als verbergende het aangezicht voor Hem; Hij was veracht, en wij hebben Hem niet geacht… Het behaagde de Here Hem te verbrijzelen…” (zie Jesaja 53:2b-10). Waarlijk, in die vervloekte diepte begon de nieuwe wereld van verzoening, van vergeving, en genade begon te lichten!! Amen.
Onze harten, hoe gelovig ook, zullen nooit deze afgrond kunnen peilen. In het stralende licht van Paasmorgen zien wij de overwinning: “Hij is opgestaan, Hij is waarlijk opgestaan”, beleed en belijdt nòg de Gemeente van Jezus Christus. Getuigen hebben De Levende gezien en getast. In Zijn opstanding is de nieuwe wereld van het Koninkrijk Gods [6] reeds aanwezig. Een leeg graf en een overwonnen dood!! Vanaf Pasen (= Christus opstanding) is een nieuwe geschiedenis begonnen. Zonder Pasen géén Pinksteren!! En Bijbels Pinksteren werd “de top” in de levenservaring van Christus’ discipelen. Een ervaring, een belevenis, weggelegd ook voor “de laatste dagen” overeenkomstig de profetie van Joël. [7]
Naar menselijk inzicht veranderde er niets, en de mens van tegenwoordig verschilt in zijn denken niet zo veel van hen die toentertijd leefden. Ja, men vraagt zich heden ten dage zelfs af, of de wereld niet nog van kwaad tot erger wordt, gelet op al hetgeen ons elke dag wordt voorgeschoteld op bijna alle gebieden van het leven. Maar tòch veranderde alles en zo verandert vandaag de dag nòg alles, sinds het kruis en de opstanding en de opperkamer-ervaring. [8] De Brief aan de Efeziërs spreekt van: “God heeft ons mede levend gemaakt met Christus;… en heeft ons mede opgewekt, en heeft ons mede gezet in de hemel in Christus Jezus.” (zie Efeze 2:5-6)
Onze oude wereld lijkt vitaal, maar in werkelijkheid is deze echter in een doodsstrijd gewikkeld. Jezus Christus Die “de laatste Adam” is geworden, is ook de “Eersteling van hen die ontslapen zijn”: “Alzó is er ook geschreven: De eerste mens Adam is geworden tot een levende ziel; de laatste Adam tot een levendmakende Geest (1 Korinthe 15:45); en Christus is opgewekt uit de doden, en is de Eersteling geworden van degenen, die ontslapen zijn (1 Korinthe 15:20); en “En Hij is het Hoofd van het lichaam, namelijk van de Gemeente; Hij, Die het Begin is, de Eerstgeborene uit de doden, opdat Hij in allen de Eerste zou zijn” (Kolossenzen 1:18); en voorts nog: “Jezus Christus, Die de getrouwe Getuige is, de Eerstgeborene uit de doden,…” (Openbaring 1:5a [9]). Glorie voor Hem!!
Waarvoor is Jezus Christus “opgevaren ten hemel”? Om de straks “zichtbare opstanding” van de kinderen Gods voor te bereiden. Daarom en daarvoor voer Hij op naar de hemel (zie Lukas 24:51). Welke verwoestingen of wereldrampen er ook mogen gebeuren, niets zal God kunnen verhinderen Zijn verheven doel te bereiken: “Alle paden des Heren zijn goedertierenheid en waarheid,…” (Psalm 25:10a). Sinds het sterven, de opstanding en hemelvaart van Jezus Christus is het voor geloofsogen duidelijk dat het einde der tijden zal staan in het Licht van de Levende!
Geprezen zij Zijn wonderbare Naam! God heeft immers voor ons Zijn hart geopend, en Hij heeft ons het mysterie van Zijn barmhartigheid – die het oordeel overwint – geopenbaard: “Want een onbarmhartig oordeel zal gaan over degene, die geen barmhartigheid gedaan heeft; en de barmhartigheid roemt tegen het oordeel.” (Jakobus 2:13)
Christenen wéten nu dat zij geheel verzwolgen zijn in Christus’ dood en meegevoerd in de heerlijkheid van Zijn opstanding. Nù reeds in geestelijk opzicht, doch straks in letterlijke zin: “Want indien wij met Hem één plant geworden zijn in de gelijkmaking van Zijn dood, zo zullen wij het òòk zijn in de gelijkmaking van Zijn opstanding… Houdt het daarvoor, dat gij wel der zonde dood zijt, maar Gode levende zijt in Christus Jezus, onze Here” (Romeinen 6:5-11, vergelijk dit met 1 Korinthe 15:20-23 [10]). Zelfs met betrekking tot deze wereld is daar de belofte: “Want God heeft Zijn Zoon niet gezonden in de wereld, opdat Hij de wereld veroordelen zou, maar opdat de wereld door Hem zou behouden worden.” (Johannes 3:17)
Het is (naar onze bescheiden mening) betreurenswaardig dat vele boeken, brochures en ander soort verhandelingen, die spreken over “begin en einde van de wereld”, blijven stilstaan bij het oordeel en niet of hoogst zelden bij het licht dat toch vanaf het kruis over de gehele schepping valt. Wie veel leest, onderzoekt en alles vergelijkt met de Bijbel, komt dan tot de conclusie dat dergelijke geschriften dikwijls zeer “enggeestig” zijn in de verkondiging; soms zelfs typisch “farizees”. Meestentijds gaan zij voorbij aan de zo hoopvolle perspectieven voor de gehele schepping, geroepen… “om vrijgemaakt te worden van de dienstbaarheid aan het verderf, tot de vrijheid der heerlijkheid van de kinderen Gods” (zie Romeinen 8:21b). Glorie voor God!!
Na de uiteenzetting van al het vorengaande, willen wij nu nagaan wat verder het Bijbels getuigenis ons nog laat zien.

CJH Theys

NOOT
Alle in deze uitgave genoteerde Schriftuur is uit de Statenvertaling.

Overname uit deze brochure is toegestaan, mits met bronvermelding!

EINDE deel 4

Wordt vervolgd

***********************************************************************************

[1] Zie eventueel onze GRATIS studie Leer bidden (over de noodzaak van gebed naar Gods wil) van CJH Theys. (noot AK)
[2] Zie eventueel onze GRATIS studie De overwinningen van het gestorte Bloed van het Lam van God, over satans zondemacht van E. van den Worm. (noot AK)
[3] 1 Korinthe 15:51-57, “Ziet, ik zeg u een verborgenheid: wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden; in een punt des tijds, in een ogenblik, met de laatste bazuin; want de bazuin zal slaan, en de doden zullen onverderfelijk opgewekt worden, en wij zullen veranderd worden. Want dit verderfelijke moet onverderfelijkheid aandoen, en dit sterfelijke moet onsterfelijkheid aandoen. En wanneer dit verderfelijke zal onverderfelijkheid aangedaan hebben, en dit sterfelijke zal onsterfelijkheid aangedaan hebben, alsdan zal het woord geschieden, dat geschreven is: De dood is verslonden tot overwinning. Dood, waar is uw prikkel? Hel, waar is uw overwinning? De prikkel nu van de dood is de zonde; en de kracht van de zonde is de wet. Maar Gode zij dank, Die ons de overwinning geeft door onze Heere Jezus Christus.”
[4] Zie eventueel onze GRATIS studie De overwinnaars; over (de macht van) zonde en satan in de eindtijd van E. van den Worm. (noot AK)
[5] Zie eventueel onze GRATIS studie Heiligmaking van E. van den Worm. (noot AK)
[6] Zie eventueel onze GRATIS studie Wat de Schrift leert over het 1000-jarige Rijk van de Here Jezus Christus van E. van den Worm. (noot AK)
[7] Zie eventueel onze GRATIS studie Crises van de eindtijd (Goddelijke gerichten vanaf de tijd van de grote afval, volgens de beschrijving van het boek -en de profeet- Joël) van H. Siliakus. (noot AK)
[8] Zie eventueel onze GRATIS studie De Opperzaalgemeente (in smartphone-formaat) van H. Siliakus. (noot AK)
[9] Zie eventueel onze GRATIS studie, met ‘vers voor vers’ UITLEG: Openbaring, hoofdstuk 1 van CJH Theys en/of Openbaring, hoofdstuk 1 van E. van den Worm. (noot AK)
[10] Romeinen 6:5-11, Want indien wij met Hem één plant geworden zijn in de gelijkmaking van Zijn dood, zo zullen wij het ook zijn in de gelijkmaking van Zijn opstanding; dit wetende, dat onze oude mens met Hem gekruisigd is, opdat het lichaam der zonde te niet gedaan worde, opdat wij niet meer de zonde dienen. Want die gestorven is, die is gerechtvaardigd van de zonde. Indien wij nu met Christus gestorven zijn, zo geloven wij, dat wij ook met Hem zullen leven; wetende, dat Christus, opgewekt zijnde uit de doden, niet meer sterft; de dood heerst niet meer over Hem. Want dat Hij gestorven is, dat is Hij der zonde eenmaal gestorven; en dat Hij leeft, dat leeft Hij Gode. Alzo ook gijlieden, houdt het daarvoor dat gij wel der zonde dood zijt, maar Gode levende zijt in Christus Jezus, onze Heere.”
1 Korinthe 15:20-23, “Maar nu, Christus IS opgewekt uit de doden, en is de Eersteling geworden van degenen, die ontslapen zijn. Want dewijl de dood door een mens is, zo is ook de opstanding der doden door een Mens. Want gelijk zij allen in Adam sterven, alzo zullen zij ook in Christus allen levend gemaakt worden. Maar een iegelijk in zijn orde: de eersteling Christus, daarna die van Christus zijn, in Zijn toekomst.”

**************************************************************

van Begin tot Einde… van Schepping tot Wederkomst

.

Deel 1: Verborgen hoop – Opmerkelijke vrees
Deel 2: Het uitgangspunt
Deel 3: ’s Mensen ontrouw – Gods trouw

.

Over De Eindtijdbode

Een 'roepende in de woestijn' die 'de bazuin blaast' om velen (via GRATIS Bijbelstudies) te tonen "de dingen die - volgens Gods plan - spoedig geschieden zullen". Volgens Openbaring 1 vers 1, 10 en 19.
Dit bericht werd geplaatst in Bijbelstudie, Boek/studiebespreking, Nuttige studie als 'basiskennis', Studie van CJH Theys en getagged met , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie