KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 1 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 2 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 3 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 4 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 5 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 6 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 7 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 8 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 9 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 10 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 11 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 12 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 13 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 14 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 15 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 16 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 17 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 18 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 19 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 20 (PDF) KLIK HIER voor Openbaring, hoofdstuk 21 (PDF).
.
Aantekeningen bij
HET BOEK OPENBARING
Het geopenbaarde Evangelie van Jezus Christus
voor de laatste dagen

Deel 2:
Gods arbeid
- tot te-niet-doening van de antichristelijke heerschappij;
- tot realisering van Zijn 1000-jarige Rijk en van Zijn EEUWIGE Heerschappij. [1]
_____________________________________________________________
NOOT van de schrijver:
Het BOEK OPENBARING zou, wat de gang der profetie betreft, verwarrend lijken, als wij niet tot het inzicht kwamen, dat deze profetische gang hier en daar onderbroken werd door een GEDETAILLEERDE PROFETISCHE ILLUSTRATIE.
In de fotografie zou men dit kunnen vergelijken met verhelderende “CLOSE-UPS”, hier en daar, te midden van een serie panoramische foto’s.
Deze “PROFETISCHE ILLUSTRATIES” grijpen, wat de profetische gang betreft, soms even terug of geven soms een blik op toekomende, profetische ontwikkelingen. [2]
______________________________________________________________
Hoofdstuk 21
De NIEUWE hemel en de NIEUWE aarde
Het visioen van de komende EEUWIGHEID
Openbaring 21 vers 1-8, “En ik (= Johannes) zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, want de eerste (= huidige) hemel en de eerste aarde waren voorbijgegaan. En de zee was er niet meer. En ik, Johannes, zag de HEILIGE stad, het NIEUWE Jeruzalem [3], neerdalen van God uit de hemel, gereedgemaakt als een bruid die voor haar man sierlijk gemaakt (SV: versierd) is. En ik hoorde een luide Stem uit de hemel zeggen: Zie, de tent (SV: de tabernakel [4], als woning of woonplaats) van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij hen zijn en hun God zijn. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn. Want de eerste dingen zijn voorbijgegaan. En Hij Die op de troon zit, zei: Zie, Ik maak alle dingen nieuw. En Hij zei tegen mij (= Johannes): Schrijf, want deze woorden zijn waarachtig en betrouwbaar (SV: getrouw). En Hij zei tegen mij: Het is geschied. Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde. Wie dorst heeft, zal Ik voor niets te drinken geven uit de Bron van het Water des Levens. Wie overwint, zal ALLES beërven, en Ik zal voor hem een God zijn en hij zal voor Mij een zoon [5] zijn. Maar wat betreft de lafhartigen, ongelovigen, verfoeilijken, moordenaars, ontuchtplegers, tovenaars, afgodendienaars en alle leugenaars: hun deel is in de poel die van vuur en zwavel brandt. Dit is de tweede dood.” [6]
“Een NIEUWE hemel en een NIEUWE aarde”, want de vorige zijn voorbijgegaan / weggegaan:
- “Maar de dag van de Heere zal komen als een dief in de nacht. Dan zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan en de elementen brandend vergaan, en de (= huidige) aarde en de werken daarop zullen verbranden. Als deze dingen dus allemaal vergaan, hoedanig behoort u dan te zijn in heilige levenswandel en in godsvrucht; u, die de komst van de dag van God verwacht en daarnaar verlangt, de dag waarop de hemelen, door vuur aangestoken, zullen vergaan en de elementen brandend zullen wegsmelten. Maar wij verwachten, overeenkomstig Zijn belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont.” (2 Petrus 3:10-13)
Gedurende het 1000-jarige Rijk [7] (van de Here Jezus Christus) zal AL Gods volk – dat de zaligheid geërfd heeft, en dat van ALLE eeuwen – op de herstelde aarde zijn om er samen met Christus, als de KONING der koningen, 1000 lange jaren een RECHTVAARDIG VREDERIJK op te richten, als een VOLMAAKTE TRIOMF op satan en zonde.
Maar NA die 1000 jaar vinden wij dit rechtvaardige en zalige volk als HEERSERS, als BEZITTERS en KONINGEN van de NIEUWE aarde (zie Psalm 37:11, Jesaja 60:21 + 57:13b, Mattheüs 5:5, 1 Petrus 2:9, Openbaring 1:6 + 5:10 en 22:5 [8]); als bewoners van het KONINKRIJK der HEMELEN, levend in een diepe gemeenschap met God ALMACHTIG als hun Vader; en zij (= AL Gods volk dat de zaligheid geërfd heeft) als Zijn “ZONEN en DOCHTERS”: “Ik zal u tot een Vader zijn, en u zult Mij tot zonen en dochters zijn, zegt de Heere, de Almachtige.” (2 Korinthe 6:18)
Op deze volmaakte, alles-omvattende OPSTANDING wacht de GEHELE SCHEPPING als met uitgestoken hoofde (!):
- “Want ik ben ervan overtuigd dat het lijden van de tegenwoordige tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid die aan ons geopenbaard zal worden. Met reikhalzend verlangen immers verwacht de schepping (SV: het schepsel) het openbaar worden van de kinderen van God. Want de schepping (het schepsel) is aan de zinloosheid (SV: aan de ijdelheid) onderworpen, niet vrijwillig, maar door hem die haar daaraan onderworpen heeft, in de hoop dat ook de schepping (het schepsel) zelf zal bevrijd worden van de slavernij van het verderf om te komen tot de vrijheid van de heerlijkheid van de kinderen van God. Want wij weten dat heel de schepping (het ganse schepsel) gezamenlijk zucht en gezamenlijk in barensnood verkeert tot nu toe.” (Romeinen 8:18-22)
Dan is de (volkeren)zee er niet meer, de natuurlijke mensheid, de nazaten van Adam, zoals wij die nù kennen. De ZALIGEN zijn dan ingegaan in een TIJDLOZE, EEUWIGE ZALIGHEID, met hun VERHEERLIJKTE LICHAMEN:
- “Het (lichaam) wordt gezaaid in oneer, het wordt opgewekt in heerlijkheid. Het wordt gezaaid in zwakheid, het wordt opgewekt in kracht. Een natuurlijk lichaam wordt gezaaid, een geestelijk lichaam wordt opgewekt. Er is een natuurlijk lichaam en er is een geestelijk lichaam. Zo staat er ook geschreven: De eerste mens Adam is geworden tot een levend wezen, de laatste Adam tot een levendmakende Geest. Het geestelijke is echter niet eerst, maar het natuurlijke en daarna komt het geestelijke. De eerste mens is uit de aarde, stoffelijk; de tweede Mens is de Heere uit de hemel. Zoals de stoffelijke is, zo zijn ook de stoffelijke mensen, en zoals de Hemelse is, zo zijn ook de hemelse mensen. En zoals wij het beeld van de stoffelijke gedragen hebben, zo zullen wij ook het beeld van de Hemelse dragen.” (1 Korinthe 15:43-49)
- “maar zij die het waard geacht zijn die toekomstige wereld te verkrijgen, en de opstanding uit de doden, zullen niet trouwen en ook niet ten huwelijk gegeven worden. Want zij kunnen niet meer sterven, omdat zij gelijk zijn aan engelen. En zij zijn kinderen van God, omdat zij kinderen van de opstanding zijn.” (Lukas 20:35-36)
- “Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is.” (1 Johannes 3:2)
Maar… de VERDOEMDEN zijn dan ingegaan in hun TIJDLOZE, EEUWIGE VERDOEMENIS, in hun opstandigs-lichamen NAAR (het beeld van) SATAN!
God zal op de NIEUWE aarde iets nieuws scheppen:
- “Want zie, Ik schep een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Aan de vorige dingen zal niet meer gedacht worden, ze zullen niet meer opkomen in het hart. Maar wees vrolijk en verheug u tot in eeuwigheid in wat Ik schep, want zie, Ik schep (het NIEUWE, HEILIGE en HEMELSE – zie vers 2+9b-10 en Hebreeën 12:22 [9]) Jeruzalem een vreugde en zijn volk blijdschap. En Ik zal Mij verheugen over (dit NIEUWE) Jeruzalem en vrolijk zijn over Mijn volk. Geen stem van geween zal erin meer gehoord worden, of een stem van geschreeuw. Daar zal niet meer zijn een zuigeling die maar enkele dagen leeft of een oude man die zijn dagen niet zal volmaken, want een jonge man (SV: jongeling) zal sterven als een honderdjarige, maar een zondaar, al is hij 100 jaar, zal vervloekt worden. Zij zullen huizen bouwen en erin wonen, zij zullen wijngaarden planten en van hun vrucht eten. In wat zij bouwen, zal geen ander wonen, van wat zij planten, zal geen ander eten. Want de dagen van Mijn volk zullen zijn als de dagen van een boom, en Mijn uitverkorenen zullen lang genieten van het werk van hun handen. Zij zullen zich niet voor niets vermoeien of kinderen baren voor iets verschrikkelijks, want zij zijn het nageslacht (SV: het zaad) van de gezegenden door de HEERE, en hun nakomelingen met hen. En het zal geschieden dat voordat zij roepen, Ík zal antwoorden, terwijl zij nog spreken, Ík zal horen. Een wolf en een lammetje zullen gezamenlijk weiden, een leeuw zal stro eten als een rund, een slang – zijn voedsel zal stof zijn. Zij zullen geen kwaad doen en geen verderf aanrichten op heel Mijn heilige berg, zegt de HEERE.” (Jesaja 65:17-25)
Is het een nieuw soort mensheid; een mensheid die tot haar 100ste jaar oud wordt met een INDIVIDUEEL oordeel over haar leven (?):
- “Daar zal niet meer zijn een zuigeling die maar enkele dagen leeft of een oude man die zijn dagen niet zal volmaken, want een jonge man (SV: jongeling) zal sterven als een honderdjarige, maar een zondaar, al is hij 100 jaar, zal vervloekt worden.” (Jesaja 65:20)
Immers, de verleider (satan) is dan niet meer onder hen.
Dan mogen Gods kinderen, die uit deze (= onze huidige) mensheid gewonnen zijn, HEERSERS en KONINGEN over hen zijn, aangezien zij dan reeds (volledig) vervuld zijn van “de ZIN van Christus”: “Want wie heeft de gedachten (SV: de zin) van de Heere gekend, dat hij Hem zal onderrichten? Maar wij hebben de gedachten (de zin) van Christus.” (1 Korinthe 2:16)
Zij zullen zich dan, samen met God, over Zijn NIEUWE schepping mogen verblijden (zie vers 18, van Openbaring 21).
Gods volk, dat thans wordt gewonnen, bewoont dan het KONINKRIJK der HEMELEN; het is Gods HEILIGE Berg, de Berg Sion, het Nieuwe Jeruzalem:
- “Maar u bent genaderd tot de berg Sion en tot de stad van de levende God, tot het HEMELSE Jeruzalem en tot tienduizendtallen van engelen, tot een feestelijke vergadering en de gemeente van de eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid zijn gekomen, en tot de Middelaar van het nieuwe verbond, Jezus, en tot het bloed van de besprenkeling, dat van betere dingen spreekt dan dat van Abel.” (Hebreeën 12:22-24)
En deze HEILIGE “Berg Gods” (beeld van Gods volk dat behouden is), die pas in het 1000-jarige Rijk de gehele (huidige) aarde vervullen zal (zie Daniël 2:35 [10]) en daarna de NIEUWE hemel mag vervullen, terwijl VUUR op de OUDE aarde zal vallen om die te doen voorbijgaan (zie Openbaring 20:9 en 2 Petrus 3:10-13 [11]), zal, zoals al eerder is opgemerkt, in de toekomende TIJDLOZE EEUWIGHEID over die NIEUWE aarde als KONINGEN en PRIESTERS van God heersen in de Liefde Gods! Zij zullen dan een wonderbaarlijke schakel vormen tussen Gods troon en de NIEUWE aarde, als “nederdalende uit de hemel van God” (zie vers 2 en 10, van Openbaring 21).
God is dan voor eeuwig IN en ONDER de verheerlijkte mensen en Hij werkt dan en voortaan, bij Zijn heerschappij over Zijn VERNIEUWDE schepping, door Zijn OPSTANDINGSMENSEN – Zijn ZONEN en DOCHTERS – heen (zie Efeze 3:10-11 [12]), waarbij Zijn heilige ENGELENSCHAAR Hem en de Zijnen EEUWIG van dienst blijft!
.
Het NIEUWE Jeruzalem
Openbaring 21 vers 9-11, “En één van de 7 engelen die de 7 schalen (SV: fiolen) hadden, vol van de 7 laatste plagen, kwam naar mij toe en hij sprak met mij en zei: Kom, ik zal u de Bruid, de Vrouw van het Lam, laten zien (SV: tonen). En hij voerde mij weg in de geest op een grote en hoge berg en liet mij de grote stad zien, het HEILIGE Jeruzalem, dat neerdaalde uit de hemel, bij God vandaan. Zij had de heerlijkheid van God, en haar uitstraling (SV: licht) was als een zeer kostbare edelsteen, als een kristalheldere steen jaspis.”
Dan richt het Woord van God zijn scope (= telescoop, gezichtsveld, blik) op de schitterende TOP van Gods Heilige Berg, van dat NIEUWE Jeruzalem, op de “EERSTELINGEN”, op “de Gemeente der EERSTGEBORENEN”:
“Zij zijn het die niet met vrouwen bevlekt zijn, want zij zijn MAAGDEN. Dezen zijn het die het Lam volgen waar Het ook naartoe gaat. Dezen zijn gekocht uit de mensen, als eerstelingen voor God en het Lam.” (Openbaring 14:4)
“tot een feestelijke vergadering en de gemeente van de eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid zijn gekomen,” (Hebreeën 12:23)
Deze TOP is de BRUID van het Lam in MEEST ENGERE ZIN [13] (zie Psalm 45:10-16 [14]); de 144.000 (uit de Bruidsgemeente) gewonnen “mannelijke zonen” in deze laatste dagen behoren hiertoe (zie Psalm 45:17 en Openbaring 14:1-5 [15]), terwijl de gehele heilige Berg Gods de Bruid van Christus in ALGEMENE ZIN is.
In TABERNAKEL-LICHT (en -inzicht) wordt ze het ALLERHEILIGDOMSDEEL genoemd. [16] Dàt deel, dat Gods heerlijkheid, Gods Schekina [17] in VOLMAAKTHEID ervaart èn openbaart (zie vers 11, van Openbaring 21).
Deze HEERLIJKHEID heeft enerzijds de JASPIS-kleur (= rood), de kleur van de LIEFDE Gods, anderzijds is ze BLINKEND ALS KRISTAL, wat spreekt van VOLMAAKTE ZUIVERHEID!
Openbaring 21 vers 12-14, “Zij (= het NIEUWE, HEILIGE en HEMELSE Jeruzalem [18] – zie vers 2+9b-10 en Hebreeën 12:22) had een grote en hoge muur met 12 poorten, en bij die poorten 12 engelen. Ook waren er namen op geschreven, namelijk van de 12 stammen van de Israëlieten. Drie poorten op het oosten, 3 poorten op het noorden, 3 poorten op het zuiden, en 3 poorten op het westen. En de muur van de stad had 12 fundamenten met daarop de 12 namen van de 12 apostelen van het Lam.”
Openbaring 21 vers 19-20, “En de fundamenten van de muur van de stad waren met allerlei edelgesteente versierd. Het 1ste fundament was jaspis, het 2de saffier, het 3de chalcedon, het 4de smaragd, het 5de onyx, het 6de sardius, het 7de chrysoliet, het 8ste beril, het 9de topaas, het 10de chrysopraas, het 11de hyacint, het 12de amethist.”
De stad is gebouwd op een “hoge muur” (van heiligheid – zie Hooglied 8:8-10 [19]) met 12 poorten, ingangen voor de 12 geslachten / stammen ISRAËLS, die deze HOOGSTE HEILIGHEID beërven zullen:
“En ik hoorde het aantal van hen die verzegeld waren: 000 waren er verzegeld uit alle stammen van de Israëlieten. Uit de stam Juda waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Ruben waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Gad waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Aser waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Naftali waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Manasse waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Simeon waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Levi waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Issaschar waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Zebulon waren er 12.000 verzegeld, uit de stam Jozef waren er 12.000 verzegeld, en uit de stam Benjamin waren er 12.000 verzegeld.” (Openbaring 7:4-8)
“Op die dag zal de SPRUIT (= de uitgesproten afstammeling[en]) van de HEERE (die, geestelijk gezien, uit Hem voortkomt) tot een heerlijk sieraad zijn, en de vrucht van de aarde tot glorie en luister voor hen in Israël die ontkomen zijn.” (Jesaja 4:2)
De “muur” (van het NIEUWE, HEILIGE en HEMELSE Jeruzalem) heeft “12 fundamenten” (zie vers 14, van Openbaring 21), waarin de namen staan van de 12 (fundaments-)apostelen, want door toedoen van deze laatsten zullen zij (de 144.000 – 12.000 uit elk van de 12 stammen Israëls) in deze zaligheid kunnen komen: “gebouwd op het (Goddelijk geïnspireerde) fundament van de apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is.” (Efeze 2:20)
Iedere fundatie heeft zijn eigen KLEUR, zijn eigen EDELSTEEN, als sier / versiering (zie vers 19-20, van Openbaring 21). Iedere apostel is geestelijk anders “gekleurd” als de andere(n).
Openbaring 21 vers 15-17, “En hij die met mij sprak, had een gouden meetlat om de stad (= het NIEUWE, HEILIGE en HEMELSE Jeruzalem) op te meten, en haar poorten, en haar muur. En de stad lag daar als een vierkant, haar lengte was even groot als haar breedte. En hij mat de stad met de meetlat op: 12.000 stadiën [20]. Haar lengte, breedte en hoogte waren gelijk. En hij mat haar muur op: 144 el [21], een mensenmaat, die ook de maat van een engel is.”
Deze Stad is VIERKANT en haar hoogte is gelijk aan haar lengte en breedte. De 2 enige bouwwerken die hieraan voldoen is de KUBUSVORMIGE en de PIRAMIDALE, waarbij wij ons meer neigen tot het laatste als tot het eerste, omdat een PIRAMIDAAL gebouw (= een gebouw in de vorm van een piramide) het ENIGE is met een UITERSTE HOEKSTEEN:
“Daarom staat er in de Schrift: Zie, Ik leg in Sion een hoeksteen die uitverkoren en kostbaar is; en: Wie in Hem gelooft, zal niet beschaamd worden.” (1 Petrus 2:6)
Deze Stad is “12.000 stadiën” lang, breed en hoog!
Een “stadie” is als Griekse lengtemaat 185 meter, maar als Romeinse maat 625 voet. Wij weten dat Johannes in een ROMEINSE wereld leefde, waarin de Romeinse gedachten – ook met betrekking tot maten en gewichten – leefden. Wij nemen dus aan dat hier 12.000×625 voet wordt bedoeld en dat is 7.500.000 voet x 0,3048 meter = 2286 kilometer. Nemen wij nochtans aan dat een “stadie” van 185 meter wordt bedoeld, dan hebben wij 12.000×185 meter = 2220 kilometer. [22] Wat een ontzaglijk groot PALEIS heeft onze Koning, de Koning van het Hemelrijk!
De hoogte van de muur, waarop deze stad gebouwd is, is “144 el”. MENSELIJK gerekend is dit zo’n 65 meter (uitgaande van 144×45 centimeter [23]). Het Woord van God waarschuwt ons echter dat deze maat ook “de maat van een engel” is. Wij hebben deze hoogte dus in GEESTELIJKE zin te zien. En dan denken wij aan de HEILIGHEIDSMAAT van de 144.000, de VOLMAAKTE HEERLIJKHEID en HEILIGHEID van God!
Openbaring 21 vers 18, “En het bouwmateriaal van de muur was jaspis en de stad was zuiver goud, gelijk aan zuiver glas.”
Openbaring 21 vers 21, “En de 12 poorten waren 12 parels. Elke poort apart bestond uit één parel, en de straat van de stad was zuiver goud, als doorzichtig glas.”
De “muur” was ook van “JASPIS”; ze is opgetrokken uit de liefdevolle HEILIGHEID van God; terwijl de Stad, het Nieuwe Jeruzalem, dat op haar gebouwd is, van het ZUIVERSTE GOUD is, blinkend als kristal!
Gods eigen Wezen en Heerlijkheid doorstraalt deze Stad:
Zij had de heerlijkheid van God, en haar uitstraling was als een zeer kostbare edelsteen, als een kristalheldere steen jaspis.” (Openbaring 21:11)
De 12 poorten, waarin 12 engelen zijn, zijn “12 parels”. Iedere poort is een OPEN DEUR om de heerlijkheid van God ten volle te openbaren (zie vers 25, van Openbaring 21).
Openbaring 21 vers 22-23, “Ik zag geen tempel in haar, want de Heere, de almachtige God, is haar Tempel, en het Lam (Gods). En de stad heeft de zon en de maan niet nodig om haar te beschijnen, want de heerlijkheid van God verlicht haar, en het Lam (Gods) is haar Lamp.”
God en het Lam vormen haar TEMPEL, haar LIEFDES-OMKAPSELING van glorie en licht.
Openbaring 21 vers 24-26, “En de naties (SV: volken) die zalig worden, zullen in haar licht wandelen, en de koningen van de aarde brengen hun heerlijkheid en eer erin. En haar poorten zullen overdag nooit gesloten worden, want daar zal geen nacht zijn. En zij zullen de heerlijkheid en de eer van de naties daarin brengen.”
De zaligen zullen daar dan hun almachtige God en Koning EER en HEERLIJKHEID brengen gedurende die zalige HEMELFEESTEN, wanneer de kinderen Gods zich verzamelen voor Zijn troon, om dan terug te keren, een ieder naar zijn eigen plaats in Gods Hemel-Koninkrijk!
Maar Gods ALLERHEILIGDOMS-kinderen zullen daar, bij Gods troon, in dat grote en machtige paleis van God, in die vierkante Stad, hun THUIS hebben!
Openbaring 21 vers 27, “Al wat onrein is, zal er (in deze HEILIGE Stad) niet inkomen, en ook niemand die zich bezighoudt met gruwelen en leugens, maar alleen zij die geschreven zijn in het boek des levens van het Lam (Gods).”
NIEMAND onder de verdoemden zal ooit in deze zaligheid kunnen komen, want een ONOVERBRUGBARE “KLOOF” zal er in ALLE eeuwigheid zijn tussen Gods zaligen en de verdoemden (!):
“En bovendien is er tussen ons en u een grote kloof aangebracht, zodat zij die van hier (= de eeuwigheid in / van de hel) naar u zouden willen gaan, dat niet kunnen en ook zij niet die vandaar (= de eeuwigheid in / van de hemel) naar ons zouden willen gaan.” (Lukas 16:26) [24]
EINDE van hoofdstuk 21
KLIK HIER voor de PDF van Openbaring 21 (om de studie eventueel uit te printen).
.
Studie van Bijbelleraar E. van den Worm [25]
(1915 – 2013)
Uitgewerkt door A. Klein
Wordt vervolgd
***********************************************************************************